Het primaire doel van deze studie is het vergelijken van groei en lichaamssamenstelling bij laat-prematuren op de gecorrigeerde leeftijd van 6 maanden, waarbij er onderscheid wordt gemaakt tussen twee voedingsgroepen; vanaf de a terme leeftijd tot…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Overige aandoening
- Bot-, calcium-, magnesium- en fosformetabolismestoornissen
Synoniemen aandoening
Aandoening
(inhaal) groei, hypertensie, cognitieve/motorische/taal-ontwikkeling
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaat; vergelijken van groei en lichaamssamenstelling tussen
laat-prematuren op de gecorrigeerde leeftijd van 6 maanden die ofwel de eiwit-
en mineraalverrijkte postdischargevoeding kregen ofwel standaard zuigelingen
voeding vanaf de a terme leeftijd tot 6 maanden gecorrigeerde leeftijd.
- groei; gewicht, lengte en schedelomtrek
- lichaamssamenstelling; vetmassa en vetvrije massa
Follow-up:
- groei; gewicht, lengte en schedelomtrek, middelomtrek
- lichaamssamenstelling; vetmassa en vetvrije massa
Secundaire uitkomstmaten
Secundaire uitkomstmaten: vergelijken van cardiometabole risicofactoren,
botmineralisatie (en geassocieerde serum botmarkers) en endocriene parameters
tussen laat-prematuren op de gecorrigeerde leeftijd van 6 maanden die ofwel de
eiwit- en mineraalverrijkte postdischargevoeding kregen ofwel standaard
zuigelingen voeding vanaf de a terme leeftijd tot 6 maanden gecorrigeerde
leeftijd.
Alle uitkomstmaten zullen ook vergeleken worden tussen de borstvoeding- en
kunstvoedinggroepen.
- cardiometabole risicofactoren: insuline, glucose, triglyceriden, cholesterol,
bloeddruk
- botmineralisatie; botdichtheid
- endocriene parameters; IGF-I, FGF-23
Follow-up:
- neurocognitieve ontwikkeling (Bayley III)
- cardiometabole risicofactoren: insuline, glucose, triglyceriden, cholesterol,
bloeddruk
- botmineralisatie; botdichtheid
- endocriene parameters; IGF-I, FGF-23
- overige bloedparameters: Hb, ferritine
Achtergrond van het onderzoek
In Nederland wordt 6,4% van de pasgeborenen geboren bij een zwangerschapsduur
tussen de 32 en 36 weken; de zogeheten laat-prematuren.
Prematuur geboren kinderen hebben een hoger risico op nadelige (metabole)
gevolgen, die mogelijk verklaard kunnen worden door de *fetal origins
hypothesis* en de *inhaalgroei hypothese*. Van prematuriteit en overmatige
groei in de vroege kindertijd is bekend dat ze van invloed zijn op de
ontwikkeling van bijvoorbeeld obesitas, diabetes, hypertensie en
cardiovasculaire aandoeningen op latere leeftijd. Het huidige onderzoek richt
zich voornamelijk op vroeg-prematuur geboren kinderen (<32 weken
zwangerschapsduur).
De gevolgen voor laat-prematuren (zwangerschapsduur tussen 32 en 36 weken) zijn
tot nu toe onderbelicht. Volgens Lapillonne et al. (JPeds 2013) behoeft deze
groep speciale aandacht gezien de unieke en vaak niet herkende medische
kwetsbaarheid en voedingsbenodigdheden. Wij vinden dat om deze aanname te
bevestigen onderzoek specifiek bij laat-prematuren nodig is. Onderzoek met
prematuren in het algemeen richt zich veelal op de balans tussen adequate groei
enerzijds en de risico*s verbonden aan overmatige (inhaal-) groei en
vetafzetting anderzijds.
Onze hypothese is dat een isocalorische, eiwit- en mineraalverrijkte
(postdischarge) voeding de groei en de ontwikkeling van een betere
lichaamssamenstelling zal bevorderen en daarmee het risico op eerder genoemde
gezondheidsproblemen zal verkleinen.
