FATLOSE 2 (onderzoek effect single vs multiple feces transplantatie op het glucose- en lipidemetabolisme bij patienten met het metabool syndroom)

In de darm bevinden zich bij gezonde personen bacteriën die we als normale
darmflora beschouwen. Deze normale darmflora vormt een belangrijk
beschermingsmechanisme tegen bacteriën die niet tot de normale flora worden
gerekend en die bijvoorbeeld diarree kunnen veroorzaken. Bij overgewicht kan
het evenwicht in de darm verstoord raken waardoor de normale flora ontregelt.
Hierdoor kan een situatie ontstaan waarbij vooral de Firmicuten bacteriën in de
darm kunnen uitgroeien en zo leiden tot meer voedingsstof opname en dus
overgewicht. Recent onderzoek heeft aangetoond dat deze firmicuten direct
verband houden met de mate van overgewicht bij mens. Dit kan verklaard worden
door de hoge efficiëntie waarmee deze bacteriën voedingsstoffen uit het voedsel
kunnen opnemen. Deze overmaat aan voedingsstoffen kan als buikvet opgeslagen
worden.

Wij hebben in de medische literatuur recent bericht over mogelijke behandeling
van het metabool syndroom door middel van deze behandeling met dunne donor
ontlasting (FATLOSE). Gedurende 6 weken na transplantatie zagen wij een
duidelijke verbetering van de suiker- en cholesterolhuishouding. Voordat de
behandeling van overgewicht door verandering van darmbacterie samenstelling
structureel kan worden aangeboden, dient echter aangetoond te worden dat
behandeling met ontlasting van dunne gezonde donoren (ook wel allogene lean
donor feces transplantatie genoemd) langdurig goede effecten heeft op
gewichtsreductie en vet/suikerhuishouding dan behandeling met eigen ontlasting
(autologe feces transplantatie) of ontlasting van dikke obese donoren (ook wel
allogene obese donor feces transplantatie genoemd). De uitkomst van de studie
kan grote invloed hebben op de toekomstige behandeling van type 2 diabetes
mellitus en overgewicht.

Wij willen daarom kijken naar zowel het directe als langdurige effect van
hetzij eenmaal hetzij meerdere dunne of dikke donor fecestransplantaties op het
korte keten vetzuur metabolisme alsook glucose en cholesterol metabolisme
gedurende een periode van 6 maanden.

MS patienten zullen na darmlavage dubbelblind worden gerandomiseerd worden naar
allogene feces transplantatie (van dunne of obese gezonde mannelijke
vrijwilligers) of autologe transplantatie via gastro-duodenale infusie. Na de
interventie zullen de patienten 6 maanden vervolgd worden. Bovendien zal aan
het begin, na 10 & 20 weken gekeken worden naar de glucose huishouding/insuline
resistentie dmv hyperinsulinemische clamp en maaltijdtest. de galzoutexcretie
zal aan het begin en na 10 & 20 weken worden gemeten door 48-uur ontlasting te
sparen (& sitostanol capsules te slikken). Tenslotte zal de samenstelling van
de fecale flora en biochemische parameters in het bloed bekeken worden na 3,
6,10,13,16 & 20 weken na interventie

Randomisatie naar 1 van 6 armen: - 1 malige allogene feces transplantatie (van dunne mannelijke vrijwilligers) - 1 malige allogene feces transplantatie (van obese mannelijke vrijwilligers - 2 maal allogene feces transplantatie (van dunne mannelijke vrijwilligers - 2 maal allogene feces transplantatie (van obese mannelijke vrijwilligers - 1 malige autologe feces transplantatie (van de betreffende patient zelf) - 2 maal autologe feces transplantatie (van de betreffende patient zelf)

In theorie bestaat altijd het risico van het overbrengen van een onbekende
besmettelijke aandoening via feces (net zoals bij bloedtransfusie), echter door
grondige screening van donoren zoals beschreven wordt dit risico
geminimaliseerd. De infusie van rontgencontrast bij de CTscan kan in klein
percentage (<1%) gepaard gaan met allergische reactie (huiduitslag), dit kan
echter ter plekke behandeld worden door radioloog (zoals tijdens normaal
patientrelateerd rontgenologisch onderzoek). Wij zijn van mening dat dit risico
niet opweegt tegen het belang van de studie alsook het mogelijk gewin voor
inzichten in de behandeling van overgewicht en diabetes mellitus.