Primaire doel:Factoren vinden die significant gecorreleerd zijn met de Cerebrale Performance Score * 2 bij ziekenhuis ontslagSecundaire doelen:Parameters gecorreleerd met een CPC * 2, 6 maanden na de hartstilstandParameters gecorreleerd met een…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Hartritmestoornissen
- Bloedvaten therapeutische verrichtingen
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
CPC * 2 bij ziekenhuis ontslag
Secundaire uitkomstmaten
- CPC * 2, 6 maanden na de hartstilstand
- GCS>13 op dag 28 na hartstilstand
- GCS > 13 op iedere tijdstip
- 28 dagen mortaliteit
- Ziekenhuis overleving
Achtergrond van het onderzoek
Veno-arteriële extracorporale membraanoxygenatie (vaECMO) tijdens reanimatie
(ECPR) kan de overleving verbeteren na cardiale arrest. Twee propensity matched
observationele studies laten zien dat overleving met ECPR verdubbeld ten
opzichte van conventionele CPR (10% vs 23% en 5% vs 23% overleving bij
ziekenhuis ontslag). Acht observationele studies zijn verwerkt in een
meta-analyse en deze lieten een benefit ratio van 3,15 zien, ten voor een goede
neurologische uitkomst één jaar na de arrestatie, in het voordeel van ECPR.
Door de vele observationele studies, heeft de European Resuscitation Council
besloten dat ECPR tijdens refractaire hartstilstand overwogen kan worden.
Het is bekend dat reperfusie letsel van de hersenen microvasculaire en
endotheliale disfunctie kan veroorzaken, wat leidt tot cellulaire necrose en
apoptosis. Factoren die een rol kunnen spelen zijn bijvoorbeeld de snelheid
waarmee PaCO2 afneemt of PaO2 stijgt direct na de aanhouding; bij kinderen
bijvoorbeeld voorspelde een PaCO2 verschil laatste pre-ECMO - eerste post-ECMO>
25 mmHg significant voor mortaliteit. Bovendien toonden Kredel et al. aan dat
in veno-veneuze ECMO die snelle afname PaCO2 resulteerde in een duidelijke
afname van hersenweefsel saturatie.
Uit het bovenstaande blijkt dat ECPR de survival significant kan verbeteren,
echter zijn de optimale ECMO instellingen nog niet bekend. In deze studie
willen we de optimale ECMO instellingen in de eerste drie uur van ECPR
onderzoeken ten einde ischemie-reperfusie schade te verminderen. Daarom willen
wij een **internationale observationele multi-center studie uitvoeren om
relevante factoren die van invloed neurologische uitkomst na ECPR te bepalen.
Doel van het onderzoek
Primaire doel:
Factoren vinden die significant gecorreleerd zijn met de Cerebrale Performance
Score * 2 bij ziekenhuis ontslag
Secundaire doelen:
Parameters gecorreleerd met een CPC * 2, 6 maanden na de hartstilstand
Parameters gecorreleerd met een Glascow Coma Scale >13 op dag 28 na
hartstilstand
Parameters gecorreleerd met een Glascow Coma Scale > 13 op ieder tijdstip
Parameters gecorreleerd met de 28 dagen mortaliteit
Parameters gecorreleerd met ziekenhuis overleving.
Onderzoeksopzet
Dit is een multicentrische, prospectieve observationele studie, voor een duur
van 1,5 jaar. Het zal patienten includeren die voor een hartstilstand,
extracorporele resuscitatie (ECPR) krijgen. Patienten worden tot maximaal 6
maanden na de hartstilstand vervolgd.
Inschatting van belasting en risico
Belasting:
- Patienten krijgen tijdens reanimatie een sticker op het voorhoofd geplakt.
Theoretisch kan dit irritatie geven, alhoewel dit nog niet is beschreven.
- Er wordt in de eerste 3 uur na reanimatie op 8 tijdstippen bloed afgenomen
(1.5 ml per keer voor bloedgas analyse) uit een bestaande arterielijn. Dus in
totaal 12 ml. De patient wordt dus hiervoor niet apart geprikt. NSE en cardiac
markers (Trop T, CK, CM-mb) worden in veel centra al standaard bepaald. Indien
dit niet standaard wordt bepaald, kan dit als extra bepaling worden meegenomen
in de routine lab. Hiervoor is geen extra bloed nodig.
- 6 maanden na de circulatie stilstand wordt de patient gebeld door zijn
behandelend arts, met een enquete die 7 ja/nee vragen bevat (indien de
verzorger de vragen beantwoord zijn het 11 ja/nee vragen). Deze vragen zijn
gericht op het beoordelen van mate van ADL zelfstandigheid. Ze staan in het
protocol beschreven op pagina 10, onder paragraaf 8.2.
Uit het bovenstaande blijkt dat de belasting voor de patienten zeer gering is.
Het risico voor de patienten is nihil.
Algemeen / deelnemers
's Gravendijkwal 230
Rotterdam 3015 CE
NL
Wetenschappers
's Gravendijkwal 230
Rotterdam 3015 CE
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
- Witnessed arrest of signs of life (zoals gasping of spontane bewegingen)
- Leeftijd > 18 en < 70 jaar
- Duur van low flow (reanimatie duur) < 60 voordat de beslissing is genomen tot
extracorporele reanimatie
- Hoge kwaliteit van hartmassage (gedefinieerd als CO2et>10 mmHg), gedurende
tenminste 15 min
- Cerebrale oximetrie monitoring vindt plaats gedurende arrest en nog voor
start extracorporele reanimatie
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
- Patienten met een Glascow Coma score < 15
- Bekende CPC***3 voor reanimatie
- Vermoeden op of bekende zwangerschap
- Unwitnessed collaps
- ROSC binnen 5 minuten door een reanimatie team
- Patient bij bewustzijn
- Bekende bloedingsneiging of recente hemorrhagisch CVA
- Acuut ischemisch CVA
- Bekende ernstig orgaanfalen of andere behandelbeperkingen
- DNR of andere omstandigheden die 180 dagen survival onwaarschijnlijk maakt.
Opzet
Deelname
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CCMO | NL60632.078.17 |