We verwachten dat dit effect nog groter is bij 'small for gestational age'
(SGA) kinderen aangezien eerder onderzoek laat zien dat zowel a terme als
premature SGA kinderen meer profijt lijken te hebben van verrijkte voeding.
Ditzelfde lijkt te gelden voor jongens ten opzichte van meisjes. Om meer
inzicht te krijgen in deze verschillen zullen we bij de randomisatie
stratificeren naar geslacht en geboortegewicht > of < p10.
Het 3e trimester van de zwangerschap wordt gezien als een kritieke fase voor
groei en 'programming' van lichaamsfuncties. Onderzoek naar de problemen die
prematuren kunnen ondervinden op latere leeftijd is vooral verricht bij
prematuren geboren voor 32 weken zwangerschapsduur en met een geboortegewicht
<1500g. Cardiovasculaire problematiek, obesitas, insulineresistentie en
verhoogde bloeddruk zijn een aantal van de lange termijn consequenties die zijn
geassocieerd met vroeggeboorte. Vetweefsel en met name de lokalisatie daarvan
zou een belangrijke rol kunnen spelen bij de ontwikkeling van deze metabole
complicaties. Hoewel sommige studies suggereren dat deze problemen ook bij
laat-prematuren spelen is er voornamelijk onderzoek verricht naar condities als
respiratoire distress, hyperbilirubinemie, hypoglycemie, etc. De noodzaak voor
meer informatie over eerder genoemde complicaties bij laat-prematuren wordt
inmiddels erkend. Naast metabole risicofactoren bestaat er ook een risico op
voedingstekorten door het missen van een deel van de belangrijke intra-uteriene
periode.
De richtlijnen met betrekking tot voeding tijdens opname en na ontslag uit het
ziekenhuis zijn zeer divers, mede door het gebrek aan informatie over deze
grote groep kinderen.
Follow-up:
Zie ook rationale van initiële studie. Follow-up op de langere termijn is
belangrijk omdat we dan meer kunnen zeggen over de effecten van vroege voeding
op groei(patroon), lichaamssamenstelling en metabole risicofactoren. Daarnaast
kunnen we op deze leeftijd ook onderzoek doen naar de neurocognitieve
ontwikkeling van deze kinderen, vergeleken met a terme geboren kinderen (op
basis van bestaande normgegevens).
Ondanks dat de laat-prematuren de meerderheid zijn van de gehele groep
prematuren in Nederland weten we weinig over de consequenties, zeker op de
langere termijn. Met dit onderzoek kunnen wij een bijdrage leveren aan de
huidige kennis over de effecten van voeding op groei, lichaamssamenstelling en
cognitieve ontwikkeling van laat-prematuur geboren kinderen in Nederland.
Doel van het onderzoek
Het primaire doel van deze studie is het vergelijken van groei en
lichaamssamenstelling bij laat-prematuren op de gecorrigeerde leeftijd van 6
maanden, waarbij er onderscheid wordt gemaakt tussen twee voedingsgroepen;
vanaf de a terme leeftijd tot gecorrigeerde leeftijd 6 maanden krijgt één groep
standaard zuigelingenvoeding (TF= term formula) en de andere groep de
isocalorische, eiwit- en mineraalverrijkte voeding (PDF= 'postdicharge'
formula).
Het secundaire doel is het vergelijken van cardiometabole risicofactoren,
botmineralisatie (en geassocieerde serum-botmarkers) en endocriene parameters.
Daarnaast zullen we ook de kunstvoedinggroepen vergelijken met de groep die
(overwegend) moedermelk krijgt.
Follow-up:
Het primaire doel van de follow-up is het onderzoeken van de lange-termijn
effecten van vroege voeding op groei en lichaamssamenstelling bij
laat-prematuren op de gecorrigeerde leeftijd van 24 maanden, waarbij er
onderscheid wordt gemaakt tussen twee voedingsgroepen; vanaf de a terme
leeftijd tot gecorrigeerde leeftijd 6 maanden kreeg één groep standaard
zuigelingenvoeding (TF= term formula) en de andere groep de isocalorische,
eiwit- en mineraalverrijkte voeding (PDF= 'postdicharge' formula).
