Primair doel: - Bepalen wat de beste manier is om vasculaire reactiviteit bij CADASIL te metenSecundair doel:- Het bestuderen van CADASIL ziekteprogressie over een periode van 17 jaar- Het bepalen van de correlatie tussen uitleesmaten en…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Centraal zenuwstelsel vaataandoeningen
- Overgie vaataandoeningen
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
Verschillen in vasculaire reactiviteit tussen patienten en controles.
Correlatie tussen vasculaire reactiviteit en ziekteernst (scores op
neuropsychologischhe schalen, leeftijd eerste beroerte) en MRI parameters
(aantal lacunaire infarcten, brein artofie)
Secundaire uitkomstmaten
Correlatie tussen veranderingen in vasculaire reactiviteit en ziekteprogressie
over een periode van 17 jaar. Correlatie tussen andere uitleesmaten (NOTCH3
score in huid, NOTCH3 in serum) en ziekteprogressie.
Achtergrond van het onderzoek
CADASIL (Cerebraal Autosomale Arteriopathie met Subcorticale Infarcten en
Leukoencephalopathie) is een erfelijke aandoening die wordt veroorzaakt door
mutaties in het NOTCH3 gen. CADASIL patiënten krijgen vanaf middelbare leeftijd
meerdere beroertes en gaan cognitief achteruit, wat leidt tot ernstige fysieke
beperkingen en dementie in meerdere generaties van een familie. Er is op dit
moment geen medicijn voor CADASIL. Onze onderzoeksgroep werkt aan de
ontwikkeling van een mogelijk medicijn voor CADASIL. Dit onderzoek is momenteel
in de pre-klinische fase. Een belangrijk knelpunt in therapieontwikkeling voor
CADASIL is het feit dat er op dit moment geen goede uitleesmaten zijn voor de
ziekte, met name in de pre- of vroege symptomatische fase. Deze uitleesmaten
zijn van belang om in de toekomst het effect van therapien te kunnen meten. Een
mogelijke uitleesmaat voor de pre- en vroege symptomatische fase is
cerebrovasculaire reactiviteit (CVR). In eerdere studies is aangetoond dat CVR
al vroeg in het CADASIL ziekteproces is aangedaan, dat de mate van verstoring
van de CVR samenhangt met de ernst van de ziekte en voorspellend is voor het
beloop van de ziekte. Tot nu toe wordt bij CVR metingen gebruik gemaakt vant
intraveneuze toediening van acetozolamide. Dit is een robuste, maar invasieve
methode om vasculaire reactiviteit te meten. In deze studie, willen wij bepalen
wat de beste methode is om vasculaire reactiviteit te meten, waarbij wij
streven naar een minst invasieve methode. Daarnaast zullen wij de correlatie
onderzoeken tussen mogelijke uitleesmaten en ziekteprogressie.
Doel van het onderzoek
Primair doel:
- Bepalen wat de beste manier is om vasculaire reactiviteit bij CADASIL te
meten
Secundair doel:
- Het bestuderen van CADASIL ziekteprogressie over een periode van 17 jaar
- Het bepalen van de correlatie tussen uitleesmaten en ziekteprogressie
Onderzoeksopzet
Dit is een cross-sectioneel onderzoek in 16 CADASIL patienten en 16 controles.
Deelnemers aan ons baseline onderzoek (41 patienten, 22 controles) worden
gevraagd om aan dit onderzoek mee te doen. Op deze manier kunnen wij ook een
17-jaar follow-up analyse doen.
Inschatting van belasting en risico
Dit is een groep-gerelateerde, niet-therapeutisch studie in CADASIL patienten.
We zullen eerst patienten includeren die ook aan de baseline 2000 studie hebben
meegedaan. Dit biedt tegelijkertijd de mogelijkheid voor een unieke 17-jaar
follow-up analyse. Alle onderzoeken worden gedurende één dag verricht op het
LUMC. Voorafgaand aan de onderzoeksdag op het LUMC, worden de proefpersonen
gevraagd om een vragenlijst in te vullen. Op de onderzoeksdag zal bloed worden
afgenomen (maximaal 60 ml), een huidbiopt worden afgenomen, een MRI worden
gemaakt (60 minuten) en zal de proefpersoon een neuropsychologisch onderzoek
krijgen (60 minuten). Tijdens de MRI scan zal acetozolamide intraveneus worden
toegediend via een infuus, om de cererovasculaire reactiviteit te meten. De
risico's van acetozolamide worden geminimaliseerd door personen die mogelijk
een verhoogd risico hebben op (ernstige) bijwerkingen te excluderen, en door de
apotheek van het LUMC te consulteren als mensen medicatie gebruiken wat een
interactie aan kan gaan met acetozolamide. De risico's van deze studie zijn
minimaal. De studie heeft geen direct gunstig effect voor de proefpersoon.
Echter, de kennis die uit dit onderzoek voortkomt is belangrijk voor CADASIL
therapieontwikkeling en om een beter beeld te krijgen van het beloop van de
ziekte.
Algemeen / deelnemers
Albinusdreef 2
Leiden 2333ZA
NL
Wetenschappers
Albinusdreef 2
Leiden 2333ZA
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
- Eerdere deelname aan baseline 2000 onderzoek (P80/98)
- Leeftijd boven 18 jaar
- NOTCH3 mutatie status bekend of partner van een CADASIL patient
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
Contra-indicatie voor een MRI scan:
- Claustrofobie
- Pacemaker of defibrillator
- Zenuwstimulator
- Intracraniele clips
- Intraorbitale of intraoculaire magnetische materialen
- Cochleair implantaat
- Ferromagnetisch implantaat
- Hydrocephalus pomp
- Intra-uterien spiraal (niet alle types)
- Permanente make-up
- Tatoeages boven de schouders (indien ouder dan 20 jaar);Contra-indicatie voor fMRI:
- Epilepsie in het voorgaande jaar
- Niet-corrigeerbare visusafwijking;Contra-indicatie voor de acetozolamide toediening
- Steven-Johnson syndroom
- Japanse of indiaanse afkomst
- Bekende allergie voor sulphonamides
- Ernstige lever of nierinsufficientie
- bekende occlusie van de a. vertebralis, basilaris of carotis
Opzet
Deelname
metc-ldd@lumc.nl
metc-ldd@lumc.nl
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CCMO | NL61040.058.17 |