De invloed van moeizame vena puncties op de hoogte van S-100B in het bloed van melanoom patiënten

S-100B is een tumor marker in het bloed die wordt bepaald bij patiënten met een
melanoom om de ernst van de ziekte in te schatten. Deze zogenaamde
prognostische waarde is vooral aangetoond bij patiënten met uitzaaiingen in de
lymfeklieren en afstand metastasen (stadium III en IV melanoom).[1,2] S-100B is
een 21 kilo Dalton eiwit dat in glial en Schwann cellen voorkomt. [3] De
intracellulaire concentratie blijkt echter ook hoog in melanoomcellen en bij
patiënten met een aanzienlijke tumor massa van het melanoom wordt een verhoogde
serum waarde S-100B gezien. [4] Echter, verhoogde S-100B waarden worden ook
gezien in patiënten met een trauma capitis, hevig gewichtsverlies, extreme
lichaamsbeweging en stress. [5,6] In hevig gewichtsverlies zal het S-100B
waarschijnlijk stijgen ten gevolge van vermindering van de adipocyten die
S-100B bevatten. [7] Verschillende studies hebben aangetoond dat S -100B kan
worden vrijgegeven door adipocyten. [5,7-15]
Bij een lastige venapunctie kan de naald adipocyten beschadigen van de subcutis
voordat de vene wordt aangeprikt. Daarom kunnen serum S-100B waarden hoger
uitvallen in monsters genomen met een lastige vena punctie in vergelijking met
monsters die zijn genomen met een onbelemmerde vena punctie waar geen
adipocyten werden vernietigd. In bloed afgenomen met een moeizame venapunctie
zullen er minder adipocyten in het bloed aanwezig zijn doordat deze uit de
naald zijn weggespoeld bij afname van het eerste buisje bloed. Als een moeizame
venapunctie leidt tot vals verhoogde waarden van S-100B, dan kan het bepalen
van S-100B in het tweede buisje bloed de senisitiviteit van S-100B verhogen. De
verhoogde sensitiviteit van S-100B kan het klinisch belang van deze tumor
marker verbeteren en zelfs het referentie interval verkleinen. Hierdoor kan
deze tumormarker ook belangrijk worden voor melanoom patiënten die in een
eerder stadium van de ziekte zitten.
Het doel van deze studie is om het effect van een lastige vena punctie te
onderzoeken op de S-100B waarden in het bloed.

1. Testen of S-100B verhoogd is in serum die adipocyten bevatten.
2. Testen of S-100B verhoogd is in serum wat is verkregen met een lastige vena
punctie.
3. Testen of S-100B verhoogd is in serum wat uit de tweede afgenomen buis komt
die ook is verkregen met een lastige vena punctie.

De 3 doelen zullen in deze studie worden onderzocht in 2 stappen.
1) Eerst wordt S-100B geanalyseerd in twee gezonde deelnemers. Het serum zal
worden afgenomen met een normale vena punctie en zal vervolgens worden
gecontamineerd met adipocyten. Deze adipocyten zullen worden verkregen door met
een naald de subcutis van de buik te puncteren. S-100B wordt geanalyseerd in
een normale buis met bloed en een buis met bloed die gecontamineerd is met
adipocyten. Deze beide buizen zullen vergeleken worden, als de met adipocyten
gecontamineerde buis een hogere S-100B waarde bevat dan zal er worden
doorgegaan met stap 2 van de studie.


2)Er worden 2 buisjes bloed bij 20 gezonde personen afgenomen uit de arm.
Alvorens het bloedvat aan te prikken wordt de naald door onderhuids vetweefsel
geprikt over een lengte van 1-2 cm. Vervolgens worden 2 buisjes bloed
afgenomen. Het eerste buisje bloed wat op deze wijze wordt afgenomen zal het
meest vervuild zijn met (delen van) vetcellen. Het serum S-100B wordt bepaald
in beide buisjes om te bepalen of er een significant verschil zit tussen het
als eerste en het als tweede afgenomen buisje.

Een venapunctie bij gezonde proefpersonen waarbij de naald door onderhuids vetweefsel wordt geprikt over een lengte van 1-2 cm.

Een venapunctie kan leiden tot verschillende complicaties. Nabloeding of een
hematoom kunnen bijvoorbeeld een complicatie zijn, al is dit vooral bij mensen
die bloedverdunners gebruiken en deze worden mede daarom geëxcludeerd in onze
studie.
De procedure kan pijnlijk zijn.
De participanten zullen hun S-100B waarde te weten krijgen. Deze waarde zegt
niet veel in gezonde personen. Wij zullen de participanten desalniettemin
informeren over mogelijke opties die zij kunnen doen bij een verhoogde S-100B
waarde. Bijvoorbeeld deze waarde later nog een keer overmeten of controle door
een dermatoloog.