Het secundaire doel is het vergelijken van neurogcognitieve ontwikkeling,
cardiometabole risicofactoren, serum-botmarkers en endocriene parameters.
Daarnaast zullen we ook de kunstvoedinggroepen vergelijken met de groep die
(overwegend) moedermelk kreeg.
Onderzoeksopzet
Studie opzet: Dubbelblind, gerandomiseerd, multicenter onderzoek.
Setting: Van geboorte tot ontslag in VU Medisch Centrum Amsterdam en regionale
ziekenhuizen. Vanaf ontslag tot de gecorrigeerde leeftijd van 6 maanden
tweemaal bezoek polikliniek VU Medisch Centrum
- Interventie groep: standaard zuigelingenvoeding (*Hero baby Standaard 1*)
- Interventie groep: isocalorische, eiwit- en mineraalverrijkte
('postdischarge') voeding (*Hero baby Prematuur 1*)
- *Controle* groep: moedermelk
Follow-up:
Follow-up van een dubbelblind, gerandomiseerd, multicenter onderzoek
(LEGO-studie).
Onderzoeksproduct en/of interventie
Alle kinderen krijgen moedermelk en/of eiwit- en mineraalverrijkte voeding vanaf geboorte tot a terme leeftijd. Op de a terme leeftijd worden de kunstgevoede zuigelingen gerandomiseerd naar PDF of TF en zullen deze voeding vervolgens krijgen tot de gecorrigeerde leeftijd van 6 maanden. Bij de randomisatie wordt gestratificeerd naar geslacht en geboortegewicht (< of > p10). Volgens de huidige richtlijnen is het volume aan voeding voor de kinderen 150-175ml/kg/dag. Na ontslag zal de hoeveelheid voeding geadviseerd worden door de coördinerend onderzoeker. Follow-up: niet van toepassing
Inschatting van belasting en risico
In de eerste week na de geboorte wordt bloed afgenomen (3ml), indien mogelijk
tegelijk met plaatsing van een infuus of een andere routine controle.
Vervolgens wordt de ouders van deelnemers gevraagd twee maal naar de
polikliniek te komen; rond de a terme leeftijd en op de gecorrigeerde leeftijd
van 6 maanden. Tijdens beide bezoeken worden anthropometrische metingen
verricht, wordt de lichaamssamenstelling bepaald met behulp van de PEA POD
(*air-displacement plethysmography*) en wordt een DEXA-scan gemaakt om de
botmineralisatie te bepalen. Ook wordt opnieuw bloed afgenomen (4,2ml).
Gedurende de periode vanaf ontslag tot aan de gecorrigeerde leeftijd van 6
maanden worden ouders verzocht een voedingsdagboek bij te houden.
Follow-up:
Tijdens het bezoek op de gecorrigeerde leeftijd van 24 maanden worden
anthropometrische metingen verricht, wordt de lichaamssamenstelling bepaald met
behulp van de BOD POD (*air-displacement plethysmography*), bloed afgenomen
(3,7ml) en wordt de neurocognitieve ontwikkeling in kaart gebracht. Aan ouders
wordt gevraagd in een dagboek/vragenlijst gegevens mbt de voeding bij te houden.
Publiek
De Boelelaan 1118
Amsterdam 1081 HZ
NL
Wetenschappelijk
De Boelelaan 1118
Amsterdam 1081 HZ
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
Geboren na zwangerschapsduur tussen 32 0/7 en 35 6/7 weken., Follow-up:
deelnemers van de LEGO-studie
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
- ernstige gastro-intestinale aandoeningen die de groei beïnvloeden (bv.
cystische fibrose of ernstige gastro-oesophageale reflux)
- bekende deficiënties in groeihormoon, IGF-1 of andere hypofyse hormonen
- medicatiegebruik waarvan bekend is of vermoed wordt dat dit de groei kan
beïnvloeden (bv. orale steroïden)
- cardiale, renale, pulmonale of lever-aandoeningen
- chromosomale of genetische afwijkingen/syndromen
- bekende skeletaandoeningen
- ernstige ziekte in het algemeen
Opzet
Deelname
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CCMO | NL47957.029.14 |
OMON | NL-OMON28261 |