Het belangrijkste doel van dit onderzoek is het beoordelen van de werkzaamheid van tepotinib in combinatie met osimertinib bij deelnemers met gevorderde of uitgezaaide EGFRm+ NSCLC en MET-amplificatie, centraal vastgesteld door middel van FISH.De…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Ademhalingsorgaan- en mediastinale neoplasmata maligne en niet-gespecificeerd
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
Het primaire eindpunt is objectieve respons (bevestigde complete respons [CR]
of gedeeltelijke respons [PR]) vastgesteld volgens de Response Evaluation
Criteria in Solid Tumors (RECIST) versie 1.1 zoals bepaald door een
onafhankelijke beoordelingscommissie (IRC).
Secundaire uitkomstmaten
De secundaire eindpunten zijn:
- Objectieve respons (volledige respons [CR] of gedeeltelijke respons [PR]),
vastgesteld volgens Response Evaluation Criteria in Solid Tumors (RECIST)
versie 1.1, zoals bepaald door een onafhankelijke beoordelingscommissie (IRC).
- Het optreden van bijwerkingen (AE's) en behandelingsgerelateerde AE's.
- Het optreden van afwijkingen (graad >= 3) in laboratoriumtestwaarden
(hematologie en coagulatie, biochemie) en urineanalyse.
- Het optreden van opvallend afwijkende metingen van vitale functies,
verandering in lichaamsgewicht en Eastern Cooperative Oncology
Group-prestatiestatus (ECOG).
- Het optreden van klinisch significant afwijkende elektrocardiogrammen (ECG's).
- Objectieve respons volgens RECIST versie 1.1, beoordeeld door de onderzoeker.
- Bevestigde CR, beoordeeld door de IRC en door de onderzoeker.
- Duur van de respons, beoordeeld op basis van CR of PR tot progressieve ziekte
(PD), overlijden of laatste tumorbeoordeling, beoordeeld door de IRC en door de
onderzoeker.
- Ziektebeheersing (bevestigd door CR + PR of stabiele ziekte [SD] die ten
minste 12 weken aanhoudt) zoals beoordeeld door de IRC en door de onderzoeker.
- Progressievrije overleving volgens RECIST versie 1.1, beoordeeld door de IRC
en door de onderzoeker.
- Algehele overleving
- Door de patiënt gerapporteerde resultaten/gezondheidsgerelateerde kwaliteit
van leven gemeld met behulp van het volgende:
• EuroQol-schaal met vijf dimensies en vijf niveaus
• Vragenlijst C30 European Organisation for Research and Treatment of Cancer
Quality of Life
• Vragenlijst voor beoordeling symptomen niet-kleincellige longkanker
- PK-profiel van een enkele dosis en meerdere doses osimertinib, tepotinib en
hun metabolieten, waaronder maar niet beperkt tot AUC0-t, Cmax en tmax na
eerste dosis (dag 1) en na meerdere doses onderzoeksbehandeling (dag 15)
(veiligheidsinloop).
- Populatie PK-profiel van osimertinib, tepotinib en hun metabolieten,
waaronder maar niet beperkt tot CL/f en VZ/f op basis van incidentele
PK-monsterafname op dag 1, cyclus 1 en 2.
- Mutatiestatus in EGFR en andere routes.
Achtergrond van het onderzoek
Longkanker blijft wereldwijd de belangrijkste oorzaak van kankersterfte.
Ongeveer 85% van de patiënten heeft niet-kleincellige longkanker (NSCLC) en de
meeste patiënten hebben een ziekte in een vergevorderd stadium (die niet kan
worden genezen). De nieuwe gerichte therapieën die ingrijpen in specifieke
moleculaire signaleringstrajecten zijn ontstaan als een nieuwe standaardoptie
voor geselecteerde patiënten met een mutatie in de epidermale
groeifactorreceptor (EGFR), waaronder de orale EGFR-TKI's. EGFR-TKI's remmen
het intracellulaire tyrosinekinase-domein van de EGFR en blokkeren daarom de
signaaltransductieroutes die betrokken zijn bij de proliferatie en overleving
van kankercellen.
