Het doel van dit onderzoek is tweeledig. Ten eerste zal onderzocht worden of EMDR een effectieve behandelmethode is voor patiënten met een paniekstoornis met of zonder agorafobie. Hierbij zal EMDR direct vergeleken worden met een CGT behandeling. De…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Angststoornissen en -symptomen
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
De primaire uitkomstmaten zijn de symptomen van een paniekstoornis met of
zonder agorafobie zoals gemeten met de SCID-I en de kwaliteit van leven zoals
gemeten met de WHOQOL-Bref.
Secundaire uitkomstmaten
De secundaire uitkomstmaten zijn de ernst van een paniekstoornis, zoals gemeten
met de ACQ en de BSQ. De ernst van de agorafobie zoals gemeten met de MI en het
aantal paniekaanvallen, gemeten middels het formulier voor het registreren van
paniekaanvallen.
Achtergrond van het onderzoek
Er is veel onderzoek gedaan naar het effect van psychologische interventies in
de behandeling van paniekstoornissen met of zonder agorafobie. Verschillende
gecontroleerde studies laten zien dat cognitieve gedragstherapie (CGT) de meest
effectieve interventie is die goede resultaten laat zien Van de patiënten die
behandeld worden met CGT is 40 tot 90 procent na behandeling paniekvrij. De
verschillen in behandeleffecten wordt sterk bepaald door de geselecteerde
onderzoekspopulatie. Wanneer er sprake is van meer vermijdingsgedrag en/of
aanwezigheid van meer comorbiditeit, gaat het succespercentage van de
behandeling naar beneden. Ondertussen is duidelijk dat CGT ook op de langere
termijn voor veel patiënten een effectieve behandeling is. Desondanks is er een
groep patiënten die na een CGT behandeling langdurig extra of aanvullende
behandeling nodig heeft . Verder zijn er aanwijzingen dat naarmate de
follow-upperiode langer duurt, de kans groter wordt dat zich een nieuwe
klachtenepisode voordoet en dat een patiënt die na CBT behandeling klachtenvrij
was een verhoogd risico loopt op het ontwikkelen van andere affectieve
stoornissen.
Hoewel de effectiviteit van EMDR met betrekking tot PTSS goed onderzocht is,
kan dit momenteel niet gezegd worden van de toepassing van EMDR op het gebied
van andere angststoornissen, zoals paniekstoornissen met of zonder agorafobie.
Vanuit een theoretisch perspectief zijn er diverse argumenten waarom EMDR wel
degelijk een rol zou kunnen spelen in de behandeling van een paniekstoornis met
of zonder agorafobie. Een eerste paniekaanval is vaak zeer traumatiserend en
aangrijpend omdat die onverwacht optreedt, als levensbedreigend wordt ervaren
en een conditionerend beangstigend effect heeft voor een volgende paniekaanval.
Een eerste paniekaanval zou daardoor eenzelfde uitwerking kunnen hebben op de
informatieverwerking als een traumatische gebeurtenis die leidt tot een PTSS.
Bovendien toont onderzoek aan dat paniekherinneringen bij een paniekstoornis
veel weg hebben van traumaherinneringen bij een PTSS. Daarnaast zijn er
aanwijzingen dat een paniekstoornis met agorafobie vaak ontstaan na een
stressvolle levensgebeurtenis.
Doel van het onderzoek
Het doel van dit onderzoek is tweeledig. Ten eerste zal onderzocht worden of
EMDR een effectieve behandelmethode is voor patiënten met een paniekstoornis
met of zonder agorafobie. Hierbij zal EMDR direct vergeleken worden met een CGT
behandeling. De verwachting is dat EMDR in de behandeling van een
paniekstoornis met of zonder agorafobie, evenals CGT, leidt tot reductie van de
symptomen van de paniekstoornis. Deze reductie van symptomen, zo is de
verwachting, zal groter zijn voor de EMDR behandelgroep dan voor de CGT
behandelgroep wanneer een patiënt in het hier-en-nu nog steeds last heeft van
traumatisch ervaren herinneringen zoals bijvoorbeeld de eerste paniekaanval of
het vermijdingsgedrag. Ten tweede wordt de kwaliteit van leven steeds vaker
gezien als een belangrijke uitkomstmaat bij tal van psychiatrische en
lichamelijke aandoeningen. Onderzoek heeft laten zien dat de kwaliteit van
leven bij patiënten met een paniekstoornis verbeterd na CGT. In dit onderzoek
zal onderzocht worden wat de impact van de behandelingen op de kwaliteit van
leven is. De verwachting is dat EMDR in de behandeling van een paniekstoornis
met of zonder agorafobie, evenals CGT, leidt tot een verbetering van de
kwaliteit van leven. Deze verbetering van kwaliteit van leven, zo is de
verwachting, zal eveneens groter zijn voor de EMDR behandelgroep dan voor de
CGT behandelgroep wanneer een patiënt in het hier-en-nu nog steeds last heeft
van traumatisch ervaren herinneringen.
Onderzoeksopzet
Het betreft een prospectief onderzoek met een gerandomiseerde toewijzing (RCT)
aan één van beide groepen (EMDR versus CGT) en een follow-upperiode van 3
maanden. De EMDR groep zal direct vergeleken worden met de CGT groep. De
inclusieperiode voor deelname aan dit onderzoek bedraagt twee jaar. Het
onderzoek heeft een totale looptijd van tweeënhalf jaar. De instroom van
patiënten met een paniekstoornis met of zonder agorafobie bedraagt, voor beide
ziekenhuizen samen, rond de 80 patiënten per jaar. Potentiële verwijzers in de
regio Tilburg en Breda zullen tijdens het onderzoek tweemaal schriftelijke op
de hoogte gesteld worden van het onderzoek, om de haalbaarheid verder te
vergroten.
Onderzoeksproduct en/of interventie
Twee behandelingen zullen met elkaar vergeleken worden (EMDR vs CGT). Er zal in beide groepen gebruik worden gemaakt van een behandelprotocol, welke bestaat uit 13 wekelijkse behandelsessies die elk 45 tot 60 minuten duren. De interventies in beide behandelgroepen verschillen van elkaar vanaf behandelsessie één.
Inschatting van belasting en risico
Zowel cognitieve gedragstherapie, alsmede Eye Movement Desensitisation and
Reprocessing zijn veilige behandelmethoden. Er zijn geen gezondheidsrisico*s
verbonden aan deelname aan dit onderzoek.
Algemeen / deelnemers
Postbus 90151
5000 LC Tilburg
NL
Wetenschappers
Postbus 90151
5000 LC Tilburg
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
Patienten zijn tussen de 18 en de 65 jaar oud en hebben als primaire diagnose een paniekstoornis met of zonder agorafobie, conform de criteria uit de DSM-IV-TR. Daarnaast dienen patiënten over een voldoende beheersing van de Nederlandse te beschikken om de informatiebrief, het toestemmingsformulier en vragenlijsten te kunnen lezen en begrijpen.
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
Dementie, psychose, ernstige depressie, bipolaire stoornis, persoonlijkheidsstoornis. Daarnaast zullen patiënten die wekelijks meer dan 20 standaard eenheden alcohol gebruiken, benzodiazepinen en/of andere sederende middelen gebruiken, uitgesloten worden van deelname aan het onderzoek. Patiënten welke moderne en/of klassieke antidepressiva gebruiken kunnen niet deelnemen aan dit onderzoek.
Opzet
Deelname
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CCMO | NL30843.008.09 |