Evaluatie van een alternatieve eiwitbron om spiereiwitsynthese na training te stimuleren

Spieren zijn opgebouwd uit eiwitten. Deze eiwitten bestaan uit een verzameling
van kleine bouwstenen: de aminozuren. Door voldoende eiwit in de voeding zorgen
we ervoor dat er genoeg aminozuren zijn om spieropbouw mogelijk te maken. Met
de groeiende wereldbevolking in acht nemende, zal het in de toekomst mogelijk
problemen opleveren om hen te voorzien van voldoende dierlijke eiwitbronnen.
Eetbare insecten kunnen op een meer duurzame manier geproduceerd worden dan
conventionele dierlijke eiwitbronnen en kunnen daarom bijdragen aan voldoende
voedsel in de toekomst. Er is op dit moment echter weinig bekend over de eiwit
en aminozuur samenstelling van insecten.

Het bepalen van de capaciteit van insecteneiwit om spier aanmaak te stimuleren
en daarmee de kwaliteit vast te stellen door insecteneiwit te vergelijken met
een meer conventionele dierlijke eiwitbron.

Het complete onderzoek bestaat uit één vooronderzoek van ongeveer een halve dag
en één testdag van ongeveer 8 uur. Gedurende het vooronderzoek en de testdag
blijven deelnemers op de universiteit.

Het vooronderzoek

Bij aankomst op de universiteit zullen we de deelnemers eerst nogmaals
uitleggen wat er allemaal wordt gedaan tijdens dit onderzoek en kunnen
eventuele vragen worden gesteld aan de onderzoeker en/of arts. Wanneer
deelnemers besluiten deel te nemen aan het onderzoek vragen we deelnemers om de
toestemmingsverklaring te ondertekenen waarna we het vooronderzoek zullen
starten. Het vooronderzoek bestaat uit de volgende testen:
* Invullen van een medische vragenlijst (met betrekking tot gezondheid,
medicijngebruik, medische geschiedenis en lichamelijke activiteit). We vragen
om een lijst met medicijngebruik (indien van toepassing) mee te nemen naar het
vooronderzoek.
* Bepalen van lichaamsgewicht en lengte
* Bepalen van lichaamsvetpercentage en vetvrije massa (DEXA scan)
* Bloeddrukmeting
* Oefenen trainingssessie en vaststellen 1RM
Het doorlopen van genoemde tests geeft ons een beeld van de vrijwilligers. In
het geval we iets vinden op medische gebied wat op voorhand niet bekend was bij
de vrijwilliger, is het onze plicht om de vrijwilliger te informeren.
Wanneer de participant deze informatie niet wil krijgen, kan hij niet meedoen
in het onderzoek.

De testdag

Voor de testdag dienen deelnemers nuchter te zijn. We vragen deelnemers met het
openbaar vervoer of met de auto naar de universiteit te komen. Na aankomst
nemen deelnemers plaats op bed en worden 2 infuuskranen ingebracht. Eén
infuuskraan wordt geplaatst in de elleboogplooi. Deze wordt gebruikt voor het
toedienen van aminozuren via een infuus gedurende de hele testdag. De
aminozuren zijn dusdanig gemerkt dat het mogelijk is deze te terug te vinden in
het bloed en de spier, waardoor we spiereiwitopbouw en -afbraak kunnen bepalen.
De tweede infuuskraan wordt ingebracht in een bloedvat op de hand van de andere
arm. Deze wordt gebruikt voor het afnemen van bloed, waardoor er slechts één
keer geprikt hoeft te worden.