Helaas vindt bij behandeling met EGFR-TKI's (epidermale
groeifactorreceptor-tyrosinekinaseremmers) bij de meeste patiënten uiteindelijk
progressie plaats via een resistentiemechanisme dat doorgaans verband houdt met
EGFR, zoals de T790M-mutatie (Sullivan et al. 2017). Deze beperking bestaat
niet meer sinds de introductie van TKI's van de derde generatie, en met name
osimertinib. Momenteel is osimertinib de enige EGFR-TKI van de derde generatie
die is goedgekeurd voor de behandeling van T790M-positieve patiënten bij wie
progressie heeft plaatsgevonden bij behandeling met EGFR-TKI's van de eerste of
tweede generatie. Osimertinib is ook goedgekeurd als eerstelijnstherapie voor
gevorderde NSCLC met EGFR-mutatie (EGFRm+), ongeacht de T790M-mutatiestatus.
Ondanks de krachtige klinische activiteit van osimertinib is de ontwikkeling
van secundaire resistentie voor deze behandeling bij patiënten onvermijdelijk.
Deze situatie is lastig vanwege de beperkte farmacologische opties die op dit
moment beschikbaar zijn na osimertinib (Leonetti et al. 2019).
Naast EGFR-gerelateerde resistentie is MET-genamplificatie de meest voorkomende
oorzaak van bypasstrajectactivering als mechanisme voor verworven resistentie
voor EGFR-TKI's (Wu et al. 2017). Bij osimertinib als eerstelijnstherapie was
MET-amplificatie het meest voorkomende resistentiemechanisme; dit werd
vastgesteld bij 15% van de patiënten. Tepotinib is een nieuwe, zeer selectieve,
reversibele met adenosinetrifosfaat (ATP)-concurrerende, kleine molecuulremmer
van MET. Tepotinib heeft al tekenen van klinische werkzaamheid vertoond in het
eerdere INSIGHT-onderzoek (NCT01982955) bij patiënten met MET-geamplificeerde,
EGFR-TKI-recidieve, T790M-negatieve NSCLC in combinatie met gefitinib, een
EGFR-TKI van de 1e generatie (Wu et al. 2018).
Op basis van de beschikbare preklinische en klinische ervaring met tepotinib in
combinatie met EGFR-TKI's wordt de combinatie van osimertinib en tepotinib in
het INSIGHT 2-onderzoek (MS200095-0031) onderzocht bij patiënten die na eerder
gebruik van osimertinib als eerstelijnsbehandeling een terugval hebben gehad
als gevolg van MET-amplificatie. In het onderzoek is een behandelgroep voor
behandeling met alleen tepotinib opgenomen, zodat de bijdrage van tepotinib
binnen de combinatie van osimertinib en tepotinib kan worden beoordeeld. Er is
momenteel geen gepersonaliseerde behandelingsoptie beschikbaar voor deze
geselecteerde NSCLC-patiënten en er is daarom sprake van een klinische
aandoening met een hoge onvervulde medische behoefte.
Doel van het onderzoek
Het belangrijkste doel van dit onderzoek is het beoordelen van de werkzaamheid
van tepotinib in combinatie met osimertinib bij deelnemers met gevorderde of
uitgezaaide EGFRm+ NSCLC en MET-amplificatie, centraal vastgesteld door middel
van FISH.
De secundaire doelstellingen zijn de volgende:
Het beoordelen van de werkzaamheid van tepotinib in combinatie met osimertinib
bij deelnemers met gevorderde of uitgezaaide EGFRm+ NSCLC en MET-amplificatie,
centraal vastgesteld door 'next generation sequencing' van bloed.
Het beoordelen van de werkzaamheid van tepotinib als monotherapie bij
deelnemers met gevorderde of uitgezaaide EGFRm+ NSCLC en MET-amplificatie,
centraal vastgesteld door middel van FISH.
Het beoordelen van de verdraagbaarheid en de veiligheid bij deelnemers met
gevorderde of uitgezaaide EGFRm+ NSCLC en MET-amplificatie die worden behandeld
met de combinatie van tepotinib en osimertinib.
