Deze studie is overgegaan naar CTIS onder nummer 2024-517955-10-00 raadpleeg het CTIS register voor de actuele gegevens. In dit onderzoek onderzoeken wij hoe veilig het nieuwe middel THN391 is en hoe goed het wordt verdragen als gezonde…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Dementie en amnestische stoornissen
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
Om de veiligheid en verdraagbaarheid van enkelvoudige oplopende doses (SAD) van
THN391 bij gezonde vrijwilligers te beoordelen (Deel A).
Om de veiligheid en verdraagbaarheid van meerdere oplopende doses (MAD) van
THN391 bij gezonde vrijwilligers te beoordelen (Deel B)
Secundaire uitkomstmaten
Om de farmacokinetiek (PK) van enkelvoudige en meervoudige doses THN391 bij
gezonde vrijwilligers te beoordelen (Delen A/B).
Om de potentiële immunogeniciteit van enkelvoudige en meervoudige doses THN391
bij gezonde vrijwilligers te beoordelen (Delen A/B).
Achtergrond van het onderzoek
THN391 is een nieuw middel dat mogelijk gebruikt kan worden bij de behandeling
van neurologisch aandoeningen, zoals dementie. THN391 is een monoklonaal
antilichaam en is een *op maat gemaakt* eiwit dat in een laboratorium is
samengesteld. Dit kan hechten aan eiwitten die zich op het oppervlak van
lichaamscellen bevinden of die bewegen in het bloed. THN391 is ontwikkeld om
een specifiek deel van het eiwit fibrine te blokkeren dat een belangrijke rol
speelt bij verschillende neurologische aandoeningen. Het is de verwachting dat
THN391 bij gezonde proefpersonen niet de hersenen bereikt, dit is wel bij
mensen met neurologische aandoeningen waarbij de zogenaamde
bloed-hersenbarrière is aangetast.
Doel van het onderzoek
Deze studie is overgegaan naar CTIS onder nummer 2024-517955-10-00 raadpleeg het CTIS register voor de actuele gegevens.
In dit onderzoek onderzoeken wij hoe veilig het nieuwe middel THN391 is en hoe
goed het wordt verdragen als gezonde proefpersonen dit gebruiken.
Ook onderzoeken wij hoe snel en in hoeverre THN391 door het lichaam wordt
verdeeld en uitgescheiden. Daarnaast kijken we naar het effect van THN391 op
specifieke eiwitten en veranderingen in RNA-expressie.
De effecten van THN391 vergelijken we met de effecten van een placebo. Een
placebo is een middel zonder werkzame stof. Let op: wanneer we de term
'onderzoeksmiddel' in dit document gebruiken, dan bedoelen we THN391, placebo,
of beide.
THN391 is nog niet eerder aan mensen toegediend. Het is wel uitgebreid in het
laboratorium getest en op dieren. THN391 wordt in verschillende sterktes
getest.
Onderzoeksopzet
Het onderzoek duurt van de keuring tot en met de nacontrole maximaal ongeveer
Deel A:16 weken (Groepen 1 en 2) of 30 weken (Groep 3 en hoger), Deel B: 20
weken (Groepen 1 en 2) of 24 weken (Groepen 3 en 4).
Deel A:
In totaal bezoekt de vrijwilliger 8 keer het onderzoekscentrum als de
vrijwilliger in Groep 1 of 2 zit, of 10 keer als de vrijwilliger in Groep 3 of
hoger zit:
- Eénmaal voor de keuring.
- Eénmaal voor verblijf in het onderzoekcentrum. Voor het onderzoek is het
nodig dat de vrijwilliger 1 periode van 6 dagen (5 nachten) in het
onderzoekscentrum verblijft. De vrijwilliger verlaat het onderzoekscentrum op
Dag 4 van het onderzoek.
