1) Aantonen van verschillen in de frequentie van EPCs en SMPCs in het perifere bloed van T2DM patiënten en niet- diabetische individuen met en zonder cardiovasculaire aandoeningen (perifeer vaatlijden [PAD] of coronair vaatlijden [CAD].2) Aantonen…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Kransslagaderaandoeningen
- Diabetescomplicaties
- Arteriosclerose, stenose, vaatinsufficiëntie en necrose
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
Vanuit het verkregen perifere bloed zullen PBMCs worden geïsoleerd middels
Ficoll dichtheids gradiënt centrifugatie. Vervolgens zullen de geïsoleerde
cellen worden gebruikt voor onderstaande analyses:
1) flowcytometrie
De fenotypische analyses die uitgevoerd zullen worden middels
flowcytometrie maken het mogelijk de aantallen
circulerende endotheel en gladde spiercell voorlopercellen (respectievelijk
EPCs en SMPCs) in het bloed van diabete- en
niet-diabete individuen te bepalen en de frequenties van deze cel subsets
te correleren aan de aan/afwezigheid van
cardiovasculaire aandoeningen.
2) flowcytometrie cell sortering
D.m.v. deze analyses kunnen EPCs en SMPCs worden geïsoleerd en gezuiverd en
vervolgens worden gebruikt voor
onderstaande bepalingen.
3) in vitro EPC en SMPC kweken
Deze analyses maken het mogelijk EPC en SMPC functie te bestuderen in in
vitro keweeksystemen zoals de tube-
formation assay, anti-thrombotische activiteit assays, assays om
differentiatie in mature ECs en SMCs te bestuderen,
assays om het contracterend vermogen van SMCs te bepalen, en assays om de
productie van matrix componenten aan
te tonen.
4) moleculaire analyses
Om meer inzicht te verkrijgen in de moleculaire pathways die betrokken zijn
bij gestoorde EPC en SMPC functie zoals
bepaald bij punt 3), zal mRNA en eiwit geïsoleerd worden uit gezuiverde EPC
en SMPC subsets en/of na vitro
expansie/differentiatie. Het geïsoleerde mRNA en eiwit wordt vervolgens
gebruikt voor respectievelijk gen-expressie
analyses (qPCR en microarray analyse [Illumina platform] en eiwit expressie
analyses (Western-blotting en kinoom
analyse [PepChip platform]).
5) histologische analyses
Van een deel van de patiënten met matig tot ernstig perifeer vaatlijden
zal de plaque samenstelling worden geanalyseerd m.b. histologische
en moleculair biologische technieken. De resultaten van deze analyses
zullen vervolgens gerelateerd worden aan de in vitro gegevens van
de gekweekte cellen waarop bovengenoemde analyses (1 t/m 4) zijn
uitgevoerd.
Gezamenlijk zullen de resultaten van deze studies bijdragen aan het vergroten
van de kennis omtrent de rol die vasculaire voorlopercellen spelen in de
ontwikkeling van cardiovasculaire aandoeningen in T2DM. Tevens zal dit
onderzoek bijdragen aan het identificeren van nieuwe moleculaire
aangrijpingspunten voor interventie die gericht is op het moduleren van
vasculaire voorlopercel frequentie en functie teneinde ontwikkeling van
cardiovasculaire aandoeningen en restenose in T2DM te verminderen.
Secundaire uitkomstmaten
n.v.t.
