Het hoofddoel van deze studie is om te onderzoeken of Virtual Reality Agression Training - Intellectual Disability (VRAPT-ID) effectief is in het verminderen van agressief gedrag bij intramurale forensisch psychiatrische patiënten, met name die met…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Persoonlijkheids- en gedragsstoornissen
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
De primaire uitkomstmaat is agressie, bestaande uit rapportage van het
personeel en objectieve gegevens (aantal agressie-incidenten en
dwangmaatregelen vanwege agressie). Het personeel wordt gevraagd om wekelijks
voor elke patiënt de Social Disfunction and Aggression Scale (SDAS; Wistedt et
al., 1990) te scoren. Deze schaal meet waargenomen agressief gedrag op de
afdeling. Daarnaast scoort het personeel twee keer per dag een patiënt groen,
oranje of rood volgens Early Recognition Method (Fluttert et al., 2010). Dit is
al onderdeel van hun vaste werkzaamheden.
Secundaire uitkomstmaten
Secundaire uitkomstmaten: individuele veranderingen van de patiënt in stress en
zelfregulatie in de tijd en motivatie/ therapietrouw zijn . Stress wordt in
fase B voor, tijdens en na elke VRAPT-ID-sessie op twee manieren gemeten. De
eerste manier is door zelfrapportage te gebruiken om stress te beoordelen op
een Outcome Rating Scale (ORS; Miller et al., 2003), die ook deel uitmaakt van
het VRAPT-ID-protocol. Ten tweede wordt stress gemeten met de Empatica 4
(Schuurmans et al., 2020), een polsband dat verschillende biomarkers meet. Deze
studie zal huidgeleiding en het hartritme gebruiken om stress te meten.
Zelfregulatie wordt gemeten met een specifieke VR-sessie die onderdeel is van
Social Worlds 4.0 genaamd 'VR catwalk'. Tijdens deze VR-sessie wordt de patiënt
geconfronteerd met verschillende sociale situaties. Motivatie/ therapietrouw
zijn wordt gemeten aan de hand van het aantal uitvallers en door middel van de
Session Rating Scale (SRS) na elke sessie en een kwalitatieve vragenlijst aan
het einde van de training bij tijdens de follow-up.
Achtergrond van het onderzoek
Patiënten met een (lichte) verstandelijke beperking (LVB) zijn in een
forensische setting oververtegenwoordigd. Dit is te verklaren doordat mensen
met LVB meer risicofactoren hebben voor risicovol gedrag en psychiatrische
stoornissen dan mensen zonder LVB. Criminogene risicofactoren zijn bijvoorbeeld
verhoogde impulsiviteit, beperkte copingvaardigheden en problemen met
metalliseren. Patiënten met LVB hebben moeite met het verwerken van verbale
informatie en generaliseren, waardoor patiënten met LVB in forensisch
psychiatrische centra minder goed reageren op huidige behandelingen die
agressie verminderen. Huidige psychotherapieën voor het verminderen van
agressie bij forensische patiënten met LVB zijn meestal niet effectief omdat ze
zijn aangepast aan hun beperkte cognitieve vaardigheden, specifieke behoeften,
leerstijl en IQ. Bovendien verzetten patiënten in een FPC zich vaak tegen
therapie en zijn ze minder gemotiveerd vanwege het gedwongen TBS kader,
waardoor ze minder responsief zijn voor therapie met een groter risico op
drop-out en no-show.
Doel van het onderzoek
Het hoofddoel van deze studie is om te onderzoeken of Virtual Reality Agression
Training - Intellectual Disability (VRAPT-ID) effectief is in het verminderen
van agressief gedrag bij intramurale forensisch psychiatrische patiënten, met
name die met LVB. Het tweede doel is om te onderzoeken of VRAPT-ID bijdraagt
aan 'therapy compliance' (therapietrouw zijn) bij forensisch psychiatrische
patiënten in vergelijking met andere therapieën.
Onderzoeksopzet
Het is een protocolstudie om zowel het effect van de interventie als de
motivatie/ therapietrouw zijn te onderzoeken. Het is een single case
experimenteel ontwerp (SCED), met een multiple baseline design (MBD). Het is
een 'non-concurrent multiple baseline design across patients', waarbij 12
patiënten willekeurig worden toegewezen aan vijf verschillende baseline
lengtes. Er zijn drie fasen: baseline fase (A) - experimentele fase (B) -
follow-up fase.
