Acute cardiometabole risico's tijdens de behandeling met haloperidol bij ouderen.

Antipsychotica worden frequent voorgeschreven aan ouderen voor de behandeling
van een delier. Antipsychotica gebruik wordt geassocieerd met een verhoogd
risico op het ontwikkelen van een metabool syndroom, diabetes, hyperlipidemie
en verhoogd risico op overlijden mogelijk ten gevolge van aritmieen. De
beschikbare literatuur over dit onderwerp bij ouderen is schaars en de
resultaten zijn tegenstrijdig. Resultaten van beschikbare studies over het
optreden van metabole bijwerkingen van antipsychotica bij volwassenen kunnen
niet zonder meer geextrapoleerd worden naar de ouderenpopulatie, met name door
verschillen in indicatiegebied, comorbiditeiten en polyfarmacie. Ouderen zijn
gevoeliger voor bijwerkingen van antipsychotica door leeftijdsafhankelijke
veranderingen in perifere en centrale farmacokinetiek en dynamiek, resulterend
in een aangepast doseerschema. Daarnaast zijn er veranderingen in
lichaamssamenstelling, namelijk ouderen hebben een verhoogd vetpercentage en
een verlaagde spiermassa ten opzichte van volwassenen. Bij ouderen is de
prevalentie van het metabool syndroom hoger. Literatuur over cardiometabole
effecten van antipsychotica bij ouderen is schaars. Aandacht voor
cardiometabole bijwerkingen van antipsychotica bij ouderen in de dagelijks
praktijk is beperkt. Praktische adviezen over het nemen van
voorzorgsmaatregelen of monitoring van cardiometabole risicofactoren bij het
voorschrijven van antipsychotica ontbreken. Het is nog onvoldoende duidelijk of
extra monitoren tijdens het gebruik van haloperidol bij ouderen noodzakelijk
is. Het doel van de studie is het vergroten van de kennis over het optreden van
acute cardiometabole bijwerkingen bij gebruik van haloperidol bij de oudere
patiënt, met een focus op veranderingen in serum glucose en QT- tijd.

Primaire vraagstelling
Het onderzoeken van de associatie tussen het gebruik van haloperidol en acute
veranderingen in serum glucose en QT tijd bij ouderen na een orthopedische
ingreep.

Secundaire vraagstellingen
1. De relatie tussen het gebruik van haloperidol en acute veranderingen in
triglyceriden bij ouderen na een orthopedische ingreep.
2. De relatie tussen het gebruik van haloperidol en acute veranderingen in
bloedplaatjesaggregatie bij ouderen na een orthopedische ingreep.
3. De relatie tussen dosis en bloedspiegelconcentratie van haloperidol en
veranderingen in serum glucose en QT tijd bij ouderen.
4. De verschillen in DNA- profiel bij patienten met en zonder veranderingen in
serum glucose en QT tijd bij gebruik van haloperidol.

Prospectieve, observationele studie om de acute veranderingen in cardiometabole
parameters en stollingsparameters te onderzoeken bij ouderen die haloperidol
gebruiken vergeleken met ouderen die geen haloperidol gebruiken.

De observationele studie brengt te verwaarlozen risico's en een minimale
belasting voor de deelnemers met zich mee. Reguliere bloedafnames worden zo
veel mogelijk geintegreerd met de bloedafname voor de studie.