Preventie van en risicofactoren voor chronische ziekten: een observationele studie in Noord-Holland

Zowel de ontwikkeling van cardiometabole als chronische longziekten wordt
beïnvloed door aanpasbare risicofactoren, zoals roken, een slechte
voedingskwaliteit en/of een gebrek aan lichaamsbeweging. Het is ook aangetoond
dat omgevingsfactoren, zoals luchtverontreiniging, risicofactoren zijn voor de
ontwikkeling van zowel cardiometabole als respiratoire ziekten. Er is echter
een betere karakterisering nodig van de interacties tussen omgevingsfactoren en
leefstijlfactoren om personen beter te kunnen stratificeren in geschikte
risico- en behandelingscategorieën. Daarnaast moet het effect van gecombineerde
leefstijlinterventies op respiratoire uitkomsten worden onderzocht. Vanwege de
overlap in de ontwikkeling van cardiometabole en chronische longziekten heeft
deze studie als doel om omgevings-risicofactoren voor zowel cardiometabole als
chronische longziekten in de algemene bevolking te onderzoeken. De resultaten
van dit onderzoek zullen bijdragen aan de ontwikkeling van innovatieve
strategieën voor de preventie van chronische ziekten.

De primaire doelen van dit onderzoek zijn:
- Onderzoeken hoe omgevingsfactoren de prevalentie, 5-jaars incidentie en
progressie van cardiometabole en chronische luchtwegaandoeningen in de algemene
bevolking beïnvloeden.
- Het mediërende effect van leefstijlfactoren en 'omics-profielen (biologische
mechanismen) in de associaties tussen omgevingsfactoren en cardiometabole en
chronische luchtwegaandoeningen onderzoeken.
- Het detecteren van biomarkers voor vroege longschade en cardiometabole
ziekten.

Prospectieve, longitudinale observationele cohort studie.

In totaal 3000 deelnemers zullen worden uitgenodigd voor twee studiebezoeken in
Amsterdam of Hoorn: één studievisite op baseline en één studievisite na een
follow-up van vijf jaar. Tijdens deze studiebezoeken worden verschillende
vragenlijsten afgenomen en worden longfunctie, uitgeademde lucht, antropometrie
en bloeddruk gemeten. Daarnaast zal een orale glucosetolerantietest worden
uitgevoerd bij deelnemers zonder diabetes en zullen bloedmonsters in nuchtere
staat worden afgenomen. Deelnemers wordt ook gevraagd om een urine- en
ontlastingsmonster mee te nemen naar de studievisites. Na beide studievisites
zullen de proefpersonen zeven dagen een bewegingsmeter dragen en hun
voedingsinname meerdere dagdelen per seizoen bijhouden via een app op hun
mobiele telefoon. Een deel van de proefpersonen krijgt ook de mogelijkheid om
deel te nemen aan een voedselintolerantie test (ademtest) op baseline.
Tenslotte sturen we in dezelfde periode van vijf jaar ook één keer per jaar
(digitale) vragenlijsten, die de proefpersonen thuis kunnen invullen.

Een subgroep van 350 proefpersonen wordt uitgenodigd voor een extra
studiebezoek, zowel op baseline als na een follow-up van vijf jaar, waarbij een
CT-scan van de borstkas wordt gemaakt. Bovendien zullen in deze subgroep
persoonlijke exposoom (omgevingsfactoren) metingen worden uitgevoerd, waarvoor
meerdere korte huisbezoeken benodigd zijn. Deze 350 proefpersonen worden ook na
een jaar uitgenodigd voor een vervolgstudiebezoek, waarbij dezelfde metingen
worden uitgevoerd als tijdens het eerste bezoek (behalve de orale
glucosetolerantietest en CT-scan). Tenslotte zullen de proefpersonen in de
subgroep die voldoen aan de criteria voor de leefstijlinterventie CooL
(Coaching op Leefstijl) geïnformeerd worden over deelname aan dit programma.
Het CooL-programma is onderdeel van de reguliere zorg en wordt vergoed door de
zorgverzekeraars.