Evaluatie van de veiligheid en klinische bruikbaarheid van PEF-behandeling van gevorderde of gemetastaseerde kanker na progressie van immunotherapie
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Diverse en niet plaatsgespecif. neoplasmata, maligne en niet-gespecif.
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
Het primaire veiligheidseindpunt is de frequentie van hulpmiddel- en/of
proceduregerelateerde ernstige ongewenste voorvallen (serious adverse events,
SAE*s) vanaf de initiële PEF-behandeling tot en met 30 dagen later.
AE's en SAE's worden samengevat met behulp van een standaard medisch
coderingswoordenboek (MedDRA). AE's en SAE's zullen ook worden samengevat op
basis van Common Terminology for Adverse Events (CTCAE) versie 5.0, relatie met
het hulpmiddel en / of de procedure, en binnen discrete tijdsperioden in
relatie tot de indexprocedure.
Het primaire klinische bruikbaarheidseindpunt is de radiologische beoordeling
van de respons van de met PEF behandelde tumoren en lymfeklieren (bijv.
verandering in de langste diameter van de tumor, verandering in de korte as van
de lymfeklier) na 90 dagen follow-up.
Secundaire uitkomstmaten
Secundaire klinische eindpunten zijn onder meer:
• Immunologische en biomarkerbeoordelingen bij baseline en follow-up, waaronder:
o Veranderingen in fenotypes van lymfocyten (bv. CD3 +, CD4 +, CD8 +, Treg, NK,
neutrofielen MDSC, enz.) en serumniveaus van cytokinen (bv. IL-2, IL-6, IL-10,
IL-12, IFN-* ) van bloedmonsters
Andere eindpunten zijn:
• Procedureel succes van toegang tot tumoren en het uitvoeren van
PEF-behandeling.
• Duur van behandeling met checkpoint-remmers na behandeling met PEF
• Progressievrije overleving (PFS) van de patiënt na 90 dagen.
o PEF-behandelde tumorprogressie, nieuwe verschijning van tumor na
PEF-behandeling, overgang van onbepaald naar kanker van eerder bestaande laesie
• Totale overleving (OS) van de patiënt na 12 maanden.
• Tijd tot focale herinterventie van de met PEF behandelde tumor(en)
Achtergrond van het onderzoek
Kanker is wereldwijd een groot probleem voor de volksgezondheid; in 2020 werden
meer dan 19 miljoen nieuwe gevallen van kanker gediagnosticeerd en bijna 10
miljoen mensen stierven aan kanker. Wereldwijd stierven in 2020 bijna 1,8
miljoen mensen aan longkanker, dat is 18% van alle sterfgevallen door kanker,
gevolgd door colorectale kanker, maag-, lever- en borstkanker.
Systemische behandelingsopties voor medisch niet-operabele patiënten met
gevorderde of gemetastaseerde ziekte omvatten genomisch geschikte moleculair
gerichte therapieën, immunotherapieën en conventionele cytotoxische
chemotherapie, alleen of in een combinatie. Geschat wordt dat bijna 90% van de
patiënten met gemetastaseerde niet-kleincellige longkanker (NSCLC) een
immunotherapie-middel krijgt zoals anti-PD-1 / L1-asremmer pembrolizumab,
nivolumab, atezolizumab, avelumab of durvalumab , of anti-CTLA-4-remmer
ipilimumab met of zonder histologisch-specifieke platina-chemotherapie of
gericht middel bij de behandeling van hun kanker. Immuuntherapieën tegen de
PD-1 / L1-as zijn ook goedgekeurd voor de behandeling van andere maligne
tumoren in een laat stadium van solide tumoren, waaronder HCC en RCC na eerdere
systemische behandeling.
