Het doel van de studie is om het gemak van plaatsing, de incidentie van verkeerde plaatsing en de kwaliteit van de long deflatie te vergelijken tussen een linker DLT en de EZB. Tevens is de incidentie en ernst van schade aan larynx, trachea en…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Luchtwegen therapeutische verrichtingen
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
De primaire onderzoeksvariabele is de incidentie van verkeerde positionering
van een linker DLT of van een EZB. Er zijn vier tijdstippen waar vekeerde
positionering beschouwd worden:
- Verkeerde positionering ontdekt tijdens fiber optische bronchoscopie na blind
inbrengen van het hulpmiddel
- Verkeerde positionering ontdekt tijdens fiber optische bronchoscopie of
tijdens auscultatie na opblazen van de bronchiale cuff bij de DLT of de (linker
of rechter) ballon bij de EZB.
- Verkeerde positionering ontdekt tijdens fiber optische bronchoscopie na
repositionering van de patient naar een zijligging en na opblazen van de
bronchiale cuff bij de DLT of de (linker of rechter) ballon bij de EZB
-Verkeerde positionering ontdekt tijdens fiber optische bronchoscopie of
visuele inspectie door de chirurg gedurende de operatie (dislocatie van het
hulpmiddel)
Secundaire uitkomstmaten
Secundaire onderzoeksvariabelen zijn het gemak en tijdsduur van het inbrengen
van het hulpmiddel, het gemak en de tijdsduur van het eventueel 0 van het
hulpmiddel en de kwaliteit en de tijdsduur van de longdeflatie.
Het gemak van inbrengen van het hulpmiddel is een kwalitatieve variabele: 1=
excellent, 2= goed, 3= matig, 4= slecht
De kwaliteit van long deflatie is een kwalitatieve variabele: 1= excellent, 2=
goed, 3= matig, 4= slecht. Als de long deflatie niet excellent is wordt
uitgelegd waarom.
Andere secundaire onderzoeksvariabelen zijn de incidentie van postoperatieve
klachten van pijnlijke keel en heesheid, en een beschrijving van de schade aan
larynx, trachea en bronchi.
Achtergrond van het onderzoek
Long isolatie wordt gebruikt om één long ventilatie gedurende thoracale
chirurgie mogelijk te maken. Er worden gewoonlijk twee methoden gebruikt, een
dubbel lumen tube (DLT) of een bronchiale blokker welke door een enkel lumen
tube ingebracht wordt. Echter, beide technieken hebben voordelen en nadelen. De
DLT kan snel geplaatst worden en blijft goed op z'n plaats, maar het is soms
moeilijk, zelfs onmogelijk om het in te brengen. De DLT is groter dan een
conventionele enkel lumen tube en de incidentie van postoperatieve heesheid en
beschadigingen aan de luchtweg is hoger. Vergeleken met een DLT, zijn
bronchiale blokkers moeilijker te plaatsen en moeten vaker gerepositioneerd
worden gedurende de operatie. De nadelen van de bestaande hulpmiddelen voor
long isolatie gaven aanleiding tot de ontwikkeling van een nieuw bronchiale
blokker concept. Het ontwerp van een Y-vormige bronchiale blokker, de EZ-
Blocker® (AnaesthetIQ BV, Rotterdam, Nederland) (EZB), combineert de voordelen
van beide long isolatie technieken. De EZB is reeds geëvalueerd in een varkens
model, in mannequin, in een menselijk lichaam en in een klinische studie. De
EZB is recent CE gecertificeerd. Er is nog geen klinische studie die de
effectiviteit en de veiligheid van dit hulpmiddel.
Doel van het onderzoek
Het doel van de studie is om het gemak van plaatsing, de incidentie van
verkeerde plaatsing en de kwaliteit van de long deflatie te vergelijken tussen
een linker DLT en de EZB. Tevens is de incidentie en ernst van schade aan
larynx, trachea en bronchi veroorzaakt door DLT of EZB doel van de studie.
Onderzoeksopzet
De studie is gerandomiseerd, prospectief en gedeeltelijk geblindeerd.
De chirurg is geblindeerd voor de gebruikte techniek als hij/zij zijn oordeel
moet geven over de kwaliteit van de long deflatie. De longarts is geblindeerd
als zij/hij de videos van larynx, trachea en bronchus evalueert. De patiënt en
de ondervrager zijn geblindeerd als er gevraagd wordt naar keelpijn en
heesheid. .
