In dit gerandomiseerde onderzoek wordt de progressie vrije overlevingskans (PFS) van proefpersonen met gerecidiveerd Multipel Myeloom vergeleken tussen proefpersonen die CRd behandeling krijgen versus PFS bij proefpersonen die alleen Rd behandeling…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Plasmacelneoplasmata
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
Progressie vrije overleving
Secundaire uitkomstmaten
- algehele overlevingskans
- algehele respons uitkomst: strict complete respons, complete respons, zeer
goed redelijke respons, gedeeltelijke respons
- gecontroleerde ziekte uitkomst: algehele respons + minimale response (MR) +
stabiele ziekte met een duur van minstens 8 weken
- duur van de respons
- verandering t.o.v. baseline van bepalingen van Kwaliteit van Leven (EORTC
QLQ-C30 en QLQ-MY20)
- veiligheid
- de duur tot progressie (exploratief)
- Kwaliteit van Leven Subschalen van EORTC QLQ-C30 en QLQ-MY20
- de duur tot de volgende behandeling (exploratief)
- klinisch voordeel respons (exploratief)
Achtergrond van het onderzoek
Dit onderzoek vergelijkt progressie vrije overlevingskans bij proefpersonen met
gerecidiveerd multipel myeloom die een CRd behandeling krijgen versus een
enkele Rd behandeling.
Op basis van de therapeutische index van carfilzomib, niet overlappende
toxiciteit tussen carfilzomib en lenalidomide, en de ogenschijnlijke
vermindering van de perifere neuropathie in vergelijking met bortezomib, is de
combinatie van CRd naar verwachting zeer effectief in het behandelen van
multipel myeloom. De resultaten van de fase 1b studie met gebruik van dit
regime (PX-171-006) ondersteunt dit voorstel qua verdraagzaamheid en activiteit
in gerecidiveerd en refractair multipel myeloom.
met veelbelovend bewijs
Doel van het onderzoek
In dit gerandomiseerde onderzoek wordt de progressie vrije overlevingskans
(PFS) van proefpersonen met gerecidiveerd Multipel Myeloom vergeleken tussen
proefpersonen die CRd behandeling krijgen versus PFS bij proefpersonen die
alleen Rd behandeling krijgen.
Onderzoeksopzet
Dit phase 3 onderzoek is gerandomiseerd met open label en wordt uitgevoerd bij
meerdere onderzoeksinstellingen. Twee behandelingsschema's worden vergeleken
bij patienten met multipel myeloom.
Onderzoeksproduct en/of interventie
Proefpersonen zullen volgens randomisatie 28 daagse behandelings cycli ondergaan totdat de verergering van de ziekte of de toxiciteit onacceptabel is. De algemene behandeling voor de Rd arm en de CRd arm zijn als volgt: Rd arm . Cyclus 1 en verder (elk 28 dagen): lenalidomide (dag 1-21) en dexamethason (dag 1, 8, 15 en 22) CRd arm . Cycli 1 tot en met 12 (elk 28 dagen): carfilzomib (dag 1, 2, 8, 9, 15 en 16), lenalidomide (dag 1-21) en dexamethason (1, 8, 15 en 16) . Cylci 13 tot en met 18 (elk 28 dagen): carfilzomib (dag 1, 2, 15 en 16.), lenalidomide (dag 1-21) en dexamethason (dag 1, 2, 15 en 16) . Cycli 19 en verder (elk 28 dagen): lenalidomide (dag 1-21) en dexamethason (dag 1, 8, 15 en 22) (geen carfilzomib)
Inschatting van belasting en risico
Carfilzomib:
Waarschijnlijke bijwerkingen: bijwerkingen die optreden bij meer dan 20%,
oftewel bij meer dan 20 op de 100 personen die carfilzomib krijgen:
vermoeidheid, misselijkheid, bloedarmoede.
Minder waarschijnlijke bijwerkingen: bijwerkingen die optreden bij 5-20%,
oftewel bij 5-20 op de 100 personen die carfilzomib krijgen: verlaagd aantal
bloedplaatjes, diarree, licht verzwakte nierfunctie, overgeven, kortademigheid,
koorts, koude rillingen, verminderde eetlust, verlaagd aantal witte bloedcellen
(dit kan uw vermogen om infecties te bestrijden verminderen), hoofdpijn,
verstopping, zwelling van de armen of benen, hoesten, veranderingen in
bloedchemie en elektrolytenhuishouding, pijn of irritatie op de injectieplaats,
duizeligheid, lichte leverontsteking, huiduitslag en/of jeuk.
