De primaire doelstelling van dit onderzoek is:• Het waarnemen van de veiligheid op de langetermijn van filgotinib bij proefpersonen die het onderzoek hebben voltooid of hebben voldaan aan door het protocol gespecificeerde stopzettingscriteria voor…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Maagdarmstelselontstekingsaandoeningen
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
Werkzaamheid wordt beoordeeld in termen van gedeeltelijke MCS.
Secundaire uitkomstmaten
NVT
Achtergrond van het onderzoek
Colitis Ulcerosa (CU) is een chronische, intermittente, terugkerende ziekte
gekenmerkt door ontsteking van de mucosa van het colon, die zich beperkt tot
het colon en het rectum. De ziekte is gekenmerkt door zijn start in het rectum
en mogelijke proximale uitbreiding in het colon volgens een onderbroken
patroon. Het hele colon kan betrokken zijn (pan-colitis), het linker colon, of
er kan enkel een recto-sigmoidale ziekte zijn. Het voorkomen van de 3 fenotypes
is gelijk verdeeld. In de Verenigde Staten (VS) is de prevalentie van CA
geschat op 238 per 100,000 volwassenen {Kappelman et al 2007}. Europa heeft de
hoogst gerapporteerde prevalentie voor inflammatoire darmziektes (IBD; 505 per
100,000 personen voor CU en 322 voor de ziekte van Crohn [CD]). De incidentie
en prevalentie van inflammatoire darmziekten (IBD) stijgen globaal. De
kenmerkende symptomen van de ziekte zijn bloederige diarree, rectale urgentie
en een continue neiging tot het ontlasten van de darmen. Het klinisch verloop
is gekenmerkt door remissies afgewisseld met periodes van actieve ziekte.
Colitis ulcerosa kan ook geassocieerd gaan met manifestaties buiten de darmen
zoals oogletsels, huidletsels, ontsteking van de gewrichten, en primaire
scleroserende cholangitis. De exacte pathofysiologie is niet gekend, maar een
combinatie van genetische voorbeschiktheid en omgevingsfactoren blijken mee bij
te dragen tot een verstoorde immuun response in deze patiënten {Rutgeerts et al
2005}.
Naast de buikpijn en regelmatige bloederige stoelgang die een impact heeft op
de dagelijkse activiteiten en de levenskwaliteit voor patiënten met CU, zorgt
de ziekte ook voor een verhoogde kans op colorectale kanker door chronische
ontsteking geassocieerd met de ziekte {Velayos et al 2006}. Als de ziekte
slecht onder controle is, neemt de kans om colorectale kanker te ontwikkelen
toe over tijd. Tien jaar na diagnose, is de cumulatieve kans op het ontwikkelen
van colorectale kanker 2%, deze neemt toe tot 18% na 30 jaar. Het risico van
een CU patiënt op het ontwikkelen van colorectale kanker is 23 keer hoger
vergeleken met de algemene populatie {Triantafillidis et al 2009}. CU is dus
een ernstige, levensbedreigende ziekte waarvoor nieuwe behandelingen nodig zijn
om het ontstekingsproces te onderbreken en om ziekte progressie en het risico
op colon kanker te voorkomen.
De behandeling van CU is afhankelijk van de ernst en de locatie van de ziekte.
Het doel van de behandeling is om de levenskwaliteit te verbeteren, het
levenslang gebruik van corticosteroïden en het kankerrisico te verminderen. Een
milde tot matige distale colitis kan behandeld worden met orale
aminosalicylaten, topicale mesalamine, of topische steroiden {Kornbluth et al
2010}.
Voor een matige ziekte kunnen orale corticosteroiden, en immunomodulatoren
zoals azathioprine and 6-mercaptopurine (6-MP) gebruikt worden {Danese et al
2011}.
Voor een meer matige tot ernstige ziekte, worden patiënten vaak behandeld met
tumor necrosis factor-alpha (TNFα) en infusie of injectie van antagonisten
zoals infliximab (Remicade®), adalimumab (Humira®), en golimumab (Simponi®).
Vedolizumab (Entyvio®), een injecteerbaar integrine α4β7 monoclonaal
antilichaam, is ook goedgekeurd voor matige tot meer ernstige actieve ziekte.
Ustekinumab (Stelara®, CNTO 1275; een IL-12 en IL-23 monoclonaal
antilichaam), tofacitinb (CP-690,550; JAK1 en JAK3 inhibitor), etrolizumab
(PRO145223;
monoclonaal antilichaam gericht tegen de β7 subunit van de heterodimere
integrines α4β7 en αEβ7), en ozanimod (RPC1063; selectieve S1P1 and S1P5
receptor agonist) worden tegenwoordig getest in fase 3 klinische studies.