De studie gebeurt aan de Universitair Medisch Centrum St Radboud.
Waarschijnlijk begint de studie in het begin van 2010 en eindigt één jaar
later.
Patiënten worden geworven op het pre-operatieve spreekuur, één week vóór hun
operatie. Patiënten worden gerandomiseerd in twee groepen door een computer
gegenereerde code, aangeleverd door een statisticus.
De patiënten worden gelijk behandeld ten aanzien van de pre-operatieve
voorbereidingen en de per- en post-operatieve behandeling, behalve de plaatsing
van het hulpmiddel voor long isolatie. De plaatsing van een DLT is de standaard
klinische praktijk. Inspectie met een fiber optische bronchoscoop naar de
positie van de DLT is routine. Een controle van schade aan larynx, trachea en
bronchi veroorzaakt door het hulpmiddel wordt vaak uitgevoerd gedurende de
finale inspectie van de luchtweg van de patient (b.v. inspectie van de naad,
verwijderen van bloed en secreties uit de luchtweg) . De beschikbare ziekenhuis
protocollen (KWINT) worden gebruikt voor de preoperatieve beoordeling en de
per- en post- operative behandeling. Het onderzoek wordt uitgevoerd door vier
anesthesiologen met ervaring met beide technieken (ruime ervaring met de DLT en
minstens 5 plaatsingen van de EZ-Blocker).
Onderzoeksproduct en/of interventie
Gewoonlijk wordt voor één long ventilatie een DLT gebruikt. In ons ziekenhuis wordt een polyvinyl DLT (Broncho-cath, Mallinckrodt,) zonder carina haak gebruikt. Dit type tube bestaat uit een buis met twee lumen met twee distale cuffs. Het ene lumen (het bronchiale lumen) reikt een eind verder, heeft een lichte kromming en heeft een kleine blauwe cuff. Het andere lumen (het tracheale lumen) heeft een grotere cuff. Een DLT bestaat in vier maten en men kan kiezen tussen een linker en een rechter uitvoering. Een DLT heeft een veel grotere diameter dan een standaard enkel lumen tube. De EZB is een semi-rigide catheter met twee distale extensies, beiden met een opblaasbare ballon en een centraal lumen. Het is bedoeld voor gebruik in combinatie met een standaard enkel lumen tube. Nadat de EZB is doorgeschoven door het distale uiteinde van de enkel lumen tube, spreiden de beide extensies zich en vinden hun weg naar de linker en de rechter hoofdbronchus. De plaats waar de twee extensies vastzitten aan de schacht rust nu op de carina. Fiber optische bronchoscopie moet gebruikt worden om de juiste positie te verifiëren. Na plaatsing van de EZB kan één van de ballonnen opgeblazen worden voor long separatie onder directe visuele inspectie met fiber optische bronchoscopie. Als plaatsing met een EZB niet lukt zal een DLT geplaatst worden en als plaatsing met een DLT niet lukt zal een EZB geplaatst worden.
Inschatting van belasting en risico
Patienten zijn onder anesthesie als ofwel een DLT of wel een EZB wordt
ongebracht. Deelname aan het onderzoek brengt voor de patient geen bijkomende
gevaren met zich mee. Er zijn geen directe voordelen voor de deelnemende
patiënten.
Algemeen / deelnemers
Geert Grooteplein 10
6500 HB Nijmegen
NL
Wetenschappers
Geert Grooteplein 10
6500 HB Nijmegen
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
ASA fysische klasse 1-3 patiënten die een linker dubbel lumen tube nodig hebben voor één-long ventilatie
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
Laesies over het pad van een dubbel lumen tube of een EZ blokker, vernauwing van trachea of de linker hoofdstam bronchus of veranderde anatomie van de carina, verwachte moeilijke intubatie (Mallampati score >3) en geschiedenis of aanwezigheid van een tracheostoma. Geëxcludeerd worden patiënten die een absolute long isolatie of sleeve-resectie van een hoofdstam bronchus moeten ondergaan.
Opzet
Deelname
In onderzoek gebruikte producten en hulpmiddelen
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CCMO | NL30799.091.09 |