Een gerandomiseerd vergelijkend onderzoek tussen anterieure discectomie met of zonder intercorporele fusie en discus prothese bij de behandeling van de cervicale hernia.

Patiënten met een persisterend cervicaal radiculair syndroom op basis van een
hernia, komen in aanmerking voor chirurgische behandeling. Anterieure cervicale
discectomie is de standaard behandeling, vaak in combinatie met een
intercorporele cage om de discus ruimte op hoogte te houden. Op de lange
termijn is discus degeneratie van het aanliggende segment een bekend fenomeen.
Recent is de cervicale discus prothese ontwikkeld met als doel behoud van
beweeglijkheid en mogelijk vermindering van aanliggende discus degeneratie. Tot
op heden is er geen gerandomsieerd vergelijkend onderzoek verricht naar de
effectiviteit van anterieure discectomie, met of zonder cage, en discus
prothese.

Aantonen of een Active C discusprothese effectiever is dan een anterieure
discectomie met of zonder plaatsing van een cage na 1 jaar. Tevens zal na 5
jaar geanalyseerd worden of de incidentie van aanliggende discus degeneratie
lager is na plaatsing van een discus prothese.

De studie betreft een multicenter gerandomiseerd onderzoek met een follow-up
van 5 jaar.

Patiënten worden gerandomiseerd in 3 groepen: anterieure discectomie zonder cage, anterieure discectomie met cage, en anterieure discectomie met een discus prothese.

Naast de bekende risico*s van de anterieure cervicale benadering, zijn er
implantaten gerelateerde risico*s zoals verplaatsing, inzakking of breuk van de
prothese. Patiënten zullen vaker dan gebruikelijk gecontroleerd worden op de
polikliniek en het regelmatig invullen van vragenlijsten kan een belasting zijn
voor de patiënt.