Doel van het onderzoek is te bepalen of in het perifeer bloed circulerende NET transcriptomes gebruikt kunnen worden als vroege indicator voor respons op de behandeling met PRRT. De variatie in de hoeveelheid van circulerende NET transcripts zal…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Endocriene neoplasmata maligne en niet-gespecificeerd
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
- Significante verandering in de levels van circulerende NET transcriptomes
gedurende en na behandeling met PRRT middels 177Lu-Octreotate
- Significante correlatie tussen tumor respons op PRRT en veranderingen in de
levels van circulerende NET transcripten
- Vast te stellen of variatie in de levels van circulerende NET transcripten
als vroeg voorspellende marker voor tumor respons op PRRT gebruikt kan worden
Secundaire uitkomstmaten
Niet van toepassing
Achtergrond van het onderzoek
De behandeling van Neuro Endocrine Tumoren (NETs) met PRRT is een kostbaar
traject en het volbrengen van de geplande 4 infusies met 177Lu-Octreotaat duurt
ongeveer 6 maanden. Een adequate bloedmarker waarmee een inschatting kan worden
gemaakt of er sprake is van een tumorrespons op de PRRT ontbreekt. Het
Chromogranine A (CgA) wordt gebruikt als ziekte indicator tussen de
behandelingen in, maar een 1:1 correlatie met tumorrespons ontbreek en niet
zelden wordt een verdere elevatie van het CgA gezien gedurende de behandeling
met PRRT. De respons evaluatie middels CT-/MRI-scan vindt plaats na het
afronden van de infusies met PRRT. Voornamelijk voor patiënten die
non-responders zijn op behandeling met PRRT is het van belang om in een vroeg
stadium over te kunnen schakelen op een alternatieve therapie om een ongewenste
delay in verdere behandeling te voorkomen.
In patiënten aangedaan door een NET heeft analyse van perifeer circulerende
mRNA afkomstig van NET-tumorcellen (de zogeheten NET transcriptomes) dmv PCR na
behandeling van NET met biologicals en chirurgie aangetoond dat deze test kan
differentiëren tussen behandelde en onbehandelde GEP-NETs (sensitiviteit en
specificiteit 85-96%), kan vast stellen of er nog turmorcellen aanwezig zijn
(100%), of een patiënt ingedeeld kan worden tussen klinisch stabiel na
chirurgie of behandeling met LAR (90-95% correct), sprake is van progressieve
ziekte of geen respons op de ingestelde therapie (75% correct) Voorlopige
resultaten tonen betere resultaten in vergelijking met het conventionele
CgA-assay. De verwachting is dat dezelfde gunstige sensitiviteit,
specificiteit, positief voorspellende en negatief voorspellende waarden worden
gevonden voor patiënten die behandeld worden met PRRT.
Doel van het onderzoek
Doel van het onderzoek is te bepalen of in het perifeer bloed circulerende NET
transcriptomes gebruikt kunnen worden als vroege indicator voor respons op de
behandeling met PRRT. De variatie in de hoeveelheid van circulerende NET
transcripts zal worden gecorreleerd aan de respons op PRRT en getoetst wordt of
de circulerende NET transcriptomes gebruikt kunnen worden als vroege
voorspellende marker voor therapie respons.
Onderzoeksopzet
Internationaal multicentrisch observationele studie.
Een consortium genaamd "LuGenIum Consortium" werd opgericht met als deelnemende
centra:
- Erasmus Medical Centre Rotterdam, Nederland
- European Institute of Oncology Milan, Italië
- Zentralklinik Bad Berka, Duitsland
Inschatting van belasting en risico
Een vena punctie wordt gezien als een diagnostische handeling met minimale
neveneffecten. Tevens betreft het hier een minimale belasting voor de patiënt
gezien;
- Nieuw is dat de patiënt volgens het onderzoeksprotocol op 3 tijdpunten rondom
de toediening van de PRRT 10ml bloed wordt afgenomen. Patiënt ligt voor
toediening van de PRRT reeds 24 uur opgenomen in het ziekenhuis, gedurende deze
opname wordt het bloed afgenomen.
- Gedurende follow-up na behandeling met PRRT valt bloedafname reeds binnen de
reguliere zorg, het betreft nu 10ml extra (1x 10ml buisje) tov de reguliere
zorg. Er wordt geen extra moment van bloedafname geïntroduceerd tijdens de
follow-up.
