Samenstelling van darmbacteriën als marker voor het klinische beloop van inflammatoire darmziekten

Inflammatoire darmziekten (IBD) is een verzamelnaam voor onder andere de ziekte
van Crohn en colitis ulcerosa. Deze ontstekingsziekten van de darm gaan gepaard
met afwisselend rustige en actieve ziekteperioden. De behandeling bestaat onder
andere uit medicatie, zoals immuunsuppresiva, om de symptomen te verminderen en
de ontsteking tot rust te brengen. In sommige gevallen is er een operatie
noodzakelijk. Waarom IBD bij de ene persoon ontstaat en bij andere mensen niet,
is nog niet volledig bekend. Mogelijke factoren die het ontstaan van de ziekte
beïnvloeden zijn het afweersysteem (immuunsysteem), omgevingsfactoren en het
microbioom.
Het microbioom omvat alle bacteriën die zich in de mens bevinden. In dit
onderzoek wordt er specifiek naar het microbioom van de darm gekeken. In de
darm zijn er duizenden verschillende soorten bacteriën met bijbehorend
miljoenen genen. De samenstelling van het microbioom is mogelijk betrokken bij
diverse chronische ziekten, waaronder ook bij IBD. Eerdere studies hebben
aangetoond dat het microbioom bij patiënten met IBD verstoord is en er een
mindere diversiteit aan bacteriën in de darm zit.
Er is echter weinig bekend over veranderingen in het microbioom van de darm en
het verloop van de ziekte. Er wordt in eerdere studies beschreven dat er
mogelijk een verschil is in microbioom tussen actieve en rustige perioden van
de ziekte. Deze studies zijn echter klein en kijken vaak op één moment naar het
microbioom.
Deze studie kijkt naar de relatie tussen het microbioom en ziekteactiviteit bij
IBD patiënten. Het doel is om patiënten langere tijd te vervolgen, zodat het
effect van het microbioom op de lange termijn kan worden onderzocht. Meer
kennis over hoe deze samenstelling precies verandert en wat voor effect dit
heeft op de uiting van de ziekte, kan mogelijk van belang zijn voor de
behandeling van de ziekte.

In deze studie willen wij onderzoeken of de samenstelling van darmbacteriën
(het microbioom) samenhangt met de ernst en uiting van inflammatoire
darmziekten (IBD). Wij willen onderzoeken of verschillen in het microbioom
leiden tot onder andere veranderingen in het beloop, het optreden van
vermoeidheid en medicatiegebruik. Meer kennis over het belang van het
microbioom biedt mogelijk kansen om de behandeling van IBD in de toekomst te
verbeteren.

Dit is een longitudinale prospectieve niet-interventionele studie waarin een
cohort van patiënten met IBD twee jaar gevolgd zal worden. Als onderdeel van
gebruikelijke zorg in het Erasmus MC, zullen patiënten elke zes maanden de
polikliniek bezoeken. Dit zullen vijf polibezoeken in twee jaar zijn. Tijdens
deze bezoeken, worden de patiënten gevraagd om een aantal vragenlijsten in te
vullen. Daarnaast moeten patiënten een ontlastingssample inleveren. Hieruit
wordt het calprotectine en het microbioom bepaald.
Drie maanden na elk polibezoek worden de patiënten gebeld. Er wordt dan
gevraagd de actuele status van de ziekte en worden patiënten herinnerd om de
vragenlijsten en ontlasting op te sturen.
Tijdens een opvlamming van de ziekte worden patiënten tevens gevraagd om een
vragenlijst in te vullen en ontlasting op te sturen.

Weinig tot geen risico vanverzamelen ontlasting en invullen vragenlijsten