Primaire doelen: Het primaire doel van dit onderzoek is de beoordeling van de werkzaamheid en veiligheid van intraveneus toegediend sildenafil als toevoeging aan iNO voor de behandeling van pasgeborenen met PPHN of hypoxische respiratoire…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Overige aandoening
- Luchtwegaandoeningen bij neonaten
Synoniemen aandoening
Aandoening
Aanhoudende pulmonale hypertensie van de pasgeborene (PPHN)
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
DIT STUK KOMT UIT HET PROTOCOL EN WORDT NU VERTAALD DOOR EEN VERTAALBUREAU
Co-Primary Endpoints: Assessed at Day 14 or hospital discharge, whichever
occurs first:
- Time on iNO treatment after initiation of IV study drug for subjects without
treatment failure;
- Treatment failure rate, defined as need for additional treatment targeting
PPHN, need for ECMO, or death during the study.
Secundaire uitkomstmaten
DIT STUK KOMT UIT HET PROTOCOL EN WORDT NU VERTAALD DOOR EEN VERTAALBUREAU
Secondary Endpoints: Assessed at Day 14 or hospital discharge, whichever occurs
first:
- Time to final weaning of mechanical ventilation for PPHN;
- Time from initiation of study drug to treatment failure; each component will
also be evaluated separately;
- Proportion of subjects with individual components of treatment failure
(needing additional treatment targeting PPHN, needing ECMO, or who die);
- Change in OI at 6, 12, and 24 hours from baseline;
- Change in differential saturation (pre- and post-ductal) at 6, 12, and 24
hours from baseline;
- Change in P/F ratio at 6, 12, and 24 hours from baseline;
- Sildenafil and UK-103,320 plasma concentrations and the corresponding PK
parameters obtained from a population PK analysis; and
- Safety parameters: Incidence and severity of adverse events and abnormal
laboratory parameters.
Achtergrond van het onderzoek
DIT STUK KOMT UIT HET PROTOCOL EN WORDT NU VERTAALD DOOR EEN VERTAALBUREAU
Neonates with persistent pulmonary hypertension of the newborn (PPHN) or
hypoxic respiratory failure (HRF) who do not respond to comprehensive
supportive intensive care measures are typically treated with inhaled nitric
oxide (iNO), which is considered standard therapy. Inhaled nitric oxide
treatment increases the partial pressure of arterial oxygen (PaO2) by dilating
pulmonary vessels in better ventilated areas of the lung, redistributing
pulmonary blood flow away from regions with low ventilation. Inhaled nitric
oxide appears to reduce the need for extracorporeal membrane oxygenation (ECMO)
in HRF, while mortality is not affected.1 However, treatment with iNO is not
effective for all patients and requires continued intubation and artificial
ventilation.
Sildenafil citrate is a selective inhibitor of phosphodiesterase type 5 (PDE5),
which is found in high concentrations in the lungs. Inhibition of PDE5 should
enhance the vasodilatory effects of naturally occurring and inhaled nitric
oxide, promoting relaxation of vascular smooth muscle, and increasing blood
flow. Therefore, sildenafil may have utility in the treatment of neonates with
PPHN and HRF at risk for PPHN. Case reports of off-label use of sildenafil in
conjunction with iNO indicate that sildenafil could enhance the efficacy of iNO
and reduce the time on iNO therapy. The effects of the addition of IV
sildenafil to standard iNO therapy in the acute stage of this disease will be
studied in this clinical study.
Doel van het onderzoek
Primaire doelen:
Het primaire doel van dit onderzoek is de beoordeling van de werkzaamheid en
veiligheid van intraveneus toegediend sildenafil als toevoeging aan iNO voor de
behandeling van pasgeborenen met PPHN of hypoxische respiratoire insufficiëntie
met risico op PPHN.
Secundaire doelen:
*Bewaking van de ontwikkeling van patiënten met PPHN die zijn behandeld met IV
sildenafil of de placebo, 12 en 24 maanden na het einde van de
onderzoeksbehandeling.
* Farmacokinetiek (FK): Om de FK van sildenafil en UK-103.320 bij pasgeborenen
met PPHN of met HRF en met risico op ontwikkeling van PPHN verder te
karakteriseren.
Onderzoeksopzet
Dit onderzoek wordt in twee delen uitgevoerd. Deel A is de dubbelblinde fase.