Immunotherapieën hebben hogere responspercentages laten zien voor geselecteerde
gemetastaseerde kankerpatiënten, en overlevingsvoordelen die 2 tot 3 keer
langer zijn in vergelijking met conventionele cytotoxische chemotherapie. Een
kleiner percentage van de patiënten heeft een duurzame respons die langer dan 2
jaar aanhoudt, waarbij sommige patiënten meer dan 5 jaar na het starten van de
anti-PD-1-asremmertherapie geen actieve ziekte vertonen. Helaas zal bijna 70%
van de patiënten met een immunotherapie-regime resistentie tegen immunotherapie
ontwikkelen en ziekteprogressie vertonen. Er blijft dus een aanzienlijke
onvervulde behoefte bestaan om effectievere therapeutische strategieën te
bieden om de resultaten bij patiënten met gevorderde en gemetastaseerde
maligniteiten verder te verbeteren.
De toediening van pulserende elektrische velden (pulsed electric fields, PEF*s)
is een nieuwe techniek waar momenteel onderzoek naar wordt verricht voor een
aantal klinische indicaties. De toediening van PEF*s kan celdood induceren door
de toediening van hoogfrequente, kortstondige elektrische energie die het
celmembraan en het vermogen van de cellen om homeostase te handhaven,
verstoort. Eén vorm van PEF-technologie, die het NanoKnife®-
weefselablatiesysteem (AngioDynamics Inc.) wordt genoemd, is in de handel
verkrijgbaar voor de chirurgische ablatie van weke delen en wordt gebruikt voor
de behandeling van diverse niet-opereerbare of moeilijk te bereiken tumoren. In
vergelijking met andere ablatieve modaliteiten die in de longen worden
toegepast (d.w.z. radiofrequentie, microgolven, cryotherapie), kan PEF-ablatie
op een niet-thermische wijze celdood induceren. Dat heeft een aantal potentiële
voordelen, waaronder een beter veiligheidsprofiel en de mogelijkheid van
behandeling van laesies dicht bij kritieke structuren vanwege het behoud van de
omliggende architectuur, waaronder bloedvaten, lymfevaten en de extracellulaire
matrix.
Verder kan de door de PEF-behandeling geïnduceerde celdood leiden tot een
betere werkzaamheid door stimulatie van de natuurlijke immuunrespons van het
lichaam. In tegenstelling tot thermische ablatieve mechanismen komt er door de
niet- thermische, door PEF*s geïnduceerde celdood een grotere pool van
antigenen van de tumor vrij die toegankelijk zijn voor cellen van het
immuunsysteem. Bovendien hebben de immuuncellen door de beperkte inkapseling en
littekenvorming van het behandelde gebied een betere toegang tot deze antigenen
en de tumor zelf, wat mogelijk de lichaamseigen en adaptieve respons van het
lichaam op de tumor bevordert. Een soortgelijke maar aangepaste PEF-behandeling
t.o.v. de PEF-behandeling die hier wordt beschreven, wordt ook in de longen
bestudeerd voor de indicatie van chronische bronchitis. Een recent gepubliceerd
onderzoek maakte melding van een zeer goed veiligheidsprofiel, met significante
afnamen van symptomen van hyperplasie van de slijmbekercellen en van chronische
bronchitis.
In deze studie krijgen patiënten met gevorderd of gemetastaseerd NSCLC, HCC of
RCC die een respons van ten minste zes maanden op immunotherapie hebben
aangetoond en een radiologisch gedocumenteerde of bevestigde progressieve
ziekte hebben bestaande uit maximaal vijf nieuwe groeiplaatsen, waarbij elke
plaats van nieuwe groei met een langste diameter van minder dan of gelijk aan 2
cm (lymfeklieren >= 15 mm kortste as), PEF-energie toegediend op de nieuwe
groeiplaats(en). De PEF-behandeling zal een aanvulling zijn op hun bestaande
immunotherapie-regime. Patiënten hebben mogelijk een aantal eerdere
therapielijnen gehad, inclusief radiotherapie, maar hun meest recente therapie
moet immunotherapie omvatten en er wordt verwacht dat patiënten hun
immunotherapie-regime zullen blijven volgen gedurende ten minste drie maanden
na de PEF-behandeling, indien klinisch passend. Deze onderzoeksopzet maakt een
evaluatie mogelijk van de veiligheid van PEF-behandeling bij deze
patiëntenpopulatie en meet het effect van PEF-behandeling op lokale controle
van de behandelde tumor (en) om te bepalen of dit een haalbare
behandelingsoptie is voor gevorderde en gemetastaseerde kankerpatiënten.