Lenalidomide:
Bijwerkingen met elke mate van ernst die bij minstens 10% van de patiënten
optreden: Vermoeidheid of moe gevoel, gebrek aan of vermindering van kracht,
problemen met inslapen of doorslapen, bloedarmoede (afname in rode bloedcellen,
wat vermoeidheid kan veroorzaken), neutropenie (afname in witte bloedcellen,
waardoor u vatbaarder kan worden voor infecties), trombocytopenie (afname in
bloedplaatjes, wat ervoor kan zorgen dat u sneller blauwe plekken of bloedingen
krijgt), obstipatie (verstopping van het darmstelsel), diarree (dunne of
frequentie ontlasting), misselijkheid, verlies van eetlust, rugpijn,
gewrichtspijn, spierkrampen, zwelling van de armen en benen, koorts, hoesten,
kortademigheid (moeite met ademhalen), infectie van de bovenste luchtwegen,
huiduitslag, jeukende en droge huid, duizeligheid, hoofdpijn.
Dexamethason
Tot de mogelijke bijwerkingen van dexamethason behoren: maagklachten,
geïrriteerde maag of maagzweren; verhoogd bloedsuikergehalte; verhoogde
bloeddruk en zwelling door het vasthouden van vocht; verminderde aanmaak van
het lichaamseigen stresshormoon cortisol; toegenomen gevoeligheid voor
infecties; slapeloosheid; stemmingswisselingen, depressie of angst;
rusteloosheid; overgeven; diarree; koorts; verminderd aantal bloedplaatjes;
vergroot risico van staar en glaucoom; afnemende botmassa (osteoporose);
afnemende spiermassa; minder goede wondgenezing; acne; gewichtstoename; sneller
krijgen van blauwe plekken; onregelmatige of uitblijvende menstruatie;
hoofdpijn; duizeligheid; toegenomen haargroei.
Vertel het onmiddellijk aan uw arts als u één van de volgende symptomen
opmerkt: huiduitslag, zwelling van het gezicht of de onderbenen of de enkels,
problemen met zien, een langdurige verkoudheid of infectie, spierzwakte of
spierkrampen, zwarte of teerachtige ontlasting.
Verdere informatie over bijwerkingen en risico's worden uitgebreid beschreven
in de patienteninformatie.
Algemeen / deelnemers
249 East Grand Avenue
South San Francisco, CA 94080
US
Wetenschappers
249 East Grand Avenue
South San Francisco, CA 94080
US
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
Inclusie
1. Symptomatisch multiple myeloma
2. Meetbare ziekte, gedefineerd als één of meer van de volgende (gemeten binnen 21 dagen voor randomisatie):
- Serum M-eiwit >= 0.5 g/dL
- Unine Bence-Jones eiwit >= 200 mg/24 uur
- Voor IGA patienten bij wie de ziekte alleen betrouwbaar gemeten kan worden m.b.v. serum kwantitative immunoglobuline (qIgA) >= 750 mg/dl (0.75 g/dl)
3. Eerdere behandeling met tenminste één, maar niet meer dan drie, regimes voor multiple myeloma (zie Protocol sectie 5 voor conventies met betrekking tot eerdere regimens)
4. Gedocumenteerde terugkerende of progressieve ziekte tijdens of na elk regime (proefpersoenen die ongevoelig zijn voor de meest recente lijn van therapie zijn toegestaan)
5. Een respons hebben gehad op tenminste één voorgaand regime (gedefinieerd als >= 25% verlaging in M- eiwit)
6. Leeftijd >= 18 jaar
7. Levensverwachting >= 3 maanden
8. Eastern Cooperative Oncology Group (ECOG) resultaat van 0-2
9. Adequate leverfunctie, met serum ALT <= 3.5 keer de bovenste limiet van de normaalwaarden en serum direct bilirubine <= 2 mg/dL (34 µmol/L) binnen 21 dagen voor randomisatie.
10. Absoluut neutrofiel aantal (ANC) >= 1.0 × 10exp9/L binnen 21 dagen voor randomisatie.
11. Hemoglobine >= 8 g/dL (80 g/L) binnen 21 dagen voor randomisatie (proefpersonen mogen rode bloedcel (RBC) transfusies ontvangen volgens de institutionele richtlijnen)
12. Plaatjes aantal >= 50 × 10exp9/L (>= 30 × 10exp9/L indien myeloma aanwezigheid in het beenmerg > 50%) binnen 21 dagen voor randomisatie.
13. Creatine klaring (CRCl) >= 50 mL/minuut (gemeten of gecalculeerd met gebruik van de standaard formules zoals Cockcroft en Gault) binnen 21 dagen voor randomisatie
14. Getekende toestemmingsverklaring in overeenstemming met federale, lokale en institutionele richtlijnen.
15. Vrouwen die zwanger kunnen worden (FCBP) moeten toestemming geven om zwangerschaptesten te ondergaan en om anticonceptie middelen te gebruiken zoals wordt beschreven in Protocol Appendix F.