- De patiënt hoeft geen extra tijd te investeren, zoals extra
ziekenhuisbezoeken, door deelname aan de studie.
- De mogelijke risico's verbonden aan een vena punctie zijn minimaal.
Gezien de observationele opzet van deze studie zijn negatieve neveneffecten
niet te verwachten.
Algemeen / deelnemers
s'-Gravendijkwal 230
Rotterdam 3015 CE
NL
Wetenschappers
s'-Gravendijkwal 230
Rotterdam 3015 CE
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
Patiënt is aangedaan door een inoperabel Neuro Endocriene Tumor en komt in aanmerking voor behandeling met PRRT gebaseerd op de volgende criteria:;- Het vermogen en begrip om een informed consent formulier te onderteken, vooraf aan de start met PRRT.;En voldoet aan de algemene criteria om behandeld te kunnen worden met PRRT:
- De aanwezigheid van een middels histologie bewezen GEP-NET(s), incluis NET(s) van bronchiale origine
- De aanwezigheid van somatostatine-receptoren op de bekende laesies aangetoond middels een OctreoScan® niet ouder dan 6 maanden aanvang van de eerste behandeling met PRRT. De opname op OctreoScan® moet even hoog of hoger zijn dan door het normale leverweefsel.
- Een levensverwachting van >12 weken
- Serum kreatinine <=150 umol/liter of 1.7 mg/dl, en een gemeten kreatinine klaring van >= 50mL/min. (of gemeten GFR gebruikmakend van plasma klaring techniek, niet gebaseerd op een gamma-camera)
- Hemoglobine (Hb) concentratie >=5.5 mmol/L (>=8.9 g/dL); Leucocyten >= 2*10^9/L (2000/mm^3); trombocyten >=100*10^9/L (100*10^3/mm^3)
- Totaal Billirubine <=3 x ULN
- Serum albumine >30g/L, of een serum albumine <= 30g/L, maar met een normale protrombinetijd
- Karnofsky Performance Status >= 60
- Tenminste 1 meetbare laesie
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
Patiënt komt niet in aanmerking voor PRRT of een alternatieve behandeling is beschikbaar:;- Een chirurgisch optie met curatieve intentie
- Chirurgie, radiotherapy, chemotherapie of een andere vorm van therapie in onderzoeksfase ondergaan <3 maanden voor start PRRT.
- Patiënt met bekende hersenmetastasen, mits deze zijn behandeld en stabiel voor tenminste 6 maanden vooraf aan start met PRRT. Stabiele ziekte moet zijn aangetoond middels een CT-scan met contrast.
- Oncontroleerbare congestive heart failure
- Elke patiënt die gelijktijdig medicatie gebruikt die de nierfunctie kan verlagen (zoals antibiotica die aminoglycoside bevatten)
- Elke patiënt die behandeling ondergaat met somatostatine analogen, tenzij deze de dosis >3 maanden ongewijzigd bij de start met PRRT en een nieuwe baseline CT-scan is vervaardigd
- Elke patiënt die kortwerkende somatostatine analogen gebruikt, die niet 12 uren voor en 12 uren na de toediening van PRRT gestaakt kan worden, of elke patiënt die een langwerkende somatostatine analoog gebruikt die niet minimaal 6 weken voor de behandeling met PRRT gestaakt kan worden. Tenzij op de uptake op de OctreoScan onder continuering van de langwerkende somatostane analoog tenminste even hoog is als de opname door het normale leverweefsel op de planaire images.
- In patiënten met afwijkende hematologische parameters, incluis een verhoogd MCV (>150 fL), in het bijzonder bij patiënten die eerder zijn behandeld met chemotherapie, moet eerst een consult bij de hematologie voor adequate work-up worden ingediend
- Elke patiënt met een ander belangrijk medisch, psychiatrisch of chirurgische aandoening, oncontroleerbaar met medicatie en mogelijk van invloed op kunnen afronden beoogde cycli met PRRT.
- Zwangerschap
- Eerdere radiotherapie met betrokkenheid van >25% van het beenmerg
Opzet
Deelname
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CCMO | NL48623.078.14 |