Vervolgonderzoek LINC: Blootstelling aan chemische stoffen en de gezondheid van adolescenten

Gedurende ons hele leven worden we blootgesteld aan verschillende synthetische
chemicaliën die aanwezig zijn in voedsel, water, medicijnen, de lucht die we
inademen, cosmetica en gezondheidszorgproducten, schoenen, kleding,
bouwmaterialen, voedselverpakkingen en andere consumentenproducten. Deze
chemische stoffen kunnen mogelijk de fysiologische en gedragsontwikkeling
verstoren, inclusief het verstoren van de normale werking van het endocriene
systeem (d.w.z. hormoonontregelende chemicaliën). Als gevolg hiervan is
blootstelling aan chemische stoffen tijdens gevoelige ontwikkelingsstadia zoals
de perinatale periode en de kindertijd, in verband gebracht met een breed scala
aan nadelige gezondheidseffecten, waaronder cardio-metabole ziekten, kanker,
vruchtbaarheidsproblemen en neurologische ontwikkelingsstoornissen. Studies die
de effecten van chemische stoffen prospectief onderzoeken zijn echter beperkt
en richten zich vaak op specifiek blootgestelde populaties of individuele
chemische verbindingen. Daarom is het van cruciaal belang om een breed scala
aan blootstellingen aan chemische stoffen in de algemene bevolking te
bestuderen en de gevolgen voor de gezondheid te karakteriseren. Zo kan
informatie worden verstrekt voor chemische risicobeoordelingen en regelgeving
voor de gezondheid.

Deze studie heeft tot doel kennishiaten aan te pakken met betrekking tot de
gezondheidseffecten van chemische stoffen in de kindertijd/adolescentie en hun
onderliggende mechanismen. Ons doel is om een follow-up uit te voeren met
kinderen uit het LINC-geboortecohort. De LINC-studie is een reeds afgeronde
prospectieve geboortecohortstudie (METC VUmc-nummer: NL31941.029.10) waarbij in
de periode 2011-2015 zwangere vrouwen werden geincludeerd in de regio's Zwolle,
Purmerend en Den Helder. Het primaire doel is het beantwoorden van de
onderzoeksvraag *Wat is het effect van chemische stoffen op de ontwikkeling en
gezondheid van kinderen?*. We zullen de gezondheidsdomeinen neuropsychologische
ontwikkeling, puberteit, cardio-metabole ziekten, en respiratoire/allergische
uitkomsten van de kinderen/adolescenten in het LINC-cohort bestuderen. De
secundaire doelstellingen van LINC zijn (i) het beoordelen van
blootstellingspatronen in de loop van de tijd en tijdens gevoelige
blootstellingsperioden; en om (ii) associaties te bestuderen tussen
blootstelling aan chemische stoffen en het microbioom van de darmen en de
mediërende rol van het microbioom.

Er zal een prospectieve, niet-invasieve observationele follow-up meting worden
uitgevoerd waarin we de huidige blootstellingsniveaus en ontwikkeling op de 4
gezondheidsdomeinen van de kinderen in het LINC-cohort in 2024-2026
onderzoeken. We bezoeken de kinderen rond de leeftijd van 12-13 jaar (mogelijk
variërend van 11-14 jaar). Tijdens de follow-up doen we diverse metingen (o.a.
lengte, gewicht, huidplooidikte en bloeddruk), verzamelen de kinderen een
aantal monsters (ochtendspeeksel, urine en ontlasting), dragen een siliconen
polsbandje, wat een passieve draagbare sampler is die stoffen opneemt, en
vullen de kinderen en hun ouders of verzorgers vragenlijsten in. De huidige
niveaus van blootstelling aan chemische stoffen zullen worden gemeten in
urinemonsters en het polsbandje. Het microbioom zal worden gemeten in de
ontlasting en de steroïdehormoonspiegels zullen worden gemeten in het speeksel.

Er worden weinig tot geen risico's verwacht voor deelname aan het onderzoek.
Deelnemers wordt gevraagd vragenlijsten in te vullen en 1 speekselmonster, 3
urinemonsters op één dag en 1 ontlasting monster te verzamelen. Daarnaast
draagt het kind gedurende één week een siliconen polsbandje. Over het geheel
genomen verwachten we, vanwege het niet-invasieve ontwerp, dat dit een kleine
tot bescheiden last zal zijn. Een denkbaar maar verwaarloosbaar risico is het
toegenomen bewustzijn van blootstelling aan chemische stoffen in de dagelijkse
omgeving van deelnemers, wat mogelijk tot bezorgdheid en stress kan leiden. We
zullen de blootstelling (over het algemeen laag maar toch alomtegenwoordig) en
de gezondheidsrisico's (over het algemeen laag in omvang) in de context
plaatsen bij het communiceren over het onderzoek en de resultaten van het
onderzoek. Ten slotte verwachten we niet dat groepsgerelateerdheid (group
relatedness) de conclusies van dit epidemiologische onderzoek zullen
belemmeren. Broers en zussen van huidige deelnemers zijn uitgesloten van het
onderzoek. De kinderen kunnen enige gelijkenis vertonen wat betreft
blootstelling, gezondheidsresultaten en covariaat profielen vergeleken met de
variabiliteit die aanwezig is in de Nederlandse kinderpopulatie - gegeven het
feit dat moeders/kinderen werden en weer zullen worden benaderd in drie steden
(Zwolle, Purmerend en Den Helder). We gebruiken statistische modellen die waar
nodig rekening houden met covariaten en groepsgerelateerdheid.