Ondanks verschillende klassen van behandelingsmogelijkheden voor patiënten met
CU, blijft er een *unmet medical need*, vooral voor de behandeling van matige
tot ernstige actieve ziekte. Middelen met een nieuw werkingsmechanisme die zich
richten op de inflammatoire cascade, met orale dosering en met aanvaardbare
immunomodulatoire en hematologische effecten, blijven de meest belovende optie
om te voldoen aan de onvervulde behoeften.
Doel van het onderzoek
De primaire doelstelling van dit onderzoek is:
• Het waarnemen van de veiligheid op de langetermijn van filgotinib bij
proefpersonen die het onderzoek hebben voltooid of hebben voldaan aan door het
protocol gespecificeerde stopzettingscriteria voor werkzaamheid in een eerder
door Gilead gesponsord onderzoek van behandeling met filgotinib bij CU
De secundaire doelstellingen van dit onderzoek zijn:
• Het beoordelen van het effect van filgotinib op de gedeeltelijke Mayo
Clinic-score (MCS)
De verkennende doelstellingen van dit onderzoek zijn:
• Het beoordelen van de samenhang van de klinische respons (op basis van
gedeeltelijke MCS) op systemische of gelokaliseerde inflammatoire biomarkers
(bijv., inclusief maar niet beperkt tot C-reactief proteïne [CRP], fecaal
calprotectine, fecaal lactoferrine en fecaal MMP-9)
• Het beoordelen van de gezondheidsgerelateerde kwaliteit van leven
(health-related quality of life, HRQoL)
Onderzoeksopzet
Een langlopend uitbreidingsonderzoek ter beoordeling van de veiligheid van
filgotinib toegediend aan proefpersonen met CU.
Onderzoeksproduct en/of interventie
NVT
Inschatting van belasting en risico
U kan een overzicht van de risico's van Filgotinib vinden in het ICF in de
risico sectie.
Algemeen / deelnemers
Generaal De Wittelaan L11 A3
Mechelen 2800
BE
Wetenschappers
Generaal De Wittelaan L11 A3
Mechelen 2800
BE
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
1) Moeten in staat zijn om een schriftelijk formulier voor geïnformeerde
toestemming (Informed Consent Form, ICF) te begrijpen en te ondertekenen; deze
toestemming moet voor aanvang van de onderzoeksprocedures verkregen worden
2) Moeten hebben deelgenomen aan Gilead gesponsord CU-hoofdonderzoek
GS-US-418-3898.
3) Moeten alle vereiste procedures hebben voltooid of hebben voldaan aan door
het protocol gespecificeerde stopzettingscriteria voor werkzaamheid in een
eerder door Gilead gesponsord onderzoek van behandeling met filgotinib bij CU
4) Vruchtbare vrouwen moeten een negatieve zwangerschapstest hebben op dag 1 en
moeten instemmen met voortdurende maandelijkse zwangerschapstests tijdens het
gebruik van de behandeling met filgotinib.
5) Mannelijke proefpersonen en vrouwelijke proefpersonen die nog kinderen
kunnen krijgen en die heteroseksueel actief zijn, moeten akkoord gaan met het
gebruik van door het protocol gespecificeerde anticonceptiemethode(n)
6) Bereidheid om tijdens het onderzoek en gedurende 12 weken na de laatste
dosis onderzoeksmiddel geen levend of verzwakt vaccin te gebruiken.
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
1) Proefpersonen die uit een hoofdonderzoek zijn verwijderd om redenen anders
dan verslechtering van de ziekte, of gebrek aan respons of remissie; bijv.,
proefpersonen die stoppen vanwege problemen van veiligheid of verdraagbaarheid
zijn niet geschikt voor dit onderzoek
2) Bekende overgevoeligheid voor het onderzoeksgeneesmiddel
3) Een chronische medische conditie (waaronder, maar niet beperkt tot, hart- of
longziekte, alcohol- of drugsmisbruik) die, naar het oordeel van de
onderzoeker, de proefpersoon ongeschikt zou maken voor het onderzoek of
naleving van het onderzoeksprotocol zou belemmeren
4) Vrouwen die zwanger willen worden en/of een eiceldonatie of het oogsten van
eitjes van plan zijn met het oog op huidige of toekomstige bevruchting in de
loop van het onderzoek en tot ten minste 35 dagen na de laatste dosis van het
onderzoeksgeneesmiddel
5) Mannelijke proefpersonen die niet bereid zijn gedurende ten minste 90 dagen
na de laatste dosis van het onderzoeksgeneesmiddel geen sperma te doneren
6) Mannen of vrouwen in de vruchtbare leeftijd die niet bereid zijn om zich te
houden aan door het protocol gespecificeerde anticonceptiemethoden
7) Gebruik van verboden concomitante geneesmiddelen zoals beschreven in het
protocol
Opzet
Deelname
In onderzoek gebruikte producten en hulpmiddelen
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
EudraCT | EUCTR2016-002765-58-NL |
ClinicalTrials.gov | NCT02914535 |
CCMO | NL58871.041.16 |