Het beoordelen van de verdraagbaarheid en de veiligheid bij deelnemers met
gevorderde of uitgezaaide EGFRm+ NSCLC en MET-amplificatie die worden behandeld
met tepotinib als monotherapie.
Het verder beoordelen van de werkzaamheid van tepotinib in combinatie met
osimertinib bij deelnemers met gevorderde of uitgezaaide EGFRm+ NSCLC en
MET-amplificatie, centraal vastgesteld door middel van FISH.
Onderzoeksopzet
Een open-label fase 2-onderzoek met twee behandelgroepen.
Onderzoeksproduct en/of interventie
Onderzoeksdeelname bestaat uit de volgende stadia: 1. Prescreening (uitgevoerd na progressie na gebruik van osimertinib als eerstelijnsbehandeling): na schriftelijke toestemming tijdens de prescreening wordt de MET-amplificatiestatus centraal vastgesteld door middel van FISH of door beoordeling van bestaande resultaten van lokale FISH met tumorweefsel (TBx) en centrale 'next generation sequencing' van bloed (LBx). 2. Screening: na schriftelijke toestemming tijdens de screening wordt de geschiktheid voor het onderzoek beoordeeld binnen -28 dagen tot -1 dag voorafgaand aan dag 1 van de onderzoeksinterventie. 3. Behandelingsperiode: a. Tijdens de veiligheidsaanloopperiode wordt een eerste subset van 6 deelnemers bij wie MET-amplificatie is vastgesteld met een van de bij de prescreening beschreven methoden (centrale/lokale TBx of centrale LBx), toegelaten tot het onderzoek om de gecombineerde dosis van 500 mg tepotinib eenmaal daags en 80 mg osimertinib eenmaal daags te bevestigen; de beslissing wordt door de commissie voor veiligheidsmonitoring (SMC) genomen op basis van vooraf gedefinieerde criteria voor dosisbeperkende toxiciteit en ondersteund door een Bayesian Optimal Interval (BOIN)-opzet. b. Voor de hoofdbehandeling worden geschikte deelnemers die op basis van centrale of lokale FISH (TBx) MET-amplificatiepositief zijn, in een verhouding van 2:1 willekeurig toegewezen aan ofwel de combinatie van een door de SMC vastgestelde dosis tepotinib en de aanbevolen dagelijkse dosis van 80 mg osimertinib, of alleen de dagelijkse dosis van 500 mg tepotinib (zoals momenteel wordt gebruikt in het VISION-onderzoek van fase 2 naar één middel) in cycli van 21 dagen tot ziekteprogressie (volgens RECIST versie 1.1), overlijden, bijwerking (AE) die leidt tot stopzetting, terugtrekking uit het onderzoek of intrekking van de toestemming. 4. Behandelingsvervolg (voor alle deelnemers): Er wordt een laatste behandelingsbezoek uitgevoerd binnen 14 dagen na de laatste dosis van de onderzoeksinterventie. 5. Veiligheidsvervolgbezoek (voor alle deelnemers): 30 ± 3 dagen na de laatste dosis van de onderzoeksinterventie voor deelnemers die definitief stoppen met de onderzoeksbehandeling. Deelnemers die stoppen met de onderzoeksinterventie voor redenen anders dan progressieve ziekte (PD) of overlijden leggen elke 6 weken extra bezoeken af voor tumorbeoordelingen tot een periode van 9 maanden na de eerste toediening van de onderzoeksinterventie en daarna elke 12 weken tot ziekteprogressie. Vervolg voor overleving zal elke 3 maanden worden uitgevoerd (± 2 weken) tijdens ziekenhuisbezoeken of via telefonisch contact.
