Primaire doel: Bepalen of maximale koude-geinduceerde 'non-shivering thermogenese (= warmteproductie zonder rillen, dus ten gevolge van BAT activiteit) verschilt tussen ochtend en avond. . Secundaire doelen:a. Onderzoeken of koude-geinduceerde…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Glucosemetabolismestoornissen (incl. diabetes mellitus)
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
Koude-geinduceerde non-shivering thermogenese/EE (gemeten middels indirecte
calorimetrie oftewel kapmeting)
Secundaire uitkomstmaten
Koude-geinduceerde veranderingen in:
- supraclaviculaire huidtemperatuur (gemeten middels iButtons en thermografie)
- serum markers voor vetmetabolisme (totaal cholesterol, HDL-C, LDL-C,
triglyceriden, vrije vetzuren) en dynamische veranderingen in lipoproteinen
- serum markers voor sympathische output (noradrenaline en adrenaline)
- primaire en secundaire eindpunten tussen slanke en obese proefpersonen
Achtergrond van het onderzoek
Recent is ontdekt dat bruin vet (BAT) bijdraagt aan energiegebruik (EE) in
mensen. Dit doet het door het verbranden van vetzuren en glucose tot warmte.
Humaan BAT kan geactiveerd worden door stimulatie van het sympathisch
zenuwstelsel, dit kan dmv kou of sympathicomimetica. Interressant genoeg leidt
kortdurende koudeacclimatie tot een verminderde vetmassa in mensen met obesitas
en een verbeterde insulinegevoeligheid (van 43%) in patienten met type 2
diabetes. Door deze bevindingen is interesse ontstaan in BAT als nieuw
aangrijpingspunt voor het verminderen van obesitas en type 2 diabetes. Uit
recente preklinische studies is gebleken dat bruin vet een circadiaan ritme
heeft. Of dit ook in mensen het geval is is nog onbekend. Wij postuleren dat de
activiteit van bruin vet een circadiaan ritme heeft dat zich aanpast aan
veranderingen in 'circadiaan gedrag', zoals blootstelling aan licht. Wij
postuleren tevens dat het circadiane ritme van bruin vet activiteit de spiegels
van glucose en vetten in het bloed gedurende de dag beïnvloedt.
Doel van het onderzoek
Primaire doel:
Bepalen of maximale koude-geinduceerde 'non-shivering thermogenese (=
warmteproductie zonder rillen, dus ten gevolge van BAT activiteit) verschilt
tussen ochtend en avond. .
Secundaire doelen:
a. Onderzoeken of koude-geinduceerde veranderen in plasma glucose en vetniveaus
verschillen tussen ochtend en avond.
b. Bepalen of het ritme in koude-geinduceerde non-shivering thermogenese,
glucose en vetstofwisseling verschilt tussen slanke, obese en obese mensen met
prediabetes.
Onderzoeksopzet
De studie is een single-arm gerandomiseerde interventiestudie waarbij
koudeblootstelling als interventie wordt gebruikt. Voor deelname worden
potentiële proefpersonen gescreend op type 2 diabetes evenals andere chronische
ziekten. Verder wordt een onderscheid gemaakt tussen obese personen die
insulinegevoelig zijn en die prediabetes hebben. Na inclusie wordt van de
proefpersonen gevraagd of zij in de week vóór de studiedagen enkele
vragenlijsten bij willen houden gericht op hun slaap-waak patroon, beweging en
dieet en chronotype.
