Het hoofddoel van het onderzoek is het ontrafelen van de mechanismen die ten grondslag liggen aan de invloed die voedingseiwitten hebben op de regulatie van de bloeddruk en op de terugloop in nierfunctie.
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Overige aandoening
Synoniemen aandoening
Aandoening
nierfunctie(verlies) en hypertensie
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
Systolische en diastolische bloeddruk
Secundaire uitkomstmaten
Nierfunctie weergegeven door kreatinine-klaring
Achtergrond van het onderzoek
De nieren als bloeddrukregulerende organen staan continu onder invloed van
voedingsstoffen in het bloed en spelen hierdoor een sleutelrol in de relatie
tussen de intake van voedingseiwitten en de bloeddruk.
Verschillende aminozuren kunnen uiteenlopende effecten op de bloeddruk hebben,
afhankelijk van hun betrokkenheid bij de gluconeogenese en/of ureagenese en
afhankelijk van hun al dan niet verzurende eigenschap. Aminozuren die betrokken
zijn bij de gluconeogenese en/of ureagenese zouden een bloeddrukverlagend
effect hebben, terwijl een aantal mechanismen leidt tot een verhoogde bloeddruk
bij aminozuren met een verzurende werking.
Patiënten met subklinische renale schade, zoals bijvoorbeeld patiënten met een
verlaagde functionele niermassa, zoals frequent het geval is bij patiënten met
diabetes, zullen ontvankelijker zijn voor het bloeddrukverhogende effect van
bepaalde aminozuren dan gezonde personen. Deze patiënten vormen hiermee dan ook
een uitstekende groep voor eventuele interventies op het gebied van voeding die
een gunstige werking zou kunnen hebben op de bloeddruk.
Doel van het onderzoek
Het hoofddoel van het onderzoek is het ontrafelen van de mechanismen die ten
grondslag liggen aan de invloed die voedingseiwitten hebben op de regulatie van
de bloeddruk en op de terugloop in nierfunctie.
Onderzoeksopzet
Het onderzoek is opgezet als een observationele epidemiologische studie.
Cross-sectionele en prospectieve analyses zullen worden gedaan in een cohort
dat bestaat uit patiënten met diabetes type 1 of type 2. De associatie tussen
enerzijds voedingseiwitten en zwavelbevattende aminozuren anderzijds de
bloeddruk zal worden onderzocht. Ook zal de interactie met verschillende
aspecten van de nierfunctie worden onderzocht.
Onze hypothese voorspelt dat patiënten met diabetes ontvankelijker zijn voor
het bloeddrukverhogende effect van zwavelhoudende aminozuren dan de gezonde
populatie. Patienten met diabetes laten frequent milde renale stoornissen
zien in combinatie met een hoge prevalentie van hypertensie. Deze patiënten
vormen hiermee een hoog-risico populatie waarin interventie op het gebied van
metabole zuurbelasting van grote invloed kan zijn.
Er zullen middels vragenlijsten gegevens van de patiënten worden verkregen over
onder andere hun dieetgewoonten en hun leefstijl (roken, lichaamsbeweging)
Aan de hand van een voedingsdagboek (dat gedurende drie dagen dient te worden
bijgehouden) zal worden geregistreerd wat patiënten aan verschillende
voedingsstoffen binnenkrijgen.
Patiënten zal worden gevraagd gedurende 24 uur hun urine te verzamelen in
speciaal daarvoor ontwikkelde containers.
Omdat onder normale omstandigheden de uitwas van voedingsmiddelen gelijk is aan
de inname ervan, vormen de concentraties van de verschillende voedingsmiddelen
en metabolieten in de 24-uurs urine een reflectie van de inname via de voeding.
Daarnaast kunnen in de urinemonsters het urine creatinine, bicarbonaat,
titreerbaar zuur en ammoniak worden bepaald, naast urine natrium, ureum en
sulfaat.
Tijdens het poliklinisch consult zullen bloedddruk en enkele antropometrische
parameters worden verzameld (gewicht, lengte, middelomtrek)
Aan de hand van de te verzamelen gegevens kunnen cross-sectionele en later ook
prospectieve analyses worden gedaan op het ontstaan van hypertensie waarbij ook
variatie in de zoutintake en andere relevante parameters kunnen worden
meegenomen als potentieel van invloed zijnde factoren in de relatie tussen
dieeteiwitten en bloeddruk.
Inschatting van belasting en risico
Het betreft een observationele studie waarbij geen aanvullende invasieve
ingrepen zullen worden uitgevoerd bij de patiënten anders dan de venapunctie
die in het kader van het controlebezoek reeds wordt verricht.
Patiënten zullen worden gezien in aansluiting op het reguliere follow-up bezoek
aan hun behandelend specialist.
De belasting voor de patiënt bestaat uit het invullen van een vragenlijst met
betrekking tot leef-/dieetgewoonten en het gedurende drie dagen bijhouden van
een voedingsdagboek. Tevens dient een 24-uurs urineverzameling te worden
gespaard.
Algemeen / deelnemers
De brug k4.045 Hanzeplein 1
9700 RB Groningen
NL
Wetenschappers
De brug k4.045 Hanzeplein 1
9700 RB Groningen
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
Mannelijke en vrouwelijke patiënten diabetes type 1 of type 2
Follow-up vindt plaats in het UMC te Groningen, de Isala Klinieken te Zwolle of het Twenteborg Ziekenhuis te Almelo.
Patiënten dienen het 'informed consent'-formulier ondertekend te hebben
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
Afhankelijkheid van nierdialyse
Ernstige lichamelijke aandoeningen of geestelijke stoornissen die participatie in het onderzoek onmogelijk maken
Drugsgebruik
Opzet
Deelname
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CCMO | NL24974.042.08 |