het effect van de NCAP op de klinische tekenen en symptomen van RA gemeten met een DAS 28.effectiviteit: ACR response criteria/ Eular response en remissie criteria, gezondheid en kwaliteit van leven (euro-Qol 5D), biomarkers van ontsteking in bloed…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Auto-immuunziekten
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
de verandering van de DAS 28 tussen dag ) en dag 42.
Secundaire uitkomstmaten
Secondary Endpoints
* Percentage of patients who achieve ACR 20, 50, and 70 at Day 42
* Percentage of patients who achieve EULAR response and EULAR remission
criteria at Day 42
* Change from Day 0 to Day 42 in EuroQoL EQ 5D instrument parameters
* Change from Day 0 Visit to Day 42 Visit in Whole Blood Assay Biomarker
LPS-inducible TNF release
* Change from Day 0 Visit to Day 42 Visit in Serum Biomarkers
* Change from Day 0 Visit to Day 42 Visit in Fluorescence-Activated Cell Sorter
(FACS) Panel Biomarkers
* Change from Day 0 Visit to Day 42 Visit in Synovial Biopsy cytokine and
mediator protein expression by immunohistochemistry
* Change from Day 0 to Day 42 in Synovial Biopsy cytokine gene expression by
quantitative PCR
Exploratory Endpoints
* Changes in DAS28, ACR 20, 50, and 70 response rate, Serum Biomarkers, FACS
Panel Biomarkers, and Whole Blood Assay Biomarkers during treatment withdrawal
between Day 42 Visit and Day 56 Visit
* Changes in DAS28, ACR 20, 50, and 70 response rate, Serum Biomarkers, FACS
Panel Biomarkers, and Whole Blood Assay Biomarkers between Day 0 Visit and all
visits other than Day 42
Safety Endpoints
The following Safety Endpoints will be assessed at all time points following
enrollment at the Implantation Visit:
* Adverse Events
* Serious Adverse Events
* 12 Lead ECGs
* Vital Signs
* Safety Laboratory Studies
Achtergrond van het onderzoek
Reumatoïde artritis is een gewrichtsaantastende ziekte die ongeveer 1% van de
populatie treft. Het zorgt voor pijn en beperkingen van de fysieke activiteit
en werk. RA kan bij onvoldoende controle over de ontsteking leiden tot
blijvende schade aan gewrichten. In de afgelopen jaren hebben de ontwikkeling
van diverse "biological response modifiers" gezorgd voor een grote vooruitgang
in beloop en prognose van de ziekte. Desalniettemin is er een blijvende
behoefte aangezien de huidige behandelingen significante risico's en kosten met
zich meebrengen.
De Choliergic Anti-inflammatory Pathway (CAP) is een belangrijke fysiologische
regulator van ontsteking. Er is een grote hoeveelheid preklinisch bewijs dat
activiatie van deze CAP (door elektronische stimulatie van de nervus vagus) een
geschikte en effectieve manier is om pathologische systemische ontsteking te
reduceren en zo een nieuwe aanpak in RA behandeling zou kunnen inhouden.
Doel van dit onderzoek is een eerste test van deze hypothese.
Doel van het onderzoek
het effect van de NCAP op de klinische tekenen en symptomen van RA gemeten met
een DAS 28.
effectiviteit: ACR response criteria/ Eular response en remissie criteria,
gezondheid en kwaliteit van leven (euro-Qol 5D), biomarkers van ontsteking in
bloed, gewrichtsontsteking in synoviaal weefsel
Onderzoeksopzet
open label, multicenter
Onderzoeksproduct en/of interventie
implantatie van een nervus vagus stimulator, waarna (na een herstel periode) onder controle van een ECG wordt deze afgesteld, dan thuis dagelijks gedurende 60 seconde de nervus vagus stimuleren (door proefpersoon zelf) eventueel voor aanvang en 42 dagen na start stimulatie een artroscopie voor het verkrijgen van synoviaal weefsel
Inschatting van belasting en risico
Chirurgische plaatsing van het apparaat
De chirurgische plaatsing van het apparaat (*inplanting* genaamd) kan schade
veroorzaken aan de nervus vagus, die normaal gezien mettertijd herstelt, maar
in zeldzame gevallen blijvend is. De belangrijkste symptomen van schade aan de
nervus vagus zijn heesheid of andere veranderingen aan de stem, ademhaling of
het slikken omdat sommige zenuwen die naar de keelspieren gaan van de nervus
vagus afkomstig zijn. In zeldzame gevallen worden tijdens de ingreep voor de
plaatsing van het apparaat andere spieren, bloedvaten of weefsel in die
omgeving beschadigd. Infecties kunnen zich ook voordoen na de plaatsing van het
apparaat. Deze kunnen gewoonlijk behandeld worden met antibiotica maar in
sommige zeldzame gevallen moet het apparaat verwijderd worden. In zeldzame
gevallen, kan er zich ook, wanneer het apparaat wordt gecontroleerd op het
ogenblik van de inplanting, een aanzienlijke vertraging van het hartritme
voordoen. Dit wordt op de voet gecontroleerd en zo nodig behandeld.
