Het vaststellen van een verschil in AH afstand op röntgenfoto*s tijdens actieve isometrische abductie in vergelijk met rust in zowel de asymptomatische als symptomatische schouder van patiënten met een unilateraal gediagnosticeerde RC scheur.…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Skeletspierstelsel- en bindweefselaandoeningen NEG
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
Onafhankelijke factoren zijn de 3 condities tijdens het radiologisch onderzoek:
(1) rust, (2) isometrische active abductie, (3) isometrische adductie. De
primaire uitkomstmaten hierbij is het verschil in acromiohumerale (AH)
translatie tussen rust en actieve abductie bij zowel de sympomatische als
asymptomatische schouder.
ADDENDUM
- idem, maar dan gezonde pp t.o.v. patiënten
Secundaire uitkomstmaten
Verschil in acromiohumerale (AH) translatie tussen rust en actieve adductie,
EMG (Deltoideus, Pectoralis Major, Teres Major and Latissimus Dorsi), Constant
Shoulder score, WORC, IPQ, en een VAS (Visual Analogue Scale) voor pijn tijdens
de hiervoor genoemde condities.
Achtergrond van het onderzoek
Een ruptuur in de rotator cuff (RC) van de schouder komt veel voor en de
laatste jaren wordt steeds vaker voor een operatieve behandeling gekozen.
Echter, wetenschappelijke literatuur over de 'timing' en indicatiestelling van
operatief behandelen is schaars. Bovendien worden zeer wisselende resultaten
gerapporteerd. Daarnaast heeft Magnetic Resonance Imaging (MRI) onderzoek
uitgewezen dat de prevalentie van asymptomatische RC scheuren oploopt tot 54%
bij mensen boven de 60 jaar. Hierdoor wordt het moeilijk te differentiëren
tussen symptomatische en assymptomatische cuff scheuren, waardoor keuzes m.b.t.
diagnostiek en behandeling complex worden.
Cranialisatie (in het verleden aangeduid als proximale migratie) van de
humeruskop op standaard röntgenfoto's kan geïnterpreteerd worden als een
aanwijzing voor het bestaan van een RC scheur. Als er een volledige
rotator-cuff scheur is, verliest de RC zijn stabiliserende functie en
mobiliseert de M. Deltoideus de humeruskop door deze proximaal ten opzichte van
het glenoid te positioneren, waarbij compressie ontstaat van de structuren in
de subacromiale ruimte (Bursa, RC pezen). Eerdere (EMG) studies rapporteren
pathologische co-activitatie van arm adductoren tijdens abductie taken bij
proefpersonen met een rotator-cuff scheur, welke worden verondersteld de
superior gerichte krachten van de M. Deltoideus tegen te werken.
Om in een vroeg stadium een rotator cuff scheur te detecteren, kan een actieve
abductie view (AAV) gebruikt worden. Hierbij wordt onder maximale abductie een
foto gemaakt, echter de onderliggende biomechanische mechanismen zijn
onduidelijk. Door projectie verschillen wordt het vergelijken tussen patiënten
hierdoor zeer lastig. Ons voorstel is de AAV te modificeren met een
isometrische taak (rust, abductie en adductie), waardoor de schouder
configuratie meer gelijk blijft en translatie niet aan een abductie stand kan
worden toegeschreven. Door isometrische kracht te leveren hopen wij een
duidelijke methode te creëren om translatie van de humeruskop te meten als mede
een mogelijke maat voor de ernst van RC pathologie, en een maat om onderscheid
te maken tussen symptomatische en asymptomatische RC scheuren.
ADDENDUM:
Nu in 20 rotator cuff scheur patiënten en in 30 impingementpatiënten (protocol
SISTIM, ABR 28090.058.09) aangetoond is dat deze methode werkt en makkelijk
toepasbaar en betrouwbaar is, zal t.b.v. verdere interpretatie van de huidige
resultaten bestudeerd worden wat de uitgangswaarde van deze metingen in gezonde
controles zijn.
Doel van het onderzoek
Het vaststellen van een verschil in AH afstand op röntgenfoto*s tijdens actieve
isometrische abductie in vergelijk met rust in zowel de asymptomatische als
symptomatische schouder van patiënten met een unilateraal gediagnosticeerde RC
scheur.
ADDENDUM:
Beoordelen van de subacromiale ruimte (AH) in rust, mate van cranialisatie
tijdens ab-en adductie en spieractivatiepatronen in gezonde proefpersonen
t.o.v. patiënten met rotator cuff scheuren (huidig protocol, ABR
NL34745.058.10) en subacromiaal impingement (protocol SISTIM, ABR
28090.058.09).
Onderzoeksopzet
Expirimentele validatie studie
Inschatting van belasting en risico
Proefpersonen krijgen dezelfde standaard behandeling, waar t.b.v. dit onderzoek
niet voor hoeft te worden afgeweken. Het extra onderzoek duurt maximaal één
uur, daaronder valt het invullen van de vragenlijsten. Er is echter geen
onmiddellijk voordeel voor de patiënt om mee te doen aan dit onderzoek.
Stralingsbelasting is minimaal (0,06 mSv).
ADDENDUM
Gezonde pp: Tijdsbelasting nu iets minder dan 1 uur en 3 röngenfoto's i.p.v. 6.
Geen scorelijsten.
Algemeen / deelnemers
Albinusdreef 2
Leiden 2333 ZA
NL
Wetenschappers
Albinusdreef 2
Leiden 2333 ZA
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
Patiënten: Huidige symptomatische rotator cuff ruptuur, bevestigd op MRI en/of echografie;ADDENDUM
Controles: geen schouderklachten, geen schouderaandoeningen in de voorgeschiedenis, 35-60 jr
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
Patiënten:
Tumoren
Schouder operatie in het verleden aan de aangedane schouder
Ruptuur in de subscapularispees aan de aangedane schouder
ossale pathologie aan de aangedane schouder
Subacromiale infiltratie met pijnstillers en ontstekingsremmers <6 weken voor inclusie aan de aangedane schouder;Controls: idem + schouderklachten, pacemaker of andere electronische implantaten.
Opzet
Deelname
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CCMO | NL34745.058.10 |