Het doel van het onderzoek is om een biomechanische analyse uit te voeren van een isometrische en een veel gebruikte excentrische oefening. Parameters die vergeleken zullen worden zijn spierkrachten en spieractiviteit. Daarnaast word ook binnen een…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Overige aandoening
Synoniemen aandoening
Aandoening
Sportblessures
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
Spiervezellengte veranderingen gemeten door middel van B-mode ultrasound
Secundaire uitkomstmaten
Spieractiviteit en spierkracht gemeten door middel van surface EMG en 3D
bewegingsanalyse in combinatie met de meting van externe krachten door middel
van een krachtplatform.
Achtergrond van het onderzoek
Lichamelijke inspanning is een effectieve primaire en secondaire preventie
strategie voor veel ziektes. Een recente meta-analyse vond bijvoorbeeld het
sterkste effect voor de gezondheidsvoordelen van voetbal en hardlopen.
Hamstringblessures zijn een echter van de meest voorkomende blessures bij
sporten waarin hardlopen op hoge snelheid voorkomt. De incidentie van
hamstringblessures varieert van 20.3-36.9 per 1000 wedstrijd uren. Het
percentage spelers wat opnieuw een blessure krijgt varieert van 12-33%.
Interventies die het aantal hamstringblessures kunnen verminderen kunnen daarom
ook gezondheidsvoordelen opleren en de sportprestatie verbeteren.
Er is altijd aangenomen dat er een excentrische hamstringactie is tijdens de
zwaaifase van het hardlopen. Omdat verbeteringen in krachtproductie grotendeels
specifiek zijn voor het contractietype worden excentrische oefeningen toegepast
om de hamstrings specifiek aan te sterken voor het hardlopen. Hoewel deze
oefeningen effectief zijn bevonden is het aantal hamstringblessures niet
gedaald in de afgelopen 30 jaar, maar zelfs toegenomen met 2.3% per jaar van
2001-2014 in het professionele voetbal.
Recent is beargumenteerd dat er waarschijnlijk geen excentrische, maar een
isometrische hamstring actie is tijdens de uitpendelfase van het onderbeen bij
hardlopen. De auteurs suggereerden verder dat een onvermogen van de spiervezels
om isometrisch te blijven door een beperkte isometrische kracht mogelijk tot
hamstringblessures kon leiden. Isometrische oefeningen zijn daarom mogelijk ook
specifieker en effectiever in het voorkomen van hamstringblessures, maar deze
oefeningen zijn nog maar nauwelijks onderzocht.
Oefeningen die een hoge spieractiviteit en spierkracht vragen zijn
waarschijnlijk het effectiefst in het aansterken van de hamstrings en daarmee
in het voorkomen van blessures. Zo is bijvoorbeeld gevonden dat de intensiteit
van een oefening de primaire stimulus voor moleculaire responses is in spier en
pees weefsel. Verder suggereren de bevinddingen van een recente meta-analyse va
de intensiteit van een oefeningen de primaire stimulus is voor aanpassingen bij
achilles en Patella tendinopatie. Door de spieractiviteit en spierkrachten bij
oefeningen te onderzoeken kan daarom worden bepaald welke oefening in theorie
het effectiefst is om adaptaties te bewerkstelligen en daarmee
hamstringblessures te voorkomen. Omdat niet-invasieve metingen van spierkracht
tijden beweging niet mogelijk is bij mensen moeten deze krachten geschat worden
met bijvoorbeeld computer modellen of supersonic shear imaging. Omdat de
spiervezels van de hamstrings waarschijnlijk isometrisch functioneren tijdens
de zwaaifase van het hardlopen hebben isometrische oefeningen mogelijk ook een
grotere transfer naar sportprestaties en blessurepreventie. Het is echter
onbekend hoe de spiervezels functioneren tijdens verschillende
hamstringoefeningen. Door het functioneren van de spiervezels te onderzoeken
kan ook gekeken worden of het functioneren van de spiervezels overeenkomt met
het functioneren van de spiervezels tijdens het hardlopen.
Het doel van deze studie is daarom om te onderzoeken welke oefeningen
theoretisch het meest effectief is in het verbeteren van de hardloopprestatie
en het voorkomen van hamstringblessures door twee hamstringoefeningen (de
nordic hamstring curl en Roman chair hold) te vergelijken op hamstring spier
activiteit, spierkrachten en spiervezellengte veranderingen.
Mannelijke atleten die aan een sport doen waar hardlopen op hoge snelheid in
voorkomt kunnen deelnemen omdat deze individuen de meeste kans hebben op een
hamstringblessure. Tevens is echografie duidelijker bij goedgetrainde
deelnemers.
Doel van het onderzoek
Het doel van het onderzoek is om een biomechanische analyse uit te voeren van
een isometrische en een veel gebruikte excentrische oefening. Parameters die
vergeleken zullen worden zijn spierkrachten en spieractiviteit. Daarnaast word
ook binnen een oefening gekeken of de spiervezellengte verandering groter is
dan de meetfout. Deze parameters geven informatie over welke oefening
potentieel het meest effectief is in het voorkomen en behandelen van
hamstringblessures.
Primaire doel: vergelijking spiervezellengte veranderingen van de biceps
femoris long head tussen de Nordic hamstring curl en single-leg Roman chair
hold.
Secondair doel: Vergelijken Nordic hamstring curl en single-leg Roman chair
hold op spieractiviteit en spierkrachten.
Onderzoeksopzet
Cross-sectioneel onderzoek
Inschatting van belasting en risico
Twee experimentele sessies van ongeveer 1 uur voor de eerste sessie en 3 uur
voor de tweede sessie, met ten minste 3 en maximaal 7 dagen tussen de sessies.
Bovendien zijn de procedures non-invasief en het is onwaarschijnlijk dat de
oefeningen tot blessures leiden. Het enige ongemak dat sommige deelnemers
mogelijk zullen ondervinden is een vertraagde aanvang van spierpijn 24-48 uur
na de oefeningen. Het aantal herhalingen zal echter klein zijn, dus de totale
hoeveelheid spierpijn zal ook beperkt zijn. Het directe voordeel voor de
deelnemers is dat ze informatie krijgen over de kracht van hun hamstrings.
Bovendien zal het onderzoek de bevolking ten goede komen door nieuwe informatie
te verstrekken over het voorkomen van hamstringbeschadiging en
prestatieverbetering. Reiskosten worden voor alle deelnemers vergoed (¤ 0,19
per km).
Algemeen / deelnemers
Universiteitssingel 40
Maastricht 6229ER
NL
Wetenschappers
Universiteitssingel 40
Maastricht 6229ER
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
- Tussen de 18-30 jaar oud
- Participerend in een sport waarbij op hoge snelheid hardgelopen wordt,
minimaal 3 keer per week
- Man
- >1.70 m
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
- Ernstige visuele of hoorstoornissen
- Blessure aan het been of de rug in de afgelopen 24 maanden
Opzet
Deelname
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CCMO | NL63290.068.17 |
OMON | NL-OMON23832 |