Nieuwe trainingsmodules gericht op verbetering van arm-handvaardigheid bij mensen met een cervicale dwarslaesie

Arm- en handvaardigheid is voor personen met een cervicale dwarslaesie van
groot belang. Het huidige revalidatieprogramma voor deze personen is
hulpvraaggestuurd, waarbij men rekening houdt met de hoogte en uitgebreidheid
van de laesie. Het programma wordt echter niet expliciet opgesteld vanuit de
hulpvraag van de patiënt (hulpvraaggericht). Uit onderzoek blijkt dat patiënten
neigen meer pro-actief te zijn wanneer ze actief betrokken worden in het
revalidatieproces (Donnelly 2004) en dat het resultaat van de therapie beter is
wanneer de revalidatie 'client-centred' was (Wressle 2002). Ook blijkt dat het
trainen van de vaardigheden zelf de beste manier is om een vaardigheid te leren
(Shumway-Cook 2001). Vanuit het Nederlands Vlaams Dwarslaesie Genootschap rijst
de vraag om het revalidatieproces aan te passen, waarbij de opnametijd verkort
wordt, de therapie meer hulpvraaggericht wordt en waarbij therapie aangeboden
wordt in modules.
Dit project beoogt het ontwikkelen en evalueren van een specifieke cliënt-
georienteerde taakgerichte revalidatiemodule voor arm- en handvaardigheid bij
personen met een cervicale dwarslaesie.

Het doel van dit onderzoek is de ontwikkeling en evaluatie van een specifiek
cliënt-georienteerde taakgerichte trainingsmodule voor arm- en handvaardigheid
voor mensen met een cervicale dwarslaesie.

Vraagstellingen:
1) Biedt een 8 weken durende cliënt- en taakgerichte trainingsmodule voor arm-
en handvaardigheid een verbetering van de specifieke vaardigheid?
2) Biedt een 8 weken durende cliënt- en taakgerichte trainingsmodule voor arm-
en handvaardigheid een verbetering van de algemene vaardigheden m.b.t. arm en
hand?
3) Biedt een 8 weken durende cliënt- en taakgerichte trainingsmodule voor arm-
en handvaardigheid een verbetering van de kwaliteit van leven?

Dit is een longitudinale klinische interventie studie waarbij personen uit 2
groepen deelnemen, n.l. personen met een cervicale dwarslaesie die nog in het
revalidatieproces zitten en personen met cervicale dwarslaesie die uit het
revalidatieproces ontslagen zijn, maar nog een bijkomende vraag m.b.t. arm- en
handvaardigheid hebben. Deelnemers uit beide groepen zullen een 8 weken durende
cliënttaakgerichte trainingsmodule voor arm- en handvaardigheid ondergaan. Drie
zelfgekozen taken m.b.t. arm- en hand worden getraind. De vooruitgang op de
specifieke vaardigheden, op de algemene arm- en handvaardigheden en op de
kwaliteit van leven na de specifieke training worden beoordeeld. De resultaten
hiervan worden vergeleken met resultaten uit vorig onderzoek, waarbij personen
een standaardtraining ondergingen. Bovendien worden data vóór het
trainingsprogramma vergeleken met data na het trainingsprogramma en met data
van de follow-up meting.

Data-analyses:
Om de verschillende vraagstellingen te beantwoorden zullen enerzijds data van
de drie opeenvolgende metingen getoetst worden m.b.v. een Friedman-test.
Anderzijds zullen data van de trainingsgroep vergeleken worden met data van de
controle groep d.m.v. een Mann-Whitney U-test.

Werkplan:
In fase 1 (maart 2007-maart 2008) worden de deelnemers gerekruteerd. In fase 2
(maart 2007 tot april 2008) worden de deelnemers getraind. In fase 3 (mei 2008
tot juni 2008) volgt een data-analyse. In fase 4 (juli 2008 tot september
2008) worden de resultaten gerapporteerd.

De interventie bestaat uit een 8 weken durende cliënttaakgerichte trainingsmodule voor arm- en handvaardigheid. Drie zelfgekozen taken m.b.t. arm- en hand worden getraind. De vooruitgang op de specifieke vaardigheden, op de algemene arm- en handvaardigheden en op de kwaliteit van leven na de specifieke training worden beoordeeld. (zie ook onderzoeksopzet)

De risico*s tijdens het onderzoek zijn niet groter dan bij uitvoering van
gewone dagelijkse activiteiten.