De primaire doelstelling van het onderzoek is aan te tonen dat vernakalant injectie superieur is ten opzichte van amiodaron injectie in het omzetten van atriale fibrillatie (AF) in sinusritme (SR) binnen 90 minuten na de aanvang van toediening van…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Hartritmestoornissen
- Hart therapeutische verrichtingen
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
De werkzaamheid wordt beoordeeld aan de hand van een inschatting van de
omzetting van AF naar sinusritme 90 minuten na aanvang van de behandeling en
inschatting van verlichting van de symptomen 90 minuten na aanvang van de
behandeling. 2 uur na aanvang van de behandeling kan elektrische cardioversie
uitgevoerd worden of kan frequentiecontrole-medicatie worden toegediend. Klasse
I en Klasse III anti-arrhytmica mogen niet aan de proefpersoon worden
toegediend gedurende 24 uur na de aanvang van de infusie. Proefpersonen moeten
in de kliniek blijven gedurende ten minste 6 uur na aanvang van de infusie.
Secundaire uitkomstmaten
Proefpersonen ondergaan een vervolgonderzoek 7 (±2) dagen na de behandeling en
krijgen een vervolgtelefoontje 30 (±3) dagen na de behandeling om vast te
stellen of ernstige bijwerkingen hebben plaatsgevonden, welke medicatie
hiervoor gebruikt wordt, en of een AF opnieuw heeft plaatsgevonden.
Achtergrond van het onderzoek
Bewijzen dat vernakalant injectie superieur is ten opzichte van amiodaron
injectie in het omzetten van atriale fibrillatie (AF) in sinusritme (SR).
Doel van het onderzoek
De primaire doelstelling van het onderzoek is aan te tonen dat vernakalant
injectie superieur is ten opzichte van amiodaron injectie in het omzetten van
atriale fibrillatie (AF) in sinusritme (SR) binnen 90 minuten na de aanvang van
toediening van het geneesmiddel. De secondaire doelstelling is het vergelijken
van de veiligheid van vernakalant met amiodaron.
Onderzoeksopzet
Dit is een dubbelblind, actief-gecontroleerd, dubbelblind, multicentrum,
gerandomiseerd onderzoek met patienten in 2 behandelgroepen.
Onderzoeksproduct en/of interventie
Vernakalant Injectie:Proefpersonen krijgen via één infuuslijn een 10 minuten durende infusie met 3,0 mg/kg vernakalant gevolgd door een 15 minuten durende observatieperiode, gevolgd door een aanvullende 10 minuten durende infusie met 2,0 mg/kg vernakalant indien nodig (als de proefpersoon nog steeds AF heeft). Om de blindheid van de studie te behouden, wordt een 60 minuten durende infusie van placebo (D5W) toegediend via een tweede infuuslijn, gevolgd door een onderhoudsinfusie met placebo gedurende een minimum van een aanvullende 60 minuten. Amiodaron Injectie: Proefpersonen krijgen via één infuuslijn een 60 minuten durende infusie met 5 mg/kg amiodaron, gevolgd door een onderhoudsinfusie met 50 mg amiodaron gedurende een aanvullende periode van 60 minuten (gelijk aan ongeveer 15 mg/kg in 24 uur). Om de blindheid van de studie te behouden, wordt een 10 minuten durende infusie met placebo (normale zoutoplossing) toegediend via een tweede infuuslijn, gevolgd door een observatieperiode van 15 minuten, gevolgd door een 10 minuten durende infusie met placebo als de proefpersoon nog steeds AF heeft.
Inschatting van belasting en risico
Veiligheid wordt beoordeeld door het monitoren van ongunstige gebeurtenissen,
doorlopende telemetrische monitoring, 12-kanaal Holter monitoring, 12-kanaal
ECGs, en laboratoriumtests. Vernakalant blijft maar gedurende een korte periode
in het bloed met als gevolg dat de kans op ernistige bijwerkingen
geminimaliseerd wordt.Veel van de bijwerkingen van Amiodaron treden op bij
langdurig gebruik , en zullen niet plaatsvinden na het ontvangen van een dosis
zoals in dit onderzoek. Amiodaron blijft in het lichaam gedurende weken nadat
het wordt toegediend, en het kan zijn dat u voorzichtig moet zijn met het nemen
van andere geneesmiddelen omdat sommige geneesmiddelen een negatieve interactie
kunnen hebben met de amiodaron die zich nog in het lichaam bevindt.
Algemeen / deelnemers
Siriusdreef 10
2132 WT Hoofddorp
Nederland
Wetenschappers
Siriusdreef 10
2132 WT Hoofddorp
Nederland
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
1. Symptomatische AF hebben met een baseline-duur van 3 tot 48 uur.
2. In aanmerking komen voor cardioversie.
3. 18 tot 85 jaar oud zijn.
4. Een schriftelijk formulier voor geïnformeerde toestemming begrijpen en ondertekenen.
5. Vrouwen mogen niet zwanger zijn of borstvoeding geven, en moeten als ze pre-menopausaal zijn een effectieve wijze van anticonceptie gebruiken vanaf het moment van screening tot 3 maanden na het ontslag.