Inschatting van belasting en risico
In een onderzoek zoals dit kan niet ieder risico of elke bijwerking worden
voorspeld. Iedere persoon kan anders reageren op een onderzoeksmiddel. Op basis
van de beschikbare gegevens van deelnemers die eenmaal daags 500 mg tepotinib
monotherapie hebben ontvangen, waren de meest voorkomende bijwerkingen (bij
>=15% van de deelnemers), ongeacht de ernst van de bijwerking en de relatie met
tepotinib: verhoogd bloedcreatininegehalte; obstipatie (verstopping);
verminderde eetlust; diarree (waterige ontlasting); perifeer oedeem (zwelling
door vochtophoping); vermoeidheid (zich moe voelen); hypoalbuminemie (een laag
gehalte aan albumine in het bloed, wat kan leiden tot zwelling, spierzwakte en
krampen); misselijkheid (zich ziek voelen). Leverfalen resulterend in
overlijden en een daling van het aantal bloedplaatjes resulterend in overlijden
kan ook voorkomen bij deelnemers met hepatocellulair carcinoom en uitgebreide
aantasting van de lever door uitzaaiingen als gevolg van andere ziekten
(waaronder NSCLC). Tot op heden is beoordeeld dat de gemelde bijwerkingen niet
gerelateerd zijn aan tepotinib.
Zeer vaak voorkomende bijwerkingen (waargenomen bij 10% of meer mensen die
osimertinib innemen) zijn onder andere diarree (waterige ontlasting);
misselijkheid; uitslag; droge huid; pruritus (jeukende huid); problemen met de
ogen; nageltoxiciteit (veranderingen in de nagels, waaronder roodheid,
gevoeligheid, pijn, ontsteking, broosheid, loskomen van het nagelbed en
afschilfering); stomatitis (mondzweren); obstipatie; vermoeidheid (zich moe
voelen); verminderde eetlust; hoesten; rugpijn; hoofdpijn; tekort aan rode
bloedcellen die het zuurstof vervoeren (anemie); verminderd aantal van diverse
typen witte bloedcellen; verminderd aantal bloedplaatjes in uw bloed; hoge
magnesiumgehaltes in het bloed; lage natriumgehaltes in het bloed.
Osimertinib kan ongewone maar ernstige bijwerkingen veroorzaken, waaronder
longproblemen, hartproblemen en oogproblemen. In klinische onderzoeken kreeg
3,9% van de deelnemers interstitiële longziekte (ILD), een aandoening die
littekens in de long kan veroorzaken en 2,6% van de deelnemers kreeg
cardiomyopathie, een type hartziekte. Deze long- en hartproblemen kunnen in het
ergste geval lijden tot overlijden. Daarnaast kregen sommige deelnemers
keratitis, een ontsteking van het oogoppervlak, wat een verminderd
gezichtsvermogen, roodheid, pijn en gevoeligheid voor licht kan veroorzaken.
Osimertinib staat er ook om bekend dat het schade toebrengt aan een ongeboren
baby.
Algemeen / deelnemers
Frankfurter Str. 250
Darmstadt 64293
DE
Wetenschappers
Frankfurter Str. 250
Darmstadt 64293
DE
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
Deelnemers komen alleen in aanmerking voor deelname aan het onderzoek als aan
alle volgende criteria is voldaan:
1. Een leeftijd van >= 18 jaar (of meerderjarig zijn volgens de plaatselijke
wet- en regelgeving, indien de meerderjarige leeftijd > 18 jaar is [d.w.z. >= 20
jaar in Japan]) op het moment van ondertekenen van de geïnformeerde toestemming.
2. Deelnemers met het volgende:
a) Lokaal gevorderde of uitgezaaide NSCLC-histologie (bevestigd door histologie
of cytologie) met gedocumenteerde activerende EGRF mutatie
b) Aanwezigheid van ten minste 1 onafhankelijk geverifieerde meetbare laesie
overeenkomstig RECIST 1.1, die nauwkeurig kan worden beoordeeld bij baseline
met >= 10 mm in de langste diameter (met uitzondering van lymfeklieren, die
moeten beschikken over een korte aslijn >= 15 mm) met computertomografie (CT) of
magnetische resonantie beeldvorming (MRI), die geschikt is (zijn) voor
nauwkeurige, herhaaldelijke metingen en die bij voorkeur niet eerder bestraald
of gebiopteerd was (waren)
c) Eastern Cooperative Oncology Group-prestatiestatus van 0 of 1 en een
minimale levensverwachting van 12 weken
d) Verworven resistentie tegen eerdere osimertinib therapie. Deelnemers moeten
aan de volgende 2 criteria voldoen:
-Radiologische documentatie van ziekteprogressie bij osimertinib als
eerstelijnsbehandeling.
