Vergelijken van het effect van eltrombopag en IVIG op het verkrijgen van een hoog genoeg bloedplaatjes voor en na operatie.
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Plaatjesaandoeningen
- Auto-immuunziekten
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
Percentage patienten die het bloedplaatjesaantal haalt om de operatie te kunnen
krijgen voor de operatie en het bloedplaatjesaantal hoog genoeg blijft tot 7
dagen na de operatie zonder extra ITP rescue medicatie nodig te hebben.
Secundaire uitkomstmaten
- Tijd tot behandelfalen
- Bloedingen
- Percentage patienten die de operatie krijgen zoals gepland
- Tevredenheid van behandelingen op dag -1 +/-1 dag en eenmalig bij de follow
up met de TSQM
- Percentage patiente met bloedplaatjes hoger dan 400x10^9/L pre en
postoperatief
- Bloedtransfusies (rode bloedcellen, plasma en bloedplaatjes)
- pre-operatieve bloedplaatjes aantallen
- verandering van baseline bloedplaatjes naar pre-operatieve
bloedplaatjesaantallen
- percentage van aantal dagen die post-operatief onder de ondergrens van
bloedplaatjes wordt doorgemaakt in de studie periode (kleine ingrepen <50
bloedplaatjes, grote ingrepen <100 bloedplaatjes)
- Aantal opnamedagen
- veneuze en arteriele tromboembolieen
- bijwerkingen
Achtergrond van het onderzoek
Immuun trombocytopenie (ITP) is een heterogene aandoening gekenmerkt door de
aanwezigheid van plaatjes antilichamen, lage bloedplaatjesaantallen en
verhoogde afbraak. Dit resulteert in een verhoogde kans op bloedingen.
De kliniek van ITP kan wisselen van asymptomatisch tot ernstige bloedingen. De
meeste patienten hebben een milde vorm van ITP waarbij het bloedplaatjes aantal
stabiel laag is zonder bloedingen. Echter, wanneer er operatieve ingreep plaats
moet vinden, hebben deze patienten vaak een te laag aantal bloedplaatjes voor
adequate hemostase. Alhoewel een richtlijn mist, is er consensus onder
hematologen voor de gewenste hoogte van het aantal bloedplaatjes gebaserd op de
richtlijn voor transfusie. Internationaal wordt een hoogte van 50x10^9/L
bloedplaatjes geadviseerd voor kleine ingrepen en operaties, en voor grotere
operaties wordt een ondergrens aangehouden van 100x10^9/l bloedplaatjes.
IVIG wordt vaak gegeven om de bloedplaatjes tijdelijk op te hogen voor een
invasieve procedure. In ongeveer 80% van de gevallen is IVIG geassocieerd met
het verhogen van het bloedplaatjesaantal in 2 tot 4 dagen, voor gedurende 4
weken. Dit is voldoende m de operatie door te komen en postoperatief adequate
stolling te bewerkstelligen. IVIG heeft echter ook nadelen. Ten eerste is er
een (zeer kleine) kans op het overbrengen van infecties daar het een
bloedproduct betreft. Ten tweede zijn er bijwerkingen, zoals hoofdpijn in 10%
van de gevallen varierend van mild tot ernstig waarvoor opname noodzakelijk kan
zijn. Hemolyse treedt op in 1,6% van de patienten behandeld met IVIG door een
hoge titer anti-A of anti-B in het IVIG product. Zeldzamere thromboemlische
complicaties, zowel veneus (diep veneus trombose en longembolie) als arterieel
(myocardinfarct of herseninfarct) zijn in ongeveer 1% van de gevallen
gerapporteerd. Nierfalen is een zeldzame bijwerking en zou zijn geassocieerd
met sucrose geinduceerde osmotische nefropathie, waardoor dit monitoring
behoeft bij diabetici, ouderen en patienten met pre-existent nierfalen. Ten
derde kost het tijd en personele diensten om IVIG toe te dienen. Dit gebeurt op
de dagopname en kost 3-6 uur. Geregeld is er een tweede gift IVIG nodig om het
aantal bloedplaatjes hoog genoeg te houden voor de operatie.