Chirurgische verwijdering van het apparaat
Aan het einde van de studie kan het apparaat blijven zitten en gedeactiveerd
worden zodat het geen elektrische stimulatie meer levert. Het is ook mogelijk
dat het apparaat verwijderd moet worden als het ontstoken geraakt en de
ontsteking niet reageert op antibiotica, of als het apparaat slecht
functioneert op een wijze die voor de proefpersoon gevaarlijk kan zijn. De
hierboven weergegeven verwikkelingen die zich kunnen voordoen bij de
chirurgische inplanting, kunnen zich ook voordien tijdens de verwijdering.
Aangezien de vorming van littekenweefsel rond de onderdelen van het apparaat
tijd nodig heeft, is er een groter risico op verwikkelingen tijdens de
verwijdering van het apparaat, dan tijdens de implanting.
De meest voorkomende gedocumenteerde bijwerkingen bij patiënten die het
apparaat lieten inplanten voor behandeling van epilepsie of depressie zijn
symptomen van de keel zoals heesheid, verandering van stem, keelpijn en
moeilijkheden bij het slikken alsook kortademigheid, misselijkheid en
indigestie. Bij deze patiënten kwamen deze symptomen meestal enkel voor als het
apparaat daadwerkelijk elektrische stimulatie leverde.
Andere niet zo vaak voorkomende bijwerkingen zijn:
* vertraging of wijziging van het hartritme,
* vorming van littekenweefsel of infecties van weefsel rond het ingeplante
apparaat,
* achteruitgang van bepaalde long- en ademhalingsaandoeningen zoals astma,
chronische obstructieve longziekten en slaapapneu bij patiënten die reeds leden
aan deze aandoeningen op het ogenblik dat het apparaat werd ingeplant.
* Het apparaat zelf kan van plaats veranderen na de ingreep en dit kan de
nervus vagus, andere zenuwen, bloedvaten of andere structuren van het lichaam
beschadigen.
* Het apparaat of elk onderdeel ervan kan stuk gaan en dus niet de juiste
stimulatie leveren
Publiek
222 Berkeley Street, 20th Floor,
Boston, MA 02116
US
Wetenschappelijk
222 Berkeley Street, 20th Floor,
Boston, MA 02116
US
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
Reumatoïde artritis met begin op volwassen leeftijd voor een duur van ten minste zes maanden volgens de criteria van de ACR/EULAR-classificatie van 2010
Mannelijke of vrouwelijke patiënten, van 18 tot en met 75 jaar
Functionele status I, II of III volgens de herziene ACR-classificatiecriteria van 1991
Patiënten moeten actief lijden aan de ziekte als gedefinieerd door ten minste 4 actief pijnlijke of gezwollen gewrichten en een CRP van meer dan 1,5 mg/dL, ondanks een behandeling met methotrexaat van minstens 3 maanden aan een dosis van 25 mg orale inname per week.
Patiënten zijn mogelijk voorheen behandeld met TNF-antagonisten maar gebrek aan succes mag enkel te wijten zijn aan onvoldoende veiligheid, intolerantie voor bijwerkingen, of de ontwikkeling van antilichamen (d.i. secundaire mislukking) en zeker niet omwille van gebrek aan werkzaamheid (geen respons op 16 weken). Deze patiënten moeten een geneesmiddelvrije periode van minstens 6 weken doorlopen na behandeling met etanercept, en minstens 12 weken voor infliximab, adalimumab, golimumab of certolizumab pegol voorafgaand aan de deelname.
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
* Onbekwaamheid om geïnformeerde toestemming te geven
* Aanzienlijke psychiatrische aandoening of druggebruik
* Voorgeschiedenis van unilaterale of bilaterale vagotomie
* Voorgeschiedenis van recurrente vasovagale syncopes
* Gekende obstructieve slaapapneu
* Bekende voorgeschiedenis van hartritmestoornissen, AV-blok > eerste graad, of andere hartgeleidingstoornissen dan geïsoleerd rechterbundeltakblok of geïsoleerd linker anterieurfascikelblok
* Significante faryngeale stoornis of moeilijkheden bij het slikken
* Bestaande klinische significante stembandschade of heesheid
* Reeds ingeplante elektrische actieve medische apparaten (zoals een pacemaker, automatische implanteerbare cardioverter-defibrillatoren)
* Niet door medicatie gecontroleerde astma of chronische obstructieve longaandoeningen of elke andere aandoening die klinisch significante dyspneu veroorzaakt op het ogenblik van de screening
* Een actieve maagzweer
* Intra-articulaire of parenterale corticosteroïde-behandeling minder dan drie maanden voorafgaand aan de deelname
* Een experimenteel smallmoleculegeneesmiddel binnen een periode van 30 dagen voorafgaand aan de deelname, of eender welk experimenteel monoclonal antilichaam of experimentele oplosbare receptor binnen een periode van 3 maanden voorafgaand aan de deelname
Opzet
Deelname
In onderzoek gebruikte producten en hulpmiddelen
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CCMO | NL35732.018.11 |