-Objectief klinisch voordeel gedocumenteerd tijdens eerdere behandeling met
osimertinib, gedefinieerd door ofwel een gedeeltelijke of volledige
radiologische respons of langdurig stabiele ziekte (SD) (SD > 6 maanden) na het
begin van de behandeling met osimertinib
e) Alleen osimertinib als eerstelijnsbehandeling gekregen als eerdere therapie
voor ongeneeslijke gevorderde of uitgezaaide NSCLC
f) Amplificatie van de mesenchymaal-epitheliale transitiefactor
(MET-amplificatie), vastgesteld met fluorescentie-in-situhybridisatie (FISH)
(centraal of lokaal) van tumorweefsel (TBx) of centrale 'next generation
sequencing' van het bloed (LBx). Bij progressie na eerder gebruik van
osimertinib als eerstelijnsbehandeling moeten tumor- en bloedmonsters worden
afgenomen bij de prescreening.
-Inlevering van tumorweefsel en bloedmonster, afgenomen na progressie na
osimertinib als eerstelijnsbehandeling, is voor alle patiënten verplicht voor
MET-amplificatieonderzoek.
-Inlevering van tumorweefsel tijdens de prescreening of de screening is
verplicht voor patiënten met tumorweefsel dat is getest met lokale FISH, voor
het bevestigen van de MET-amplificatiestatus. Er is geen centrale bevestiging
verplicht vóór aanvang van de behandeling met het onderzoeksmiddel.
Zijn vrouwelijk of mannelijk: a) Vrouwelijke deelnemers: geen vrouw in de
vruchtbare leeftijd (WOCBP) of gebruik een zeer effectieve anticonceptie. b)
Mannelijke deelnemers: die anticonceptie gebruiken of zich onthouden van
geslachtsgemeenschap
met een WOBCP.
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
1. Compressie van het ruggenmerg of hersenmetastasen, tenzij asymptomatisch,
stabiel of waarvoor geen steroïden nodig zijn gedurende ten minste 2 weken
voorafgaand aan het starten met de onderzoeksbehandeling. Eerdere radiotherapie
of operatie voor hersenmetastasen zoals stereotactische radiochirurgie/gamma
knife moeten >= 2 weken voorafgaand aan de start van de therapie zijn afgrond,
alle andere therapieën >= 4 weken voorafgaand aan de start van de therapie.
Deelnemers met leptomeningeale ziekte komen niet in aanmerking.
2. Een onopgeloste toxiciteit van graad 2 of meer volgens de National Cancer
Institute-Common Terminology Criteria for Adverse Events (NCI-CTCAE), versie 5,
van de eerdere antikankertherapie, met uitzondering van alopecia.
3. Noodzaak voor transfusie binnen 14 dagen voorafgaand aan de eerste dosis
onderzoeksbehandeling.
4. Deelnemers met hersenmetastasen als de enige meetbare laesie.
5. Inadequate hematologische functie:
- Hemoglobine < 8,5 g/dl
- Neutrofielen <= 1,5 × 109/l
- Bloedplaatjes <= 100 × 109/l
6. Inadequate leverfunctie:
- Totaal bilirubine > 1,5 × ULN
- AST/ALT/ALP > 3 × ULN
- Voor deelnemers met levermetastasen:
i. Totaal bilirubine > 1,5 × ULN
ii. AST/ALT/ALP > 5 × ULN
iii. Voor deelnemers met botmetastasen: ALP > 5 × ULN.
7. Inadequate nierfunctie:
Nierstoornis met als bewijs serumcreatinine >= 1,5 × ULN, of creatinineklaring
(CrCl) < 30 ml/min, berekend met de Cockcroft-Gault-formule (de onderzoeker kan
om 24-uurs-CrCl vragen ter bevestiging als de berekende CrCl < 50 ml/min
bedraagt. In dergelijke gevallen dienen deelnemers met 24-uurs-CrCl < 30 ml/min
te worden uitgesloten). CrCl (ml/min) = [(140 - leeftijd (jaar)) × gewicht(kg)]
72 × serum creatinine (mg/dl) {× 0,85 voor vrouwen}
8. Voorgeschiedenis van ILD of interstitiële pneumonitis waaronder
bestralingspneumonitis waarvoor behandeling met steroïden nodig was.