Doel van het onderzoek
Evaluatie van de veiligheid en klinische bruikbaarheid van PEF-behandeling van
gevorderde of gemetastaseerde kanker na progressie van immunotherapie
Onderzoeksopzet
Een prospectief, eenarmig, niet-gerandomiseerd, open-label multicenteronderzoek
Onderzoeksproduct en/of interventie
De behandeling kan naar het oordeel van de klinische onderzoeker worden toegediend via twee beschikbare hulpmiddelconfiguraties: - Endoluminaal: het Galvanize Aliya-systeem met een in de handel verkrijgbare TBNA-naald (bijvoorbeeld PeriView FLEX) en RF elektrode - Percutaan: het Galvanize Aliya-systeem met een compatibele, in de handel verkrijgbare RF-naald en RF-elektrode
Inschatting van belasting en risico
De PEF-procedure met Galvanize gaat gepaard met potentiële risico*s en
bijwerkingen.
Risico*s die mogelijk gepaard gaan met deelname aan het onderzoek, zijn onder
meer:
Endoluminale procedures
• Keelpijn (hoge waarschijnlijkheid)
• Hoesten (hoge waarschijnlijkheid). Kleine hoeveelheden fluim (slijm)
ophoesten, komt vaak voor in de 24 uur na de procedure. Hoesten kan langer dan
24 uur aanhouden.
• Hemoptoë (hoge waarschijnlijkheid)
• Infectie (matige waarschijnlijkheid), waaronder koorts, pijn of gevoeligheid
• Meer ademhalingssymptomen (matige waarschijnlijkheid), waaronder
kortademigheid, meer gekleurde en/of grotere hoeveelheid fluim, hoesten, gepiep
of beklemd gevoel in de borst
• Perforatie van de bronchiën (geringe waarschijnlijkheid)
• Longabces (geringe waarschijnlijkheid)
• Pneumothorax (geringe waarschijnlijkheid)
• Stenose, littekenvorming of letsel van de luchtwegen (geringe
waarschijnlijkheid), waaronder piepen, heesheid, kortademigheid en/of ademnood
• Significante pulmonale bloeding (geringe waarschijnlijkheid)
• Dood (geringe waarschijnlijkheid)
Percutane procedures
• Hoesten (hoge waarschijnlijkheid). Kleine hoeveelheden fluim (slijm)
ophoesten, komt vaak voor in de 24 uur na de procedure. Hoesten kan langer dan
24 uur aanhouden.