Rond 10:00 uur begint het trainen. Dit zal ongeveer een uur duren. Direct
daarna krijgen deelnemers de eiwitdrank. Rond 11:00 uur wordt uit beide benen
het eerste spierbiopt afgenomen. Hierdoor kunnen we de snelheid van spieropbouw
meten. Op 2 en 5 uur na inname van de drank volgen nogmaals een spierbiopt uit
beide benen. Op verschillende tijdstippen (in totaal 13 keer) zal bloed
afgenomen worden. Om een goed bloedmonster te krijgen wordt de hand eerst
opgewarmd in een zogenaamde *hotbox*; een kast waar lucht van 60°C circuleert
en waarin deelnemers een hand plaatsen.

Deelnemers krijgen 30 g meelworm of melkeiwit aangeboden. Het eiwit wordt opgelost in water. Ook zullen alle deelnemers krachttraining uitvoeren met een been. De trainingssessie zal bestaan op 5 minuten warming-up op een fietsergometer. Daarna worden er 4 series leg-press en leg-extension uitgevoerd. De benen oefeningen beginnen met een set van 10 herhalingen op 50% 1RM. Daarna volgen 4 sets van 10 herhalingen op 80% 1RM. Tussen de sets wordt 2 minuten rust gehouden.

Het onderzoek neemt in totaal twee dagen (vooronderzoek en testdag) in beslag.
Het vooronderzoek duurt een halve dag en de testdag een hele dag. Tussen het
vooronderzoek en de testdag zit minimaal 7 dagen. De deelnemer heeft zelf geen
voordeel van deelname aan het onderzoek. De deelnemer wordt verzocht om
gedurende 3 dagen voorafgaande aan de testdag zijn normale eetpatroon aan te
houden en geen alcoholische dranken te nuttigen. De deelnemer verzocht om
gedurende 3 dagen voorafgaande aan de testdag het door ons verstrekte voedings-
en activiteitendagboekje bij te houden. Om de avondmaaltijd voorafgaande aan de
testdag voor alle deelnemers gelijk te houden, ontvangt de deelnemer een
diepvries avondmaaltijd: het *Aviko maaltijdpannetje*. De deelnemer mag 3 dagen
voorafgaande aan de testdag geen zware lichamelijke inspanning leveren. Na het
nemen van het spierbiopt mag de deelnemer direct weer alles doen, zelfs
sporten. Echter, indien de deelnemer de dag na het biopt zwaar wil gaan
sporten, wordt aanbevolen om de zwachtel tot na het sporten te laten zitten.
Voor het maken van de scan wordt gebruik gemaakt van een zeer lage hoeveelheid
röntgenstraling. De blootstelling aan straling tijdens de scan is
verwaarloosbaar (ongeveer 0,001 mSv* ter vergelijking: de gemiddelde
achtergrondstraling die we elk jaar in Nederland ontvangen is 2,5 mSv). Tijdens
dit onderzoek wordt in totaal ongeveer 104 ml bloed afgenomen (13*8 mL op de
testdag). Het plaatsen van de infuuskraantjes tijdens het vooronderzoek en de
testdag kan mogelijk onaangenaam zijn en kan een blauwe plek tot gevolg hebben.
De testdrank die de deelnemer krijgt tijdens de testdag bevat meelworm of melk
eiwitten. Het volume van de testdrank is vergelijkbaar met 2 drinkglazen en
dient zo snel mogelijk (liefst binnen 5 minuten) opgedronken te worden. Het
infuus dat de deelnemer gedurende de testdag krijgt toegediend bevat standaard
aminozuren die normaal ook in de bloedbaan/in het lichaam voorkomen. De
spierbiopten zullen worden afgenomen door een ervaren arts. Een spierbiopt kan
soms pijnlijk zijn. Nabloedingen en infecties zijn mogelijk maar komen zelden
voor. De hoeveelheid spierweefsel die we bij u afnemen is per biopt tussen de
100 en 150 mg. De incisie wordt met een hechtpleister afgeplakt en zal binnen 2
dagen geheel dicht zijn. De dagen na het biopt kan er een stijf en beurs gevoel
in het bovenbeen optreden. Risico;s na een spierbiopt zijn een nabloeding van
de wond of een lokale ontsteking.