Te achterhalen of patiënten verslaafd aan alcohol, cannabis, opiaten, cocaïne, amfetamine, of GHB een associatie zien tussen het gebruik van hun voorkeursmiddel en seksuele gedrag. Daarbij wordt gekeken naar de subjectief beleefde associatie tussen…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Overige aandoening
Synoniemen aandoening
Aandoening
verslaving
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
Ter beantwoording van de primaire onderzoeksvraag is de primaire uitkomstmaat
de subjectief weergegeven veranderingen van seksueel functioneren onder invloed
van een middel. Seksueel functioneren wordt geoperationaliseerd als alle vormen
van seksuele ervaringen waaronder seksuele gevoelens, seksuele fantasieën,
seksuele opwinding, seksueel plezier, seksuele handelingen en seksuele
prestaties.
Ter beantwoording van vraagstelling nummer 6 (zie onderzoeksprotocol) is de
primaire uitkomstmaat de aard en inhoud van seksueel gedrag over de afgelopen 6
maanden. Seksueel gedrag wordt geoperationaliseerd als seksuele ervaring
(ervaring met het hebben van seks), aantal sekspartners, seksfrequentie,
seksuele ervaring met seksegenoten, masturbatie, pornogebruik, seks op en via
internet, beoordeling huidige seksuele functioneren, seksuele motivatie en
seksuele satisfactie.
Secundaire uitkomstmaten
Een secundaire uitkomstmaat is of er sprake is van een positieve verandering,
c.q. een negatieve verandering in seksueel gedrag. Dit wordt gemeten door
middel van de vragen over seksueel gedrag onder invloed van het voorkeursmiddel
van de patiënt. Er worden zowel vragen gesteld over een positieve verandering
van verschillende aspecten van seksueel gedrag als een negatieve verandering.
Secundaire uitkomstmaten zijn eveneens de ervaren relaties (positief, negatief)
tussen seksueel gedrag en het gebruik van bepaalde middelen. Daarnaast
verwachten we een verschil in seksueel gedrag tussen de verschillende groepen
middelen, afhankelijk van de ernst van de verslaving. Bij een hoge ernst
verwachten we minder seksueel gedrag. Tevens wordt een verschil verwacht in
seksueel gedrag tussen mannen en vrouwen, en tussen verschillende
leeftijdsgroepen. Ook is een secundaire uitkomstmaat het verschil in seksueel
gedrag tussen een verslaafde populatie en een algemene populatie (door de
resultaten van deze studie te vergelijken met de studie van de Graaf (2012).
Achtergrond van het onderzoek
Alcohol en drugs worden vaak geassocieerd met seks. Met name de film- en
muziekwereld speelt hier op in. Van verschillende middelen is bekend dat zij
van invloed zijn op het seksuele gedrag en functioneren. Zo is bekend dat een
lage dosis alcohol en cannabis seksuele remmingen vermindert, terwijl een
hogere dosis van deze middelen een negatieve uitwerking heeft op het seksuele
functioneren. Bij incidenteel gebruik van cocaine kan de duur van de seksuele
opwinding verlengd worden omdat het langer duurt voordat een orgasme optreedt.
Het gebruik van amfetamine heeft hetzelfde effect op het seksuele functioneren.
Opvallend is dat veel onderzoek naar seksueel gedrag en middelengebruik bij een
algemene populatie heeft plaatsgevonden. Weinig is bekend van het seksuele
gedrag en de relatie met middelengebruik bij een verslaafde populatie.
Wetenschappelijk onderzoek dat gedaan wordt naar seksueel gedrag en verslaving
richt zich met name op risicovol seksueel gedrag. Dit is opvallend te noemen
omdat in de klinische praktijk de link tussen middelengebruik en seksueel
gedrag regelmatig voorkomt. Er zijn patiënten die aangeven dat zij een sterke
relatie ervaren tussen hun middelengebruik en seksuele gedrag. Zonder aandacht
hiervoor is het voor deze patiënten moeilijk om controle te krijgen op hun
verslaving. Wanneer er echter wel aandacht voor is, is het nu nog moeilijk te
bepalen wat voor behandeladviezen te geven. Zonder een duidelijke
wetenschappelijke verklaring voor de link tussen middelengebruik en seksueel
gedrag bij verslaafden kan er geen goed behandelbeleid bepaald worden.