• Pijn op de borst, niet-cardiaal (hoge waarschijnlijkheid)
• Pijn bij het inbrengen van de naald (hoge waarschijnlijkheid)
• Pneumothorax (hoge waarschijnlijkheid)
• Luchtembolie (geringe waarschijnlijkheid)
• Bloeding/hemorragie of hemothorax (geringe waarschijnlijkheid)
• Infectie (matige waarschijnlijkheid), waaronder koorts, pijn of gevoeligheid
• Perforatie van de bronchiën (geringe waarschijnlijkheid)
• Doelorgaanabces (geringe waarschijnlijkheid)
• Hemoptoë (geringe waarschijnlijkheid)
• Hematurie (matige waarschijnlijkheid)
• Buikpijn (matige waarschijnlijkheid)
• Stenose, littekenvorming of letsel van de luchtwegen (geringe
waarschijnlijkheid), waaronder piepen, heesheid, kortademigheid en/of ademnood
• Voorbijgaande abnormale orgaanfunctietesten (matige waarschijnlijkheid)
• Dood (geringe waarschijnlijkheid)
Andere risico*s
• Kortademigheid (hoge waarschijnlijkheid)
• Gastroparese (geringe waarschijnlijkheid)
• Abnormale hartritmefunctie (geringe waarschijnlijkheid), waaronder aritmie,
atriale fibrillatie, ventrikelfibrilleren
• Allergische reactie (geringe waarschijnlijkheid), waaronder abnormale
ademhaling, moeite met slikken, angst, pijn op de borst, hevig hoesten, licht
gevoel in het hoofd of duizeligheid, zweten of flauwvallen, zwelling van het
gezicht, de ogen of de tong
• Fistel (geringe waarschijnlijkheid)
• Reflexieve hypertensie (geringe waarschijnlijkheid)
• Trombose (geringe waarschijnlijkheid)
• Risico*s als gevolg van de anesthesie (hoge waarschijnlijkheid) zijn onder
meer misselijkheid, braken, kneuzing op de injectieplaatsen, keelpijn, hese
stem, tandbeschadiging, aspiratie, urineretentie, myocardinfarct, respiratoir
falen, hersenbeschadiging, en dood, pijn na de procedure, suf voelen, slepende
spraak, tremor, vermoeidheid, lage bloeddruk, kooldioxide in uw bloed verhoogd,
langzamere hartslag, angst, verwarring, duizeligheid, rillingen,
bronchospasmen, onderdrukte ademhaling en veranderingen in de lever- of
hartfunctie
• Dood (geringe waarschijnlijkheid)
Opmerking: *Hoge waarschijnlijkheid* verwijst naar risico*s die zich naar
schatting voordoen bij meer dan 10% van de patiënten.
Risico*s met *matige waarschijnlijkheid* doen zich naar schatting voor bij 1 op
de 100 (1%) tot 1 op de 10 (10%) patiënten. Risico*s met *geringe
waarschijnlijkheid* doen zich naar schatting voor bij minder dan 1 op de 100
(1%) patiënten.
Andere potentiële risico*s van onderzoeksgerelateerde tests en procedures zijn
onder meer:
• Bloedafname: lichte pijn, plaatselijke irritatie, bloeding of kneuzing
(blauwe plek) op de aanprikplaats. Hoewel dit zelden voorkomt, bestaat bij elke
procedure waarbij de huid met een naald wordt aangeprikt, een kans op infectie
of een plaatselijk bloedstolsel.
• CT-scan: gevoel van claustrofobie tijdens het uitvoeren van de test. Bij
toepassing van röntgenstraling wordt gebruik gemaakt van een zekere hoeveelheid
straling die het risico op kanker kan vergroten, hoewel dit niet waarschijnlijk
is.
o De effectieve stralingsdosis van een van deze scans bedraagt ongeveer 4,5
mSv, wat ongeveer neerkomt op de achtergrondstraling waaraan een gemiddelde
persoon gedurende 1,2 jaar wordt blootgesteld.
• Biopsie: bloeding, ophoesten van kleine hoeveelheden bloed of met bloed
vermengd sputum, pneumothorax of littekenvorming van het gebied waar het biopt
is genomen.
De informatie die met dit onderzoek wordt verkregen, leidt mogelijk tot een
verbeterde ontwikkeling van de technologie als een betere behandeling voor
gevorderde of uitgezaaide kanker na progressie van immunotherapie. Het is niet
bekend of patiënten die na een PEF-behandeling aan het onderzoek deelnemen,
aanvullend klinisch voordeel kunnen ondervinden. Hoewel alle interventionele
klinische onderzoeken enig risico inhouden voor onderzoeksdeelnemers, heeft de
opdrachtgever van het onderzoek al het nodige gedaan om ervoor te zorgen dat
risico*s tot het minimum worden beperkt. Op basis van bestaande literatuur,
preklinische dieronderzoeken en voorafgaande klinische ervaring met PEF
verwacht Galvanize Therapeutics, Inc. dat het Galvanize Aliya-systeem veilig is
voor gebruik in dit klinische onderzoek.