16. Mannelijke proefpersonen moeten toestemming geven om anticonceptie middelen te gebruiken zoals wordt beschreven in Protocol Appendix F. (alle andere deelnemers)
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
Exclusie
1. Indien voorheen behandeld met bortezomib (alleen of in combinatie met), en er sprake was van progressie tijdens behandeling.
2. Indien voorheen behandeld met een combinatie van lenalidomide en dexemethason (len/dex):
- Progressie gedurende de eerste 3 maanden vanaf start behandeling
- Elke progressie gedurende de behandeling indien de combinatie lenalidomide/dexamethason de meest recente lijn van behandeling was
3. Het stoppen van eerdere behandeling met lenalidomide of dexamethason vanwege intolerantie; proefpersonen die intolerant zijn voor bortezomib worden niet uitgesloten.
4. Eerdere behandeling met carfilzomib
5. POEMS syndroom (polyneuropathie, organomegalie, endocrinopathie, monoclonaal eiwit en huid veranderingen)
6. Waldenström*s macroglobulinemia of IgM myeloma
7. Plasmacel leukemie (>2.0 × 10exp9/L circulerende plasma cellen door standaard differentie)
8. Chemotherapie of onderzoeksgeneesmiddel binnen 3 weken voor randomisatie of antilichaam behandeling binnen 6 weken voor randomisatie.
9. Radiotherapie op meerdere lokaties of immunotherapy/antilichaam therapie binnen 28 dagen voor randomisatie; gelokaliseerde radiotherapie op een enkele lokatie binnen 7 dagen voor randomisatie.
10. Corticosteriode therapie met een dosis equivalent aan dexamethason > 4 mg/dag binnen 21 dagen voor randomisatie.
11. Zwangere of borstvoeding gevende vrouwen
12. Grote operatie binnen 21 dagen voor randomisatie
13. Acute actieve infectie dat moet worden behandeld (systemische antibiotica, antivirale middelen of antischimmels) binnen 14 dagen voor randomisatie.
14. Bekend zijn met HIV infectie
15. Actieve hepatitis B of C infectie
16. Myocardinfarct binnen 4 maanden voor randomisatie, NYHA klasse III of IV hartfalen, ongecontroleerde agina, geschiedenis van ernstig kransslagader ziekte, ernstig ongecontroleerde ventrikel ritmestoornis, sick sinus syndroom, of electrocardiografisch bewijs van acute ischemie of abnormaal Graad 3 geleidingssysteem tenzij de proefpersoon een pacemaker heeft.
17. Ongecontroleerde hypertensie of ongecontroleerde diabetes binnen 14 dagen voor randomisatie
18. Andere kwaadaardige kankers waaronder myelodysplasie syndroom (MDS) binnen de afgelopen 3 jaar met uitzondering van a) adequaat behandelde basale cel carcinoma, plaveiselcelcarcinoom van de huid, of schildklierkanker; b) baarmoederhalskanker of borstkanker in situ; c) prostaankanker of Gleason Score 6 of minder met stabiele prostaat-specifieke antigenen levels; d) kanker beschouwd als genezen door chirurgische verwijdering of welke waarschijnlijk geen invloed heeft op de overleving tijdens de duur van de studie, zoals gelokaliseerde transitionele celcarcinoma van de blaas of goedaardige gezwellen van de bijnieren of pancreas.
19. Significante neuropathie (Klasse 3-4, of Klasse 2 met pijn) binnen 14 dagen voor randomisatie
20. Bekend zijn met een allergie voor Captisol® (een cyclodextrin afgeleide gebruikt om carfilzomib op te lossen)
21. Contraindicatie van de vereiste concomitant medicijnen of ondersteunende behandelingen, met inbegrip van overgevoeligheid voor alle anticoagulatie en antiplaatjes middelen, antivirale medicijnen of onverdraagzaamheid van hydratatie te wijten aan bestaande long of hart problemen.
22. Voortgaande graft-versus-hostziekte
23. Proefpersonen met pleurale effusies die thoracentesis vereisen of ascites dat paracentesis vereist binnen 14 dagen voor randomisatie
24. Alle andere klinisch significante medische ziekten of condities die in de ogen van de onderzoeker, kunnen interferen met het volgen van het protocol of de bekwaamheid van de proefpersoon om toestemming te verlenen.
Opzet
Deelname
In onderzoek gebruikte producten en hulpmiddelen
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
EudraCT | EUCTR2009-016839-35-NL |
ClinicalTrials.gov | NCT01080391 |
CCMO | NL32749.078.10 |