9. Verminderde hartfunctie:
Linker ventriculaire ejectiefractie < 45% gedefinieerd door echocardiografie
Aritmie van klasse 4 (NCI-CTCAE v5.0)
- Ernstige aritmie
- Onstabiele angina pectoris
- Congestief hartfalen New York Heart Association III en IV
- Myocardinfarct, beroerte of Transient Ischaemic Attack binnen de laatste 6
maanden voorafgaand aan de deelname aan het onderzoek.
1
10. Gecorrigeerd QT-interval op basis van de formule van Fridericia (QTcF) >
470 ms voor vrouwen en > 450 ms voor mannen bij de screening.
Alle factoren die het risico op QTc-verlenging of het risico op aritmische
voorvallen, zoals hypokaliëmie, aangeboren lange QT-syndroom,
familiegeschiedenis van lange QT-syndroom of onverklaarbaar plotseling
overlijden verhogen onder de leeftijd van 40 jaar bij eerstegraads
familieleden, of gelijktijdige geneesmiddelen die erom bekend staan het
QT-interval te verlengen en Torsades de Pointes veroorzaken.
11. Hypertensie die niet te beheersen is met standaardbehandelingen (niet
gestabiliseerd op < 150/90 mmHg).
12. Contra-indicatie voor het toedienen van osimertinib.
13. Medische voorgeschiedenis van leverfibrose/cirrose.
14. Voorgeschiedenis in heden of verleden van neoplasma anders dan NSCLC,
behalve voor curatief behandelde non-melanoom huidkanker, carcinoom in situ van
de baarmoederhals, goedaardige prostaatneoplasma / hypertropie, of andere
kanker die curatief is behandeld zonder bewijs van ziekte gedurende ten minste
5 jaar.
15. Medische voorgeschiedenis van problemen met slikken, malabsorptie of andere
chronische gastro-intestinale ziekte of aandoeningen die het innemen en/of de
absorptie van het geteste product kunnen hinderen.
16. Grote operatie binnen 28 dagen voorafgaand aan dag 1 van de
onderzoeksbehandeling.
17. Bekend positief voor humaan immunodeficiëntievirus.
18. Bekende overgevoeligheid voor een van de bestanddelen van de
onderzoeksbehandeling.
19. Heeft geen eerdere EGFR-TKI bevattende behandeling ontvangen direct
voorafgaand aan de insluiting in het onderzoek, d.w.z. chemotherapie of
behandeling met checkpointremmers met/zonder vasculaire endotheliale
groeifactorremmers, zowel als monotherapie als in combinatie zijn toegestaan
indien deze behandelingen niet de meest recente behandelingslijnen vormen
voorafgaand aan de insluiting.
20. Eerdere behandeling met andere middelen gericht op de hepatocyten
groeifactor-(HGF)/MET-route zoals crizotinib, capmatinib, savolitinib,
foretinib, glesatinib, cabozantinib, merestinib, onartuzumab, rilotumumab,
emibetuzumab en ficlatuzumab.
21. Deelnemers die momenteel geneesmiddelen of kruidensupplementen gebruiken
waarvan bekend is dat ze krachtige stimulatoren van CYP3A4 zijn (of niet kunnen
stoppen met het gebruik ervan ten minste 1 week voorafgaand aan de eerste dosis
onderzoeksbehandeling).
22. Deelname aan een ander interventioneel klinisch onderzoek (met uitzondering
van deelnemers die alleen deelnamen aan andere onderzoeken waarin osimertinib
als eerstelijnsbehandeling het experimentele product was) binnen 30 dagen
voorafgaand aan randomisatie/eerste dosis.
Opzet
Deelname
In onderzoek gebruikte producten en hulpmiddelen
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
EudraCT | EUCTR2019-001538-33-NL |
ClinicalTrials.gov | NCT03940703 |
CCMO | NL70294.056.19 |