Prevalentie van latexallergie bij medewerkers van de operatieafdeling
van het Erasmus MC te rotterdam

Titel: prevalentie van latexallergie bij medewerkers van de operatieafdeling
van het Erasmus MC
te Rotterdam

Type 1 Latex allergie bij gezondheidszorg medewerkers is inmiddels een bekend
en erkend probleem. Naar het voorkomen van latex allergie onder medewerkers in
de Nederlandse gezondheidszorg zijn in het verleden twee onderzoeken verricht,
beide in het toenmalige AZR. De studies onder medewerkers van de afdeling
immunologie (1997) en van de operatiekamers (1998) lieten prevalentie cijfers
zien van respectievelijk 8.3% en 14.1 % .

Omdat het poeder in handschoenen een belangrijke route vormt voor het
ontwikkelen van een allergie is aan de hand van beide studies het handschoen
beleid in het Erasmus MC aangepast. In 1998 werden gepoederde
onderzoekshandschoenen vervangen door ongepoederde handschoenen en 1 jaar later
vond dezelfde wijziging plaats voor steriele handschoenen.

Nu, 9 jaar, na introductie van dit beleid, willen wij opnieuw een prevalentie
studie verrichten om te zien wat nu het voorkomen is van latex allergie onder
OK medewerkers. De verwachting is dat latex allergie beduidend minder voorkomt
dan 10 jaar geleden.

Vraagstelling:
Primaire vraagstelling: Wat is de prevalentie van latex allergie onder
medewerkers van operatiekamer afdeling van het Erasmus MC Rotterdam?

Secundaire vraagstelling: Is deze prevalentie significant lager ten opzichte
van de prevalentie
voorafgaand aan de introductie van steriele poedervrije handschoenen op de
operatie kamers van het Erasmus MC, negen jaar geleden?

Bij alle proefpersonen (n= 328) wordt een vragenlijst afgenomen aangaande
biografische gegevens, arbeidskarakteristieken, (werkgerelateerde) bovenste en
lage luchtwegklachten en huidklachten. Vervolgens wordt
een huidtest verricht met diverse allergeenextracten, waaronder latex
(handschoen extract en latex sap), kruisreagerende fruitsoorten zoals kiwi,
banaan en avocado en de algemene inhalatie allergenen. Tevens worden de
proefpersonen gevraagd om een buis bloed af te staan voor RAST onderzoek,
waarbij het totaal IgE en de aanwezigheid van IgE-antistoffen gericht tegen
latex wordt bepaald.

Belasting en risico*s:
Een reactie elders in het lichaam door de priktest is zeldzaam, omdat slechts
een minimale hoeveelheid allergeen wordt gebruikt. Wel kan er ter plaatse van
de test jeuk en zwelling ontstaan die ook na 6 uur opnieuw kan optreden (de
late reactie). Deze late reactie verdwijnt weer spontaan in de loop van de
volgende dagen. Na de huidtest is het niet te verwachten dat het de normale
dagelijkse werkzaamheden beïnvloedt.