6. Geschikte anticoagulatie-therapie voor cardioversie ondergaan in overeenstemming met de behandelingsnormen zoals aanbevolen door ACC/AHA/ESC richtlijnen [1].
7. Hemodynamisch stabiel zijn en een systolische bloeddruk (BD) boven 100 mmHg en onder 160 mmHg hebben, en een diastolische BD onder 95 mmHg tijdens screening en baseline.
8. Een lichaamsgewicht tussen 45 en 136 kg hebben. Voor proefpersonen met een gewicht >113 kg moet de vernakalant dosis gebaseerd worden op een gewicht van niet meer dan 113 kg.
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
1. Bekende of vermoede aanhoudende QT of een niet-gecorrigeerd QT interval van >440 msec zoals gemeten tijdens de screening met een 12-kanaal ECG, familiaal lange QT syndroom, of eerdere torsades de pointes, ventriculaire fibrillatie; of aanhoudende ventriculaire tachycardie (VT).
2. Symptomatische bradycardie, sick-sinus syndroom, of een ventriculaire frequentie van minder dan 50 slagen per minuut (spm) zoals gemeten met een 12-kanaal ECG bij de screening.
3. Een QRS interval >140 msec.
4. Enige bekende huidige tijdelijke secundaire oorzaken van AF zoals het onder de invloed van alcohol zijn, longembolie, overactieve schildklier, longontsteking, acute pericarditis, myocarditis, of hypoxemia.
5. Atriumfladderen.
6. Significante valvulaire stenosis, hypertropische obstructieve cardiomyopatie, restrictieve cardiomyopatie of constrictieve pericarditis.
7. Vastgelegde eerdere voorvallen van tweede- of derdegraads atrioventriculaire (AV) blokkade.
8. Een myocardiaal infarct (MI), acuut coronair syndroom of een hartoperatie minder dan 30 dagen voor deelname aan het onderzoek.
9. Niet-gecorrigeerde elektrolytische onbalans van serum kalium (K+) <3,5 mmol/L of >5,5 mmol/L of magnesium (Mg2+) beneden de normale ondergrens (Mg2+< 0,65 mmol/L in proefpersonen van 65 jaar of jonger en <0,80 mmol/L in proefpersonen van 66 jaar of ouder). Zowel K+ als Mg2+ moeten voorafgaand aan de dosering worden gecorrigeerd.
10. Klinisch bewijs van digoxinetoxiciteit naar de mening van de onderzoeker.
11. Mislukte elektrische cardioversie tijdens een huidig voorval van AF.
12. Intraveneus Klasse I of Klasse III anti-arrhytmische medicatie, ontvangen minder dan 24 uur voorafgaand aan dosering.
13. Orale Klasse I of Klasse III anti-arrhytmische medicatie ontvangen met als doel het omzettenvan AF naar sinusritme binnen 24 uur voorafgaand aan dosering.
14. Amiodaron injectie ontvangen binnen 30 dagen voorafgaand aan dosering, of orale amiodaron binnen 90 dagen voorafgaand aan dosering.
15. Een pacemaker.
16. Onstabiel congestief hartfalen (CHF), Klasse IV CHF, of CHF dat inotropie vereist.
17. Ernstige aandoeningen van de longen, lever, metabolische functie, nieren, maag en darmen, het centrale zenuwstelsel of psychiatrische aandoeningen, infectie, febriele aandoening (orale temperatuur > 38,5°C), eindstadium van een aandoening, of elke andere aandoening die de uitvoering of geldigheid van het onderzoek kan belemmeren of de veiligheid van de proefpersoon in gevaar kan brengen.
18. Enig bewijs hebben van een atriale trombose.
19. Troponine (I of T) niveaus boven de normale bovengrens.
20. Binnen de afgelopen 3 maanden een cerebrovasculair voorval gehad.
21. Elke andere chirurgische of medische conditie die volgens de klinische onderzoeker een reden is voor uitsluiting of die gecontra-indiceerd is om veiligheidsredenen.
22. Schildklierdisfunctie, overgevoeligheid voor jodium, of elke andere conditie waarvoor amiodaron injectie gecontra-indiceerd is.
23. Eerder in aanraking gekomen met vernakalant.
24. Bekende of vermoede overgevoeligheid voor vernakalant injectie of een bestanddeel ervan, of amiodaron injectie of een bestanddeel ervan.
25. Neemt tegelijkertijd deel aan een ander medicatieonderzoek of heeft binnen 30 dagen voorafgaand aan de screening een onderzoeksgeneesmiddel ontvangen.
26. Niet goed kunnen communiceren met de onderzoeker en niet naleven van de eisen van het gehele onderzoek.
Opzet
Deelname
In onderzoek gebruikte producten en hulpmiddelen
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
EudraCT | EUCTR2007-005625-29-NL |
CCMO | NL28796.060.09 |