Effectiviteit van een nieuwe teststof in een gehumaniseerd muismodel van psoriasis

Psoriasis is een veelvoorkomende ziekte die erg belastend is voor de patient.
De huidige behandelingsmethoden zijn
ver van optimaal. De ontwikkeling van nieuwe compounds vraagt validatie in een
proefdiermodel, maar de huid van de
meeste proefdieren is zeer verschillend van de mens. De TNOLife Sciences heeft
in de afgelopen jaren expertise
opgebouwd in het transplanteren van huid van psoriasispatienten naar de muis om
zodoende pre-klinisch testen van compounds voor de indicatie psoriasis mogelijk
te maken. Niet-laesionale huid wordt
hierbij getransplanteerd, waarin vervolgens het psoriatische proces wordt
gesynchroniseerd door injectie van
gestimuleerde autologe T-cellen (geisoleerd uit het bloed van de patienten).
Wetenschappelijke achtergrondinformatie
is bijgevoegd in Appendix 3 (aanvullende informatie METC aanvraag). Omdat het
hier pre-klinisch ondezoek betreft
hebben patienten vooralsnog geen voordeel bij deelname.

ln dit onderzoek wordt gekeken naar het effect van ee nieuwe teststof op de
ontwikkeling van psoriasis in het
gehumaniseerde muismodel. Daarnaast worden de teststoffen vergeleken met twee
geregistreerde medicijnen, nl. Infliximab en Tociluzinumab.

Een pharmaceutisch bedrijf heeft ons gevraagd een een nieuwe therapie voor
psoriasis te onderzoeken in een
gehumanseerd muismodel voor psoriasis. Naast een dier-ethische toestemming
dient ook een medisch ethische
toestemming verleend te worden. Voor het gehumaniseerde muismodel worden
namelijk huidbiopten van psoriasis
patienten afgenomen en getransplanteerd op muizen. Zoals in het
onderzoeksprotocol wordt beschreven, worden
eenmalig per patient 4 biopten (6 mm in diameter) van nietaangedane huid en 5
buisjes bloed van ca. 10 ml
afgenomen (Appendix 1).

Voor patienten die deelnemen aan dit ondezoek zal TNO een vezekering afsluiten.
Daarnaast zijn de medische risico's
laag. Een week na het afnemen van het bloed, de biopten en het hechten van de
huid, worden de hechtingen bij het
onderzoekscentrum venvijderd en vindt de nacontrole plaats. Tevens wordt, na
toestemming van de patient, de
huisarts geinformeerd over deelname.