Doel van het onderzoek
Te achterhalen of patiënten verslaafd aan alcohol, cannabis, opiaten, cocaïne,
amfetamine, of GHB een associatie zien tussen het gebruik van hun
voorkeursmiddel en seksuele gedrag. Daarbij wordt gekeken naar de subjectief
beleefde associatie tussen gebruik en seksueel functioneren en het seksuele
gedrag van de verslaafde los van het gebruik van het middel.
Onderzoeksopzet
Het betreft een cross-sectioneel, observationeel onderzoek, met ook verzameling
van kwalitatieve data, waarbij gebruik gemaakt wordt van een vragenlijst over
seksueel gedrag en middelengebruik. De vragenlijst is ontwikkeld voor dit
onderzoek, waarbij de vragenlijst die Rawson et al. (2002) gebruikt hebben als
uitgangspunt gebruikt is. Rawson et al. (2002) hebben een goede eerste versie
weten te creëren. De vragen die zij gebruikt hebben, zijn o.a. aangevuld met
vragen uit het onderzoek van De Graaf (2012) (zie *Methode*).
Omdat er gebruik gemaakt wordt van een nieuw ontwikkelde vragenlijst, dient
allereerst de betrouwbaarheid van het instrument bepaald te worden. Dit is dan
ook de reden dat onderhavig onderzoek gefaseerd opgebouwd is. De eerste fase
van het onderzoek betreft een studie ten behoeve van het onderzoeken van de
betrouwbaarheid van de vragenlijst. Dit onderzoek zal een steekproefomvang van
minimaal 20 personen hebben. De selectie van de 20 personen zal a-select zijn
en gestratificeerd met betrekking tot de 3 hoofdgroepen (uppers, downers,
alcohol). Uitgaande van een goede (test-hertest) betrouwbaarheid zal het
onderzoek zich vervolgen (fase 2) ten behoeve van het beantwoorden van de
onderzoeksvragen.
De vragenlijst wordt afgenomen bij patiënten die in zorg zijn bij
Verslavingszorg Noord Nederland, waarbij sprake is van problematisch
middelengebruik (vastgesteld met de MATE (Meten van Addicties voor Triage en
Evaluatie (Schippers, Broekman, Buchholz, 2011) en waarbij hun primaire
probleemmiddel alcohol, cannabis, cocaïne, amfetamine, opiaten of GHB is.
Na het intakegesprek wordt een patiënt gevraagd of hij wil deelnemen aan
wetenschappelijk onderzoek. Mocht de patiënt aangeven hiervoor open te staan,
zal hij vervolgens een gesprek krijgen met de hoofdonderzoeker waarin het
onderwerp en doel en de procedure van de studie uitgelegd zal worden.
In de eerste fase van de studie dient de proefpersoon op twee momenten de
vragenlijst *middelengebruik en seksueel gedrag* in te vullen. Moment een is de
datum waarop de respondent de vragenlijst voor de eerste maal invult, moment
twee is vier weken later.
In de tweede fase van de studie dient de respondent de vragenlijst
*middelengebruik en seksueel gedrag* eenmalig in te vullen.
Het is mogelijk de vragenlijst in te vullen in het bijzijn van de onderzoeker
of online via een beveiligde omgeving
Inschatting van belasting en risico
Proefpersonen dienen een tweetal vragenlijsten, met een totaal van 53 vragen,
in te vullen. Ze kunnen te allen tijde stoppen met deelname.
Algemeen / deelnemers
Canadalaan 1
Groningen 9728 EA
NL
Wetenschappers
Canadalaan 1
Groningen 9728 EA
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
- afhankelijkheid of misbruik van een middel (alcohol, cannabis, opiaten (heroïne/methadon), cocaïne, amfetamine, GHB)
- leeftijd: 23 jaar en ouder
- abstinent van het middel ten tijde van invullen van de vragenlijst
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
- langer dan een half jaar abstinentie van het voorkeursmiddel
- gebruik van een andere categorie middelen naast het primaire probleemmiddel (bijv. een *upper* gebruiken wanneer een *downer* het primaire probleemmiddel is en vice versa)
- psychotische episode in de afgelopen maand
- suïcidaliteit in de afgelopen maand
- beperkte kennis van de Nederlandse taal
- gedragsverslaving (gokken, gamen, seks)
Opzet
Deelname
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CCMO | NL53107.042.15 |