IVIG toediening is duur doordat het zowel als los product kostbaar is, als de
tijd die het personeel en de dagopname kost. Dit maakt het gerechtvaardigd om
te zoeken naar alternatieven voor IVIG als overbrugging voor lage bloedplaatjes
bij ITP-patienten die een operatie moeten ondergaan.
Resulaten uit eerdere fase III studies laten zien dat eltrombopag de
bloedplaatjes verhoogt in continue behandelingsmethoden. Bijwerken komen weinig
voor vergeleken met placebo. Zowel de kosten als de veiligheid van eltrombopag
lijken gunstig, en daarom is het zinnig om onderzoek te doen naar korte termijn
behandeling met eltrombopag om te overbruggen naar een operatie als een
alternatief voor IVIG.
Doel van het onderzoek
Vergelijken van het effect van eltrombopag en IVIG op het verkrijgen van een
hoog genoeg bloedplaatjes voor en na operatie.
Onderzoeksopzet
Twee-armig, gerandomiseerd, open label, non-inferiority studie.
Onderzoeksproduct en/of interventie
Dagelijks eltrombopag als oraal geneesmiddel voor het verkrijgen van een hoog genoeg bloedplaatjes aantal in ITP patienten, vergeleken met IVIG.
Inschatting van belasting en risico
Participerende patienten zullen 2 keer extra op de polikliniek moeten komen om
te controleren of het bloedplaatjes aantal voldoende hoog is, 1 maal extra voor
de operatie en 1 maal extra na de operatie. Verder wordt aan iedere patient
gevraagd 2 maal de TSQM-vragenlijst in te vullen.
Patienten die gerandomiseerd worden in de eltrombopag-arm zullen geen
intraveneuze toediening krijgen, gezien dit middel per os wordt genomen.
Algemeen / deelnemers
Els Borst-Eilersplein 275
Den Haag 2545 AA
NL
Wetenschappers
Els Borst-Eilersplein 275
Den Haag 2545 AA
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
1. Primaire of secundaire ITP (volgens ITP richtlijn zoals vastgesteld door de ASH in 2011)
2. Bloedplaatjesaantal moet onder de chirurgisch geaccepteerde drempel zijn: lager dan 50 bij kleine operaties en kleiner dan 100 bij grotere operaties.
3. 18 jaar of ouder
4. Stabiele ITP voor minstens 2 weken, dus ofwel geen medicatie, of dosis van medicatie is onveranderd.
5. Er moet minstens 3 weken tussen randomisatie en de operatie in zitten (operatie moet dus electief en planbaar zijn)
6. IVIG en Eltrombopag moeten acceptabele opties zijn voor de patient
7. Patient moet informed consent af kunnen geven.
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
1. Zwangerschap of borstvoeding geven
2. IVIG behandeling in de 2 weken vooraf gaande aan de randomisatie
3. Thrombopoietine receptor agonist behandeling in de 4 weken voorafgaande aan de randomisatie
4. ASAT of ALAT 2X boven de bovengrens van normaalwaarde
5. Bilirubine boven de 1.5X van de bovengrens van normaal in afwezigheid van een benigne leveraandoening
6. Diep veneuze trombose, myocard infarct, ischaemisch CVA, of arteriele trombose in de afgelopen 12 maanden
7. Beenmerg reticuline of fibrose (indien bekend)
8. Bekende levercirrose
9. Actieve maligniteit waarvoor in de afgelopen 6 maanden behandeling of palliatie nodig was.
10. Elke klinische aandoening of afwijking in het laboratorium waardoor het onderzoeksteam deze patient zou willen excluderen, omwille van de gezondheid van de proefpersoon.
Opzet
Deelname
In onderzoek gebruikte producten en hulpmiddelen
metc-ldd@lumc.nl
metc-ldd@lumc.nl
metc-ldd@lumc.nl
metc-ldd@lumc.nl
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
EudraCT | EUCTR2016-004295-22-NL |
ClinicalTrials.gov | NCT01621204 |
CCMO | NL59645.098.16 |