In de hoofdstudie worden proefpersonen tweemaal blootgesteld aan een
koelprotocol, eenmaal 's ochtends en eenmaal 's avonds en deze metingen zijn
identiek. Hier zit maximaal 72 uur tussen (voor details, zie protocol pagina's
13-14). In de studie worden zowel slanke mannen als vrouwen geïncludeerd en
obese mannen met en zonder prediabetes. Op een studiedag krijgen proefpersonen
eerst een infuusje, een eerste bloedsample en worden iButtons op de huid
geplakt. Daarna wordt een infrarood thermische foto gemaakt. Daarna gaan
proefpersonen tussen 2 matten liggen waar water doorheen stroomt. De eerste 15
min is de watertemperatuur 32°C (= thermoneutraliteit). Vervolgens wordt
energieverbruik in rust (REE) gemeten door middel van een kapmeting. Daarna
wordt een bloedsample afgenomen. Vervolgens begint het persoonlijk
koelprotocol. We blijven tijdens het koelprotocol het energieverbruik meten
middels een kapmeting. Vanaf het moment van koelen wordt iedere 15 min een
bloedsample afgenomen. Het persoonlijk koelprotocol stopt op het moment van
rillen, dan gaat de temperatuur iets omhoog tot rillen stopt en start de
stabiele koelfase. Na 60 min stabiel koelen wordt REE opnieuw gemeten door
middel van kapmeting. Het verschil tussen de koude meting en meting bij
thermoneutraliteit is de koude-geinduceerde thermogenese, een belangrijke
uitkomstmaat van de studie. Hierna wordt het laatste bloedsample afgenomen en
nogmaals een infrarood thermische foto gemaakt.
Onderzoeksproduct en/of interventie
Zoals bij de onderzoeksopzet beschreven is de interventie een persoonlijk koelprotocol. MIddels dit protocol wordt BAT geactiveerd en non-shivering thermogenese aangezet. Tijdens het koelprotocol wordt de proefpersoon gedurende ongeveer 150 min blootgesteld aan milde kou (ongeveer 14°C). Aangezien het moment van rillen sterk verschilt tussen personen, maken we gebruik van een persoonlijk koelprotocol zodat bij iedereen zoveel mogelijk sprake is van maximale non-shivering thermogenese (en dus maximale BAT acitviteit). De juiste temperatuur wordt subjectief bepaald door te vragen of iemand rilt. Meestal duurt het 30-45 min voordat iemand dit punt bereikt. Daarna start de 'stabiele koelfase' van 120 min. Tijdens deze periode wordt iedere 15 min gevraagd of iemand rilt. Zo ja, dan wordt de temperatuur van de koelmatten met 2-3 graden verhoogd zodat iemand stopt met rillen.
Inschatting van belasting en risico
De belasting en risico van deze studie zijn verwaarloosbaar.
Algemeen / deelnemers
Albinusdreef 2
Leiden 2333ZA
NL
Wetenschappers
Albinusdreef 2
Leiden 2333ZA
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
- Nederlandse blanke Kaukasische mannen of vrouwen
- Leeftijd: 18-35 jaar
- Slanke groep: BMI * 18 en * 25 kg/m2
- Obese glucosetolerante groep: BMI * 30 en * 42 kg/m2 and gevaste plasma
glucose niveaus < 5.5 en/of 2 uur na OGTT * 7.8 mM
- Obese verminderde glucosetolerante groep: BMI * 30 en * 42 kg/m2 en gevaste
plasma glucose niveaus * 5.5 en/of 2 uur na OGTT tussen 7.8 en 11.1 mM
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
- Diabetes mellitus (bepaald op basis van gevaste glucose of OGTT volgens ADA
criteria)
- Iedere andere actieve endocriene ziekte (schildklierziekte, tekenen van
syndroom van Cushing, bijnierziekte en stoornissen in vetmetabolisme zoals
familiaire hypercholesterolemie)
- Iedere chronische ziekte aan nieren of lever
- Gebruik van medicatie waarvan bekend is dat het glucose en/of
lipidenmetabolisme of bruin vet acitviteit beinvloedt (zoals beta blokkers,
antidepressiva)
- roken
- Misbruik van alcohol of andere middelen
- Zwangerschap
- Deelname in het afgelopen jaar voor start van de studie aan een intensief
programma om gewicht te verliezen of excessief te sporten
- Huidige deelname in een ander onderzoek dat het huidige onderzoek zou kunnen
beinvloeden
- Klinisch relevante afwijkingen die in de screening naar voren komen
(beoordeeld door de studiearts)
- Verstoord dag-nacht ritme zoals het werken van nachtdiensten of het hebben
van een jet lag (deelname is toegestaan 6 weken na de laatste nachtdienst of 6
weken na terugkomst uit een andere tijdzone)
Opzet
Deelname
metc-ldd@lumc.nl
metc-ldd@lumc.nl
metc-ldd@lumc.nl
metc-ldd@lumc.nl
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CCMO | NL64299.058.17 |