Het effect van het Top&Fit beweegprogramma en het effect van spierkracht op de dagelijkse activiteiten van oudere volwassenen met een verhoogd risico op hart- en vaatziekten

Hart en vaatziekten behoren tot de meest voorkomende doodsoorzaken in
Nederland. Het risico op hart- en vaatziekten kan aanzienlijk verminderen door
voldoende lichamelijke activiteit. Hetzelfde geld voor meerdere ziekten en
doodsoorzaken. Daarnaast zijn verminderde spierkracht en uithoudingsvermogen
gerelateerd aan een verhoogd overlijdensrisico. Uit onderzoek blijkt dat zelfs
lage lichamelijke activiteit het risico op hart en vaatziekten kan verminderen.
Het kan dus zijn dat dagelijkse lichamelijke activiteiten het risico op hart-
en vaatziekten al aanzienlijk kan verminderen.
Wanneer mensen een verminderde spierkracht hebben, of een verminderd
uithoudingsvermogen, wordt het voor hen onmogelijk om voldoende lichamelijk
actief te zijn.
Het is algemeen bekend dat interventieprogramma's een positief effect hebben op
het risico op hart- en vaatziekten. De vraag is echter of mensen door blijven
gaan met bewegen na de interventie. Daarom kijkt deze studie naar de effecten
van het Top&Fit beweegprogramma op de hoeveelheid dagelijkse activiteit die
mensen thuis hebben.

Het doel van het onderzoek is om de verandering van lichamelijke activiteit die
het Top&Fit beweegprogramma te weeg brengt in kaart te brengen. Verder zal
onderzocht worden hoe de relatie tussen spierkracht, uw conditie en de thuis
gemeten lichaamsactiviteit is.

Het onderzoek zal 1 jaar duren (de duur van het beweegprogramma). Het onderzoek
zal starten met een (sport) medisch onderzoek. Tijdens de deelname aan het
beweegprogramma bestaat de mogelijkheid dat u nogmaals gevraagd word om deel te
nemen aan een medisch onderzoek. Aan het einde van het onderzoek vind nog een
(sport) medisch onderzoek plaats. Mocht er sprake zijn van vervolgonderzoek
waaraan uw deelname gewenst is, zult u hiervan tijdig op de hoogte worden
gesteld.

De interventie bestaat uit twee lessen zwemmen in de week gedurende 42 weken verdeeld over één jaar. Tijdens deze lessen zullen zowel uithoudingsvermogen als techniek aspecten aan bod komen.

Bij de start van het interventie programma wordt aan de kandidaten gevraagt of
ze deel willen nemen aan het onderzoek. Ze mogen zelf kiezen of ze deel willen
nemen aan het onderzoek. Er is geen verschil in interventie wanneer mensen
besluiten om niet deel te nemen aan het beweegprogramma. Er zijn geen extra
risico's verbonden aan het deelnemen aan het onderzoek. Mensen doen al mee aan
de interventie, dus er zijn geen extra risico's verbonden aan deelname.
Tijdens het onderzoek zullen op ten minste drie momenten bloed worden
afgenomen. Voor en na de interventie en bij de eventuele follow-up. Verder
zullen de deelnemens een tweetal vragenlijsten moeten invullen bij de metingen
en een activiteiten dagboekje bijhouden. De interventie start met een medische
keuring (dit duurt één dag) en vervolgens de 42 weken lange interventie van
twee dagen in de week.