Achtergrond van het onderzoek
Individuen met Type 2 diabetes (T2DM) lopen een verhoogd risico om ernstige
cardiovasculaire aandoeningen (perifeer vaatlijden [PAD] en coronair vaatlijden
[CAD]) en restenose) te ontwikkelen. The pathogenetische mechanismen die aan
dit verhoogde risico ten grondslag liggen zijn nog grotendeels onbekend. Op dit
moment zijn er geen adequate behandelingsmethoden aanwezig om versnelde
ontwikkeling van cardiovasculaire aandoeningen in T2DM te voorkomen of te
behandelen. Onze hypothese is dat in T2DM een verstoorde balans binnen subsets
van vasculaire voorlopercellen (endotheel voorlopercellen cellen [EPCs] en
gladde spiercel voorloper cellen [SMPCs]) (mede) verantwoordelijk is voor de
versnelde ontwikkeling van cardiovasculaire aandoeningen. EPCs zijn cellen die
betrokken zijn bij het handhaven van endotheel integriteit tijdens vasculaire
schade, o.a. door reendothelialisatie van de beschadigde vaatwand en
vasculogenese in ischemische gebieden. SMPCs lijken juist betrokken te zijn bij
het proces van atherogenese en neointima vorming. Bij een verstoorde balans
tussen EPCs en SMPCs in het voordeel van de SMPCs slaat de balans door naar
atherogenese en restenose als gevolg van verminderde capaciteit om
endotheelschade te herstellen en een verhoogde aanwezigheid van SMPCs. Het
begrijpen van de moleculaire mechanismen die ten grondslag liggen aan gestoorde
vasculaire voorlopercel functie, is een vereiste om nieuwe therapieën te kunnen
ontwikkelen die gericht zijn op het stimuleren van EPC-gemedieerd herstel van
vaatschade en het remmen van SMPC-gemedieerde atherogenese en restenose
vorming. Het onderzoek beschreven in de huidige aanvraag is een logische
volgende stap om de betrokken processen beter te begrijpen. Hiertoe zullen
analyses worden uitgevoerd teneinde aantallen vasculaire voorlopercellen te
bepalen (middels flowcytometrie en in vitro celkweek) als mede de functie van
deze cellen (middels in vitro celkweek en gen- en kinoom-expressie analyses).
Om dit te kunnen bewerkstelligen zullen vasculaire voorlopercellen worden
geïsoleerd uit perifeer bloed van T2DM patiënten en niet-diabetische individuen
met en zonder cardiovasculaire aandoeningen.
Doel van het onderzoek
1) Aantonen van verschillen in de frequentie van EPCs en SMPCs in het perifere
bloed van T2DM patiënten en niet-
diabetische individuen met en zonder cardiovasculaire aandoeningen
(perifeer vaatlijden [PAD] of coronair vaatlijden
[CAD].
2) Aantonen van moleculaire en functionele verschillen in EPCs en SMPCs tussen
de bij 1) genoemde groepen patiënten.
Deze doelstellingen zullen bijdragen aan het vergroten van de kennis omtrent de
rol die vasculaire voorlopercellen spelen in de ontwikkeling van
cardiovasculaire aandoeningen in T2DM. Tevens zal dit onderzoek bijdragen aan
het identificeren van nieuwe moleculaire aangrijpingspunten voor interventie
die gericht is op het moduleren van vasculaire voorlopercel frequentie en
functie teneinde ontwikkeling van cardiovasculaire aandoeningen en restenose in
T2DM te verminderen.
Onderzoeksopzet
Voor deze studie zullen zes verschillende groepen patiënten worden geïncludeerd
zoals hieronder weergegeven:
Groep 1: T2DM, + PAD, - CAD
Groep 2: T2DM, - PAD, + CAD
Groep 3: T2DM, - PAD, - CAD
Groep 4: no T2DM, + PAD, - CAD
Groep 5: no T2DM, - PAD, + CAD
Groep 6: no T2DM, - PAD, - CAD
Tijdens het eerstvolgende geplande bezoek aan de polikliniek van de afdeling
Interne Geneeskunde, Vasculaire Chirurgie of Cardiologie van het UMCG zullen 6
extra buizen perifeer bloed (in totaal 60 ml) worden afgenomen naast het bloed
dat wordt afgenomen t.b.v. de standaard laboratorium bepalingen (inclusief
HbA1c en lipiden profiel) die routinematig tijdens ieder bezoek aan polikliniek
worden uitgevoerd. Het perifere bloed zal worden verzameld in 6x 10ml EDTA
vacutainer buizen (K3E 15% 0.12 ml).
Aangezien niet alle voorgenomen analyses gelijktijdig kunnen worden uitgevoerd
en vanwege beperkingen in het verkrijgen van de benodigde celaantallen zal
patiënten worden verzocht 60 ml perifeer bloed af te staan gedurende 2
opeenvolgende bezoeken aan de polikliniek. Tijdens de totale duur van de studie
zal iedere patiënt 2x 60 ml= 120 ml bloed afstaan.
Een deel van de patiënten in groep 1 (n=10) and 4 (n=10) (respectievelijk
diabetes patiënten met PAD en niet-diabeten met PAD) zal geïncludeerd worden op
basis van de aanwezigheid van matig tot ernstig perifeer vaatlijden (stadium
IIb-IV Fontaine classificatie). Deze patiënten zullen endarterectomie ondergaan
waarbij de atherosclerotische plaque zal worden verwijderd. Voordat de
endarterectmomie zal worden uitgevoerd zal bij deze patiënten 60 ml perifeer
bloed worden afgenomen. Tevens zal de verwijderde atherosclerotische plaque
worden bewaard en opgewerkt voor histologische- en gen/eiwit expressie
analyses.
