Het doel van deze studie is om na te gaan of perceptuele verwachtingen de visuele schors bij mensen met autisme inderdaad beïnvloeden op een manier die consistent is met 'hypo-priors'.
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Ontwikkelingsstoornissen NEG
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
De belangrijkste data die in deze studie verzameld zullen worden, zijn de fMRI
en MEG-scans die opgenomen worden terwijl de proefpersonen de visuele taak
uitvoeren. Deze data zullen laten zien hoe perceptuele verwachtingen de
informatieverwerking in de visuele schors van beide groepen beïnvloeden.
Secundaire uitkomstmaten
n.v.t.
Achtergrond van het onderzoek
Er is recentelijk gesteld dat perceptie bij mensen met autisme gekenmerkt wordt
door een verminderde integratie van sensorische informatie met andere kennis
('priors'): mensen met autisme beschikken dus over een 'hypo-prior'. Dit
betekent voor visuele informatieverwerking dat de processen op de sensorische
cortex van autistische individuen minder beïnvloed raken door reeds aanwezige
kennis en ervaringen dan bij gezonde mensen.
Uit onderzoek blijkt dat perceptuele verwachtingen normaal een sterk effect
hebben op de activiteit op de sensorische cortex van gezonde mensen. In het
geval van visuele perceptie zullen dergelijke verwachtingen de gemiddelde
activiteit van de visuele cortex reduceren terwijl de corticale representatie
van de visuele prikkel 'scherper' wordt. Hierdoor kunnen bijvoorbeeld verwachte
stimuli met behulp van fMRI beter in de visuele schors gedecodeerd worden.
Echter, als er sprake is van hypo-priors zouden deze effecten van verwachtingen
op sensorische informatieverwerking niet optreden. In deze studie wordt een
paradigma gebruikt waarin perceptuele verwachtingen gecreëerd worden bij mensen
met en mensen zonder autisme.
Door fMRI wordt eerst zichtbaar gemaakt, welke effecten verwachtingen op de
waarneming van visele prikkels in de visuele schors hebben. Daarna wordt met
behulp van MEG, waarmee brein-oscillaties gemeten kunnen worden, nagegeaan hoe
deze effecten fysiologisch veroorzaakt worden.
De kennis die door dot onderzowk wordt opgeleverd helpt om het functioneren van
de hersenen in autisme te begrijpen. Tevens zou deze kennis later toegepast
kunnen worden voor klinische doeleinden.
Doel van het onderzoek
Het doel van deze studie is om na te gaan of perceptuele verwachtingen de
visuele schors bij mensen met autisme inderdaad beïnvloeden op een manier die
consistent is met 'hypo-priors'.
Onderzoeksopzet
Dit onderzoek is cross-sectioneel en observationeel. Een steekproef van mensen
met autisme en een vergelijkbare controlegroep zullen in de eerste van twee tot
drie sessies vragenlijsten invullen om hun IQ en de aanwezigheid van
autistische kenmerken vast te stellen. In de tweede sessie voeren beide groepen
visuele taakjes in de MRI-scanner uit. In de derde sessie worden dezelfde
taakjes nog eens in de MEG-scanner uitgevoerd. De data van beide groepen
zullen vervolgens vergeleken worden om verschillen tussen de groepen te
bepalen.
Inschatting van belasting en risico
Deze studie is geheel veilig. In de eerste van de twee sessies zullen de
proefpersonen vragenlijsten invullen. Gedurende de tweede sessie zullen ze een
visuele taak in de MRI-scanner van ongeveer een uur uitvoeren. Onder
gestandaardiseerde veiligheidsmaatregelen zijn de risico's die aan MRI
verbonden zijn verwaarloosbaar. De MEG-scanner, die in de derde sessie gebruikt
wordt, houdt geen risiko voor de proefpersonen in. Bovendien heeft het Donders
Instituut ruime ervaring met neuroimaging-studies met patiëntengroepen. Hoewel
er geen direct therapeutisch of klinisch voordeel is voor de proefpersonen, zal
deze studie onze kennis over het autistische brein vergroten en daardoor
bijdragen aan verder klinisch en fundamenteel onderzoek omtrent autisme.
Deze studie is bovendien groepsgerelateerd. Hiermee wordt bedoeld dat de
fenomenen die bestudeerd worden niet in een volwassen populatie onderzocht
kunnen worden. Hiervoor zijn er twee redenen. Ten eerste zijn de sensorische
fenomenen van autisme het meest kenmerkend gedurende de ontwikkeling van de
hersenen. Resultaten die in een volwassen populatie verkregen zijn, kunnen
daarom niet gebruikt worden om conclusies te trekken over het functioneren van
de hersenen in een jonge, ontwikkelende populatie. Ten tweede zullen de
resultaten van deze studie de ontwikkeling van nieuwe behandelmethoden
faciliteren. Deze behandelingen zullen op jonge leeftijd toegepast worden,
omdat dit de meest kritieke periode is. Om deze redenen is het noodzakelijk om
deze studie in een adolescente steekproef uit te voeren.
Algemeen / deelnemers
Kapittelweg 29
Nijmegen 6525 EN
NL
Wetenschappers
Kapittelweg 29
Nijmegen 6525 EN
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
Leeftijd: 12-18
Nederlands moedertalig
Normale of gecorrigeerd tot normale visus
IQ boven 85 (binnen één standaarddeviatie van het gemiddelde)
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
Comorbide psychiatrische of neurologische stoornissen
Geschiedenis van hersenchirurgische ingrepen of hersentrauma
Recente of aanhoudend drugs- of alcoholmisbruik
Gebruik van antipsychotische medicatie
Metalen voorwerpen in het lichaam die niet verwijderd kunnen worden (bijvoorbeeld pacemakers, metalen protheses, piercings etc.)
Claustrofobische reacties of paniek in de MRI scanner
Opzet
Deelname
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CCMO | NL45835.091.13 |