- Na het verblijf in het onderzoekscentrum zijn er nog 6 korte bezoeken aan het
onderzoekscentrum als de vrijwilliger in Groep 1 of 2 zit of 8 korte bezoeken
als de vrijwilliger in Groep 3 of hoger zit. Voor Groepen 1 en 2 vinden deze
korte bezoeken plaats op Dagen 8, 15, 29, 43, 57 en 85. Voor Groepen 3 en hoger
vinden deze korte bezoeken plaats op Dagen 8, 15, 29, 43, 57, 85, 134 en 183.
Deel B:
In totaal bezoekt de vrijwilliger 14 keer het onderzoekscentrum als de
vrijwilliger in Groep 1 of 2 zit, of 16 keer als de vrijwilliger in Groep 3 of
4 zit:
- Eénmaal voor de keuring.
- Driemaal voor verblijf in het onderzoekcentrum. Voor het onderzoek is het
nodig dat de vrijwilliger 1 periode van 4 dagen (3 nachten) en 2 periodes van 3
dagen (2 nachten) in het onderzoekscentrum verblijft. De vrijwilliger verlaat
het onderzoekscentrum op Dag 2 van het onderzoek. Na het verblijf in het
onderzoekscentrum keert de vrijwilliger voor 2 extra verblijven terug naar het
onderzoekscentrum. Voor Groepen 1 tot 2 vinden deze verblijven plaats van Dag
14 tot Dag 16 (2 nachten), en van Dag 28 tot Dag 30 (2 nachten). Voor Groepen 3
tot 4 vinden deze verblijven plaats van Dag 28 tot Dag 30 (2 nachten) en van
Dag 56 tot Dag 58 (2 nachten).
- Tussen en na de verblijven in het onderzoekscentrum zijn er nog 10 korte
bezoeken aan het onderzoekscentrum als de vrijwilliger in Groepen 1 tot 2 zit,
of 12 korte bezoeken aan het onderzoekscentrum als de vrijwilliger in Groepen 3
tot 4 zit. Voor Groepen 1 tot 2 vinden deze korte bezoeken plaats op Dagen 4,
8, 18, 22, 32, 36, 43, 57, 85 en 113. Voor Groepen 3 tot 4 vinden deze korte
bezoeken plaats op Dagen 4, 8, 15, 32, 36, 43, 60, 64, 71, 85, 113 en 141.
Onderzoeksproduct en/of interventie
De vrijwilliger krijgt THN391 of placebo als een intraveneus infuus (oplossing van het middel direct in een bloedvat toegediend). Deel A: Groep Dag Behandeling Hoe vaak Hoe 1 1 THN391 0,3 mg/kg# of placebo éénmaal intraveneus infuus 2 1 THN391 1 mg/kg* of placebo éénmaal intraveneus infuus 3 1 THN391 3 mg/kg* of placebo éénmaal intraveneus infuus 4 1 THN391 10 mg/kg* of placebo éénmaal intraveneus infuus 5 1 THN391 20 mg/kg* of placebo éénmaal intraveneus infuus * Indien de hoeveelheid hoger of lager dan gepland zal zijn, dan vertellen we de vrijwilliger dat. # Dit betekent dat 0,3 mg THN391 per 1 kg lichaamsgewicht gegeven zal worden. Deel B: Groep Dag Behandeling Hoe vaak Hoe 1 1, 15, 29 THN391 3 mg/kg# of placebo éénmaal elke 2 weken intraveneus infuus 2 1, 15, 29 THN391 10 mg/kg* of placebo éénmaal elke 2 weken intraveneus infuus 3 1, 29, 57 THN391 20 mg/kg* of placebo éénmaal elke 4 weken intraveneus infuus 4 1, 29, 57 THN391 40 mg/kg* of placebo éénmaal elke 4 weken intraveneus infuus * Indien de hoeveelheid hoger of lager dan gepland zal zijn, dan vertellen we de vrijwilliger dat. # Dit betekent dat 3 mg THN391 per 1 kg lichaamsgewicht gegeven zal worden.