Inschatting van belasting en risico
Het voorgestelde onderzoek is van dien aard dat deelname geen inherent risico
met zich meebrengt voor de deelnemers. De mate van belasting voor de deelnemers
is relatief laag (geven van 2x 60 ml perifeer bloed) tijdens de reguliere
bezoeken aan de polikliniek van het UMCG. De deelnemers hebben geen direct
persoonlijk voordeel van de uitkomsten van deze studie. Van deelnemende gezonde
vrijwilligers zal eveneens 2x 60 ml perifeer bloed worden afgenomen. De
vrijwilligers komen speciaal voor dit doel naar het UMCG en ontvangen derhalve
een bescheiden financiële compensatie.
Algemeen / deelnemers
Hanzeplein 1
PO Box 30.001 9700 RB Groningen
NL
Wetenschappers
Hanzeplein 1
PO Box 30.001 9700 RB Groningen
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
In principe komen alle Type 2 diabetes patiënten met een diabetes duur van 10-15 jaar in aanmerking voor inclusie in de studie, waarbij er een onderverdeling wordt gemaakt in diabetes patiënten met perifeer vaatlijden (PAD), coronair vaatlijden (CAD) en patiënten zonder cardiovasculaire aandoeningen. Voor de verschillende controle groepen komen niet-diabetes patiënten in aanmerking die ook worden onderverdeeld in patiënten met PAD of CAD. Tevens zullen gezonde controles worden geïncludeerd die niet bekend zijn met diabetes, cardiovasculaire aandoeningen, ontstekings- en autoimmuunziekten, obesitas of enige andere chronische aandoening.;Definities van PAD en CAD:;Perifere arteriële aandoeningen (PAD)
Aanwezigheid van PAD wordt gedefinieerd als de aanwezigheid van stenoses in de carotiden en/of aanwezigheid van atherosclerose in de beenarteriën. De mate van atherosclerose in de carotiden wordt bepaald middels ultrasonografie. Aanwezigheid van atherosclerose in de beenarteriën wordt bepaald aan de hand van de aanwezigheid van krampende pijnen in de benen in rust, bilaterale pulse-metingen in de beenarteriën (dorsalis pedis, posterior tibialis, poplitealis en femoralis), tweezijdige ultrasonografie van de poplitealis en femoralis, en angiografie. De ernst van atherosclerose in de benen wordt vervolgens ingedeeld volgens de classificatie van Leriche/Fontaine. ;Coronair vaatlijden (CAD)
Aanwezigheid van CAD wordt gedefinieerd op basis van het in het verleden hebben gehad van een myocard infarct, een rust ECG die duidt op een myocard infarct in het verleden, een positieve ECG tijdens een inspanningstest, induceerbare ischemie gemeten middels echocardiografie tijdens een inspanningstest, of aantoonbare stenoses in de coronair arteriën gemeten middels angiografie in zowel de aan- of afwezigheid van pijn op de borst). ;Deelnemers aan de studie in de verschillende groepen zullen worden gematched voor:
- geslacht
- leeftijd
- roken
- BMI
- arteriële hypertensie
- HbA1c (diabeten)
- lipiden profiel
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
Exclusie criteria voor Type 2 diabetes patiënten zijn het hebben van Type 1 diabetes en de aanwezigheid van een van de volgende medische condities:
- microvasculaire aandoeningen (diabetische retinopathie of nefropathie)
- autoimmuunziekten
- acute of chronische infecties
- recente chirurgie of vasculaire interventie
- leeftijd >80 jaar
- recent myocard infarct
- hemodialyse
- gebruik van imuunsuppressiva
- andere niet-gerelateerde aandoeningen;Exclusie criteria voor niet-diabetes patiënten zijn het hebben van Type 1 of 2 diabetes en de aanwezigheid van een van de volgende medische condities:
- autoimmuunziekten
- acute of chronische infecties
- recente chirurgie of vasculaire interventie
- leeftijd >80 jaar
- recent myocard infarct
- hemodialyse
- gebruik van imuunsuppressiva
- andere niet-gerelateerde aandoeningen
Opzet
Deelname
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CCMO | NL25792.042.08 |