Doel van het onderzoek is om een vergelijkende studie te maken van zes verschillende corneatopografen.
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Visusstoornissen
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
De primaire onderzoeksvariabelen zijn de coefficienten van de primaire
Zernike-polynomen voor coma: C(3/-1) en C(3/1). Deze resultaten representeren
de objectieve uitkomsten van de corneatopografen. Er is juist voor coma
gekozen, omdat dit over het algemeen als één van de grotere aberraties in een
gezond hoornvlies worden beschouwd.
Secundaire uitkomstmaten
De secundaire onderzoeksvariablen zijn de subjectieve beoordelingen van zowel
de onderzoeker als de proefpersoon op het gebruiksgemak van elk apparaat.
Bovendien wordt de tijd van elke meting als een secundaire onderzoeksvariabel
beschouwd.
Achtergrond van het onderzoek
Staar operaties is een van de meest uitgevoerde oogheelkundige operaties die
vandaag de dag worden uitgevoerd. Bij deze operatie wordt de natuurlijke lens
in het oog vervangen voor een intra-oculaire lens (IOL). Bij de ontwikkeling
van nieuwe IOLs ligt de focus tegenwoordig vooral op het ontwikkelen van nieuwe
lenzen die de optische afwijkingen in het oog van de patient compenseren.
De grootste optische aberraties van een patient vinden plaats in zowel het
hoornvlies, als de natuurlijke lens. Daar de natuurlijke lens wordt verwijderd
tijdens de operatie, blijven de optische afwijkingen van het hoornvlies over
als belangrijke bron van optische fouten. Het is daarom belangrijk om de
topografie van het hoornvlies precies te meten. Uit deze metingen kunnen
vervolgens de aberraties die het hoornvlies op het wavefront heeft worden
geextrapoleerd.
Er zijn vele verschillende instrumenten die de topografie van het hoornvlies in
beeld kunnen brengen en kunnen meten. Deze apparaten zijn deels gebaseerd op
verschillende optische principes. Er is echter geen eenduidige studie naar de
kwaliteit van de resultaten van al deze corneatopografen. Daarnaast moet een
instrument passen in de klinische setting van het ziekenhuis en zal ook
beoordeeld worden op het patient- en gebruiksgemak.
Doel van het onderzoek
Doel van het onderzoek is om een vergelijkende studie te maken van zes
verschillende corneatopografen.
Onderzoeksopzet
Voor dit onderzoek worden de hoornvliezen van de proefpersonen gemeten met een
zestal apparaten, die zich bevinden op het Universitair Medisch Centrum
Groningen. Hierbij zal de volgorde de volgorde van de metingen met de
verschillende instrument op willekeurige volgorde plaatsvinden. Deze volgorde
zal van tevoren bepaald worden. De apparaten zijn echter over twee locaties
verspreid, met drie apparaten elk, die vrij ver van elkaar zijn. Het zou daarom
te inefficiënt zijn om heen en weer te lopen tussen deze locaties. Daarom wordt
er voor gekozen om eerst willekeurig de volgorde van de locaties te bepalen en
dan per locatie de volgorde van de apparaten willekeurig te kiezen. De volgorde
waarin de ogen worden gemeten is van tevoren vastgelegd: het rechter oog wordt
altijd als eerst gemeten.
Er zal daarnaast ook gekeken worden naar de klinische toepasbaarheid van de
verschillende apparaten. Hiervoor moeten de proefpersonen een cijfer geven aan
het gebruiksgemak van elk apparaat. Verder zal ook de tijd van elke meting
gemeten worden en zal de onderzoeker elk apparaat beoordelen op gebruiksgemak.
In de studie zijn vijf commercieel beschikbare corneatopografen en een
Scheimpflug-systeem ontwikkeld door M. Dubbelman geincludeerd. Dit laatste
apparaat zal als een gouden standaard dienen, omdat het geen black-box is in
tegenstelling tot de commerciele apparaten. De werking van dit apparaat is
verder ook volledig geanalyseerd en dus is het precies bekend wat er gebeurd
bij een meting van de Dubbelman Scheimpflug. Hierdoor kan er goed een analyse
gemaakt worden van de werking van de andere vijf commerciele instrumenten.
De volgende zes corneatopografen worden vergeleken in de studie:
1. Orbscan
2. IOL-master
3. combined Topcon refracto/keratometer
4. Dubbelman Scheimpflug
5. Galilei (Zeimer)
6. Pentacam (Oculus)
Inschatting van belasting en risico
De inschatting is dat de belasting en het risico voor de proefpersoon miniem
is. De corneatopografen gebruiken slechts optische technieken voor het meten
van de topografie van het hoornvlies. Hierbij wordt het oog dus niet
aangeraakt. Bovendien zijn alle geteste apparaten commercieel verkrijgbaar en
zijn dus uitgebreid onderworpen aan de nodige tests. De Dubbelman Scheimpflug
is een commerciel apparaat dat aangepast is om te kunnen dienen als goed
wetenschappelijk apparaat. Hierbij is er echter niks verranderd aan het
meetgedeelte van het apparaat, dus zijn er ook geen aanpassingen gemaakt die
schadelijk kunnen zijn voor de proefpersonen.
De proefpersonen zullen voor de metingen eenmaal naar het Universitair Medisch
Centrum Groningen moeten komen en al met al zullen de metingen ongeveer een uur
duren.
Publiek
W.A. Scholtenstraat 12-14
9712KW Groningen
Nederland
Wetenschappelijk
W.A. Scholtenstraat 12-14
9712KW Groningen
Nederland
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
Proefpersonen zonder enige geschiedenis met hoornvlies ziekten zijn geincludeerd in deze studie.
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
Proefpersonen die de afgelopen twee jaar contactlenzen hebben gedragen worden uitgesloten, even als proefpersonen die refractive surgery hebben ondergaan.
Opzet
Deelname
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CCMO | NL31712.042.10 |