Algemeen / deelnemers
Industrial Road 1531
San Carlos CA 94070
US
Wetenschappers
Industrial Road 1531
San Carlos CA 94070
US
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
• Patiënt komt in aanmerking indien gediagnosticeerd met, en momenteel onder
medische zorg voor, een van de volgende gevorderde of gemetastaseerde
aandoeningen:
o Stadium IV niet-kleincellige longkanker
o Stadium IV hepatocellulair carcinoom
o Stadium IV niercelcarcinoom
• Patiënten krijgen momenteel immunotherapie met de PD-1 / PD-L1-as als hun
meest recente therapie, hetzij alleen, hetzij in combinatie met de standaard
systemische therapie voor hun maligniteit.
• Patiënt heeft ten minste 6 maanden respons vertoond op PD-1 / PD-L1-as
immunotherapie-regime (gedefinieerd als complete respons (CR), partiële respons
(PR) of stabiele ziekte (SD) in hun indextumoren volgens RECIST 1.1)
voorafgaand aan progressie.
• Patiënt heeft radiologisch gedocumenteerde of bevestigde progressieve ziekte
(volgens RECIST 1.1) gedefinieerd als in totaal <= 5 nieuwe groeigebieden op
bestaande tumoren en / of nieuwe tumoren.
• Nieuwe tumoren moeten een diameter van <= 2 cm hebben. Nieuwe groeigebieden op
bestaande tumoren moeten een langste diameter hebben van <= 2 cm. Tumoren en
nieuwe groeigebieden moeten door de onderzoeker geschikt worden geacht voor
volledige behandeling met PEF. Pathologische lymfeklieren moeten op de korte as
>= 15 mm zijn.
• Naar het oordeel van de onderzoeker kan de patiënt gedurende ten minste 3
maanden na de PEF-behandeling op PD-1 / PD-L1-asimmunotherapie blijven.
• Nieuwe tumoren en groeigebieden op bestaande tumoren zijn vatbaar voor
standaardzorgbiopsie om ziekteprogressie te bevestigen.
• De patiënt moet bereid zijn om een biopsie van ten minste één tumor te
ondergaan voordat de PEF-behandeling wordt afgegeven, tenzij er binnen 4 weken
voorafgaand aan de PEF-behandeling een gedocumenteerde histologische
bevestiging van de maligniteit is.
• Patiënt weigert chirurgie en / of stereotactische lichaamsradiotherapie
(SBRT).
• Levensverwachting >= 12 weken.
• ECOG-performance status 0-1.
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
• De patiënt heeft geïmplanteerde hulpmiddelen in de long of geïmplateerde
elektronische hulpmiddelen.
• Patiënt krijgt bevacizumab gelijktijdig met hun PD-1 / PD-L1-as
immunotherapie.
• De patiënt heeft een eerdere systemische therapie (systemische chemotherapie,
immunotherapie of onderzoeksgeneesmiddel) ontvangen in een andere studie binnen
21 dagen voorafgaand aan de inschrijving voor het onderzoek.
• De patiënt zal gedurende de studie een off-label behandeling van kanker
ondergaan, in de vorm van van chemotherapie, immunotherapie, biologische of
hormonale therapie.
• De patiënt heeft een onopgeloste bijwerking van immunotherapie waarvoor
dosisaanpassing nodig is.
• De patiënt heeft bestralingstherapie gehad in de 6 weken voorafgaand aan de
inclusie in deze studie.
• Patiënt voor wie de onderzoeker van mening is dat de PEF-behandeling niet in
het belang van de patiënt is.
Opzet
Deelname
In onderzoek gebruikte producten en hulpmiddelen
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
ClinicalTrials.gov | NCT04773275 |
CCMO | NL77026.091.21 |