Onderzoeksproduct en/of interventie
Alle patiënten in deze studie zullen agressie training krijgen, namelijk de interventie Virtual Reality Agression Prevention Training - Intellectual Disability (VRAPT-ID). De duur van de behandeling is 12 weken met een tweewekelijkse VRAPT-ID-sessie. De patiënten zullen worden gevolgd na vier en na 12 weken na beëindiging van de interventie.
Inschatting van belasting en risico
Patiënten wordt gevraagd deel te nemen aan de 'VR catwalk'-interventie helemaal
aan het begin van de interventie en tijdens de follow-up na vier en twaalf
weken na het beëindigen van de interventie. Daarnaast wordt patiënten gevraagd
om de Empatica 4 polsband te dragen tijdens de VRAPT-ID-sessies om de
biomarkers (huidgeleiding en hartritme) te meten.
Patiënten doen tweewekelijks mee aan een VRAPT-ID sessie die in totaal uit 24
sessies bestaat, met een maximale sessieduur van 60 minuten over een periode
van twaalf weken. VRAPT-ID behandeling is nog geen onderdeel van de behandeling
van agressief gedrag in een FPC. Deze behandeling wordt geïndiceerd naast het
reguliere behandelprogramma. Het belangrijkste doel van VRAPT-ID is om
patiënten beter in staat te stellen om te gaan met (aanstaande) escalerende
(sociale) situaties. We verwachten dat patiënten baat hebben bij de training.
VRAPT-ID biedt patiënten handvatten die bedoeld zijn om hun zelfregulatie in
escalerende situaties te verbeteren. We verwachten dat VRAPT-ID agressief
gedrag en stress bij patiënten zal verminderen en hun zelfregulatie zal
verbeteren. Op deze manier kan het doel van opname in een FPC (TBS kliniek)
worden bereikt, namelijk het terugdringen van toekomstige recidive in
gewelddadig gedrag. Daarnaast verwachten we dat VR-behandeling de motivatie en
het therapietrouw zijn verbetert. Lage behandelmotivatie en uitval van
behandeling komen veel voor in forensische settings (Dixon et al., 2016;
Brunner et al., 2019). In een recent onderzoek naar VR-behandeling bij
forensische intramurale patiënten, meldden patiënten dat ze het leuk vinden om
met VR te werken en ernaar uitkijken om meer VR-behandeling te ondergaan (Klein
Tuente, 2020). Bovendien kan VR worden gezien als een vorm van
'''gamification''', een groeiend fenomeen in het onderwijs om de motivatie bij
het leren te vergroten (Caponetto et al., 2014). Daarom verwachten we dat VR
het aantal drop-outs en no-shows zal verminderen. VR is een veilige en
gecontroleerde manier om forensische patiënten bloot te stellen aan sociale
prikkels (Klein Tuente, 2020). Er is een kleine kans dat patiënten een
voorbijgaande *cyberziekte* (zoals zweten en duizeligheid) ervaren tijdens de
VR-training, maar er zijn geen grote bijwerkingen van VR bekend (La Viola,
2000) en ook niet gedocumenteerd in eerdere onderzoeken. Daarom worden er geen
grote bijwerkingen van VRAPT-ID verwacht.
Algemeen / deelnemers
Warandelaan 2
Tilburg 5037AB
NL
Wetenschappers
Warandelaan 2
Tilburg 5037AB
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
- forensisch psychiatrische patiënten verblijvend bij Forensisch Psychiatrisch
Centrum De Kijvelanden binnen het kader van TBS met dwangverpleging;
- 18 jaar en ouder;
- IQ tussen de 50 en 85;
- gediagnosticeerd met een licht verstandelijke beperking, volgens code 317 van
de DSM-5;
- veroordeeld tot TBS voor gewelddadig delict;
- geïndiceerd voor agressie regulatie training door het Hoofd Behandeling van
de afdeling.
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
- lijdend aan een actieve psychotische episode;
- volgt op dit moment agressie regulatie therapie (Grip op Agressie/
Schematherapie).
Opzet
Deelname
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CCMO | NL81300.028.22 |