Het evalueren van de stollingsstatus van patiënten met matig-ernstige tot ernstige MI, met gelijktijdig vergrote boezems of AF, vóór en ná M-TEER om de complexe relatie tussen MI en de stolling te onderzoeken.
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Stollingsstoornissen en bloedingsdiathesen (excl. trombocytopenische)
- Hartklepaandoeningen
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
Stollingsstatus in patiënten met matige tot ernstige MI voor en 3 maanden na
M-TEER om de relatie tussen MI en coagubiliteit te onderzoeken.
Secundaire uitkomstmaten
Markers van de stollingscascade, trombine generatie, afbraak van stolsels en
plaatjesactivatie voor en 3 maanden na M-TEER.
Achtergrond van het onderzoek
Mitralisklepinsufficiëntie (MI) is een aandoening die wordt gekenmerkt door een
abnormale terugstroom van bloed van de linkerkamer naar de linkerboezem.
Patiënten hebben hierdoor een verhoogd risico op hartfalen en mortaliteit. Om
deze reden moet matige tot ernstige MI behandeld worden.
Bovendien kan MI verwijde boezems en boezemfibrilleren (AF) veroorzaken.
Verwijde boezems en boezemfibrilleren kunnen door annulusdilatatie de ernst van
de MI verergeren (functionele MI). Bij boezemfibrilleren en ook bij ernstig
verwijde boezems treedt stase van bloed op, waardoor er een verhoogd risico op
stolselvorming is in het linkeratrium en linkerhartoor. Als zo'n stolsel
losschiet kan het een herseninfarct veroorzaken.
Een aantal studies suggereert dat MI een beschermende werking zou kunnen hebben
tegen de ontwikkeling van trombi in het linkerhartoor bij patiënten met
verwijde boezems en boezemfibrilleren. Door de turbulente flow van bloed
gepaard gaande met matige tot ernstige MI neemt potentieel de stase van bloed
in het linkeratrium-/hartoor af. Hierdoor zou het risico op trombo-embolische
events afnemen. Echter zijn er ook tegenstrijdige resultaten met een verhoogd
risico om stoselvorming bij MI en AF gepubliceerd.
Deze studie heeft als doel de complexe relatie tussen ernstige MI en stolling
te onderzoeken om inzicht te krijgen in de onderliggende mechanismen die een
rol spelen.
Door een aantal stollingsparameters voor en na Mitralisklep Transkatheter
Edge-to-Edge Repair (M-TEER) te bepalen kan het effect van MI op de
stollingsstatus worden beoordeeld. Door de stollingsparameters binnen dezelfde
patiënt te vergelijken kan inzicht worden verkregen in de veranderde
stollingsdynamiek die mogelijk optreedt bij MI.
De hypothese van de studie luidt: Na een M-TEER procedure neemt de
stollingsneiging in patiënten met matig-ernstige of ernstige MI, met ofwel
vergrote boezems of boezemfibrilleren, toe in vergelijking met vóór de
procedure.
Doel van het onderzoek
Het evalueren van de stollingsstatus van patiënten met matig-ernstige tot
ernstige MI, met gelijktijdig vergrote boezems of AF, vóór en ná M-TEER om de
complexe relatie tussen MI en de stolling te onderzoeken.
Onderzoeksopzet
De studie is een monocenter, prospectieve pilot studie waarbij de patiënt zijn
eigen controle is. Er zullen bloedafnames plaatsvinden op baseline en 3 maanden
na de procedure. Bloedafname bij patiënten met antistolling zal plaatsvinden
vóór inname van de medicatie (dalspiegel). De klinische eindpunten zullen
gedurende 3 maanden verzameld worden.
Inschatting van belasting en risico
Alle bloedmonsters worden afgenomen via venapunctie of via een routinematig
geplaatste IV-katheter bij aanvang (één dag voor de procedure) en 3 maanden na
M-TEER. Klinische informatie wordt verkregen uit het medisch dossier van de
patiënt, opgevraagd bij de huisarts indien nodig, of verzameld tijdens het
follow-up moment na 3 maanden. Er wordt geen voordeel of schade verwacht voor
de deelnemers.
Publiek
Koekoekslaan 1
Nieuwegein 3435 CM
NL
Wetenschappelijk
Koekoekslaan 1
Nieuwegein 3435 CM
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
- >= 18 jaar oud
- Echocardiografisch (TTE) aangetoond matig-ernstige MI, gepland voor M-TEER.
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
- Patiënt kan geen informed consent geven
- Actieve maligniteit (exclusief niet-melanoom huidkanker)
- Actieve leveraandoeningen (ALT, ASP, AP >3x ULN of actieve hepatitis A, B of
C)
- Patiënten die niet-steroïdale anti-inflammatoire middelen, corticosteroïden,
of hormoon vervangende therapie gebruiken en dit niet kunnen staken.
- Bekende coagulopathie
- Ernstige anemie waarvoor bloedtransfusie vereist is of een trombocytopenie
<50 10^9/L
- Levensverwachting <1 jaar
- Ernstig nierfalen (eGFR <30 mL/min)
Opzet
Deelname
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CCMO | NL84411.100.23 |