In deze fase worden de werkzaamheid en veiligheid beoordeeld van IV sildenafil
in vergelijking met placebo, bij toevoeging aan iNO gedurende ten hoogste 14
dagen, tijdens de acute fase van de ziekte. De opvolging van deze fase vindt
plaats 7 en 28 dagen na het einde van de infusie met het
onderzoeksgeneesmiddel. Deel B is de langlopende fase zonder interventie. In
deze fase worden alle proefpersonen gestimuleerd om terug te komen 12 en 24
maanden na het einde van de infusie van het onderzoeksgeneesmiddel, om deel te
nemen aan beoordelingen van de ontwikkeling, oor- en oogonderzoeken.
De analyse van de dubbelblinde fase van het onderzoek (deel A) vindt plaats als
alle proefpersonen de dubbelblinde fase hebben voltooid of stopgezet en een
onderzoeksverslag wordt opgesteld. De analyse van de fase zonder interventie
van het onderzoek (deel B) vindt plaats na het opvolgingsbezoek na 2 jaar van
alle proefpersonen (of hun stopzetting van het onderzoek) en nadat het
onderzoeksverslag werd opgesteld.
Onderzoeksproduct en/of interventie
Intraveneuze toediening van placebo of sildenafil, afname van bloedmonsters.
Inschatting van belasting en risico
DEZE TEKST WORDT VERTAALD DOOR EEN VERTAALBUREAU
- Blood samples will be taken for safety, oxygenation assessments, and PK
analysis. Whenever possible, the actual times of blood sampling may coincide
with the collection of clinical samples. Additional study blood samples may be
taken provided the total volume taken for the study does not exceed 10 mL.
- The study doctor will be visited for screening, infusion (up to 14 days), and
4 follow-up visits in two years time.
- Assessments will be performed as mentioned in question E4 (physical
examination, weight, head circumference, ECG, cranial ultrasound, ECG, blood
samples, infusion study medication, hear test, ophthalmology examination,
neurological examination, developmental examination). See also page 9 and 10
of the protocol dated 23 August 2012.
- The patient is being asked to complete a diary with adverse events and a
questionnaire for the neurological assessment and developmental assessment.
- The most common adverse events occurring more often in children taking
sildenafil than those taking inactive drug (placebo) were: headache, chest
infections, fever, vomiting and Diarrhoea
SPACE FOR DR VAN HEIJST TO INDICATE WHY HE THINKS THAT THE RISKS AND BURDEN
OUTWEIGH THE BENEFIT OF THE STUDY. OTHERWISE THE FOLLOWING TEXT WILL BE USED
Casusbeschrijvingen van off-label gebruik van sildenafil in combinatie met
stikstof laten een verhoogde effectiviteit, en een kortere behandeling met
stikstof zien. Als dit in een georganiseerd onderzoek bevestigd zou worden
levert dit een voordeel op voor zowel de patienten in het onderzoek als
toekomstige patienten.
Algemeen / deelnemers
Eastern Point Road MS 8260-2561
Groton CT 06340
US
Wetenschappers
Eastern Point Road MS 8260-2561
Groton CT 06340
US
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
De geschiktheid van de proefpersonen moet worden beoordeeld en gedocumenteerd door een naar behoren gekwalificeerd lid van het onderzoeksteam van de onderzoeker, voordat zij worden geregistreerd in het onderzoek.
De proefpersonen moeten voldoen aan alle onderstaande inclusiecriteria om in aanmerking te komen voor registratie in het onderzoek:
1. PPHN of hypoxische respiratoire insufficiëntie (HRF) met risico op PPHN gerelateerd aan:
* idiopathische PPHN,
* meconiumaspiratiesyndroom,
* sepsis, of
* longontsteking
2. * 72 uur geleden geboren na zwangerschap van * 34 weken bij screening
3. OI > 15 en < 60, berekend aan de hand van twee bloedgasmetingen met ten minste 30 minuten tussenpoze vóór de randomisatie en het begin van de infusie met het onderzoeksgeneesmiddel
4. Gelijktijdige behandeling met iNO met 10 à 20 ppm op * 50% zuurstof
5. Echocardiogram bij screening in de 24 uur vóór het begin van het onderzoek als bevestiging van de aanwezigheid van pulmonale hypertensie voor voortzetting van de deelname aan het onderzoek
6. Echo van de schedel bij screening, in de 24 uur vóór het begin van het onderzoek, om patiënten uit te sluiten die naar het oordeel van de onderzoeker een significante intracraniële bloeding hebben
7. Bewijs van een persoonlijk ondertekend en gedateerd informatie - en toestemmingsformulier, dat aantoont dat de wettelijke vertegenwoordiger van de proefpersoon informatie heeft ontvangen over alle pertinente aspecten van het onderzoek, en
8. Proefpersonen van wie de wettelijke vertegenwoordiger bereid en in staat is om te komen voor de geplande bezoeken, en om het behandelingsplan, de laboratoriumtests en andere onderzoeksprocedures te volgen
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
Proefpersonen die een van de onderstaande zaken hebben, worden uitgesloten van het onderzoek.
1. Onmiddellijke of zeer snelle noodzaak van ECMO of CPR
2. Verwachte duur van mechanische beademing minder dan 48 uur
3. Levensbedreigende of dodelijke aangeboren afwijking
4. Ernstige hypoxemie: PaO2 < 30 mm Hg op arterieel bloedgas gemeten in bloed afgenomen in de 30 minuten voordat de infusie met het onderzoeksgeneesmiddel wordt gestart
5. Ernstige hypotensie op de baseline (gemiddelde arteriële druk (MAP) < 30 mmHg) zonder reactie op een medische behandeling, of een shock wanneer ook tijdens de screening
6. Significante aangeboren hartziekte of -afwijking, behalve interatriale communicatie of doorgankelijke ductus arteriosus
7. Grote intracardiale links-rechts-shunt of ductus met links-rechts-shunt (gediagnosticeerd op basis van het echocardiogram in de 24 uur vóór opname)
8. Grote klinisch significante intracraniële bloeding (gediagnosticeerd op basis van de echo van de schedel in de 24 uur vóór opname)
9. Syndromen van longhypoplasie gediagnosticeerd op basis van langdurig oligohydramnion of hydrops foetalis
10. Aangeboren hernia diafragmatica
11. Klinisch significante, actieve aanvallen, volgens het klinisch oordeel van de onderzoeker
12. Apgar-score < 3 vijf minuten na de geboorte
13. Bloedende diathese, volgens het klinisch oordeel van de onderzoeker
14. Verboden gelijktijdige medicatie/therapie wanneer ook vóór de screening:
* Krachtige remmers van cytochroom P450 3A4 (bv. erythromycine, ketoconazol, itraconazol en proteaseremmers); erythromycine als oogzalf is toegestaan
* Ritonavir of nicorandil
* Endothelineantagonisten (bv. Tracleer®/bosentan, Letairis®/ambristan etc.)
* PDE5-remmers (bv. sildenafil, tadalafil, vardenafil), IV of via maagsonde
* Nitraten of stikstofmonoxidedonoren, behalve iNO (een proefpersoon komt uitsluitend in aanmerking voor deelname bij gebruik van nitroprusside, indien nitroprusside werd stopgezet ten minste 2 uur vóór de infusie met het onderzoeksgeneesmiddel; iNO kan worden gebruikt conform het protocol)
* Vaatverwijders (bv. alfablokkers, magnesiumsulfaat als infusie, calciumkanaalblokkers, andere fosfodiësteraseremmers, prostacyclinen etc.) bij registratie voor het onderzoek (behalve milrinon, dat toegestaan is tijdens het onderzoek als gelijktijdig gebruikte therapie) of
* Arginine als supplement toegediend om van NO afhankelijke vaatverwijding te verbeteren (onderhoudshoeveelheden in totaal parenterale voeding (TPV) zijn toegestaan)
15. Bekende erfelijke degeneratieve ziekten van het netvlies, zoals retinitis pigmentosa
16. Symptomen van afkicken van drugs- of alcoholverslaving
17. Een proefpersoon die naar de mening van de onderzoeker ongeschikt is voor het onderzoek, ongeacht de reden
18. Andere acute of ernstige medische aandoeningen of duidelijk abnormale laboratoriumwaarden, die het risico van deelname aan het onderzoek of toediening van het onderzoeksproduct kunnen verhogen of de interpretatie van de onderzoeksresultaten kunnen hinderen, en de proefpersoon volgens de onderzoeker ongeschikt maken voor deelname aan het onderzoek
19. Deelname aan andere onderzoeksstudies met andere geneesmiddelen of therapieën zonder interventie vóór het begin van het onderhavige onderzoek en/of tijdens onderzoeksdeelname.
Proefpersonen die familie zijn van leden van het team van het onderzoekscentrum, of werknemers van Pfizer die direct zijn betrokken bij de uitvoering van het onderzoek
Opzet
Deelname
In onderzoek gebruikte producten en hulpmiddelen
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
EudraCT | EUCTR2012-002619-24-NL |
CCMO | NL42637.091.12 |