Inschatting van belasting en risico
Bloedafname
Bloedafnames kunnen pijn doen of een bloeduitstorting geven. Het gebruik van
een verblijfscanule (een slangetje in een ader in de arm) kan soms leiden tot
ontsteking, zwelling, verharding van de ader, of bloedstolling en bloeding
(blauwe plekken) rondom de prikplaats. Bij sommige personen kan een bloedafname
soms bleekheid, misselijkheid, zweten, lage hartslag, of bloeddrukdaling met
duizeligheid of flauwvallen veroorzaken.
Alles bij elkaar nemen we van de keuring tot de nacontrole ongeveer voor Deel
A: 338.4 milliliter (ml) (Groepen 1 en 2) of 396.4 mL (Groepen 3 of hoger),
Deel B: 364.4 milliliter (ml) (Groepen 1 tot 2) of 400.2 mL (Groepen 3 tot 4)
bloed bij de vrijwilliger af. Deze hoeveelheid geeft bij volwassenen geen
problemen. Ter vergelijking: bij de bloedbank wordt 500 ml bloed per keer
afgenomen in één keer. Als de onderzoeker dit nodig vindt om de veiligheid van
de proefpersoon te kunnen waarborgen, kunnen extra monsters worden genomen voor
eventueel aanvullende testen. Als dit gebeurt dan kan de totale hoeveelheid
afgenomen bloed meer zijn dan de hierboven aangegeven hoeveelheid.
Hartfilmpje
Voor het maken van een hartfilmpje worden elektroden (kleine, plastic
pleisters) op de vrijwilliger zijn armen, borst en benen geplaatst. Langdurige
toepassing van deze elektroden kan huidirritatie (huiduitslag en jeuk)
veroorzaken.
Coronavirus test (indien van toepassing)
Monsters voor de coronavirus test zullen met wattenstaafjes achter in de
vrijwilliger zijn neus en keel worden afgenomen. Het afnemen van de monsters
duurt slechts enkele seconden, maar kan ongemak veroorzaken en een onaangenaam
gevoel geven. Het afnemen van een monster achter in de vrijwilliger zijn keel
kan er toe leiden dat de vrijwilliger moet kokhalzen. Wanneer het monster
achter in de vrijwillger zijn neus wordt afgenomen kan de vrijwillger een
prikkelend gevoel ervaren en kunnen de vrijwilliger zijn ogen gaan tranen.
Algemeen / deelnemers
2108 N St. Suite 4963
Sacramento CA 95816
US
Wetenschappers
2108 N St. Suite 4963
Sacramento CA 95816
US
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
1. Bereid en in staat om de ICF te ondertekenen.
2. Mannelijke of vrouwelijke vrijwilligers van 18 tot en met 55 jaar bij
screening.
3. Vrijwilligers met een goede lichamelijke en geestelijke gezondheid op basis
van medische geschiedenis, lichamelijk onderzoek, klinisch laboratorium, ECG en
vitale functies, zoals beoordeeld door de Onderzoeker.
4. Vrijwilligers met een gewicht tussen 50,0 kg en 110,0 kg en een body mass
index (BMI) tussen 18,0 kg/m2 en 32,0 kg/m2 bij screening.
5. Bij de screening mogen vrouwelijke vrijwilligers niet zwanger zijn of
borstvoeding geven, of niet vruchtbaar zijn (chirurgisch gesteriliseerd of
fysiologisch niet in staat om zwanger te worden, of ten minste 1 jaar na de
menopauze [duur van amenorroe van 12 opeenvolgende maanden]); niet-zwangerschap
zal voor alle vrouwen worden bevestigd door een negatieve
serumzwangerschapstest bij screening, bij elke opname en follow-up.
Verdere criteria zijn van toepassing
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
1. Vrijwilligers die naar het oordeel van de Onderzoeker significant en/of
acuut ziek zijn of zijn geweest binnen 5 dagen voorafgaand aan de screening of
(eerste) opname in het klinisch onderzoekscentrum.
2. Vrijwilligers die naar het oordeel van de Onderzoeker klinische tekenen
en/of symptomen van een infectie ervaren, waaronder sinusitis, cellulitis,
bronchitis of urineweginfecties, binnen 5 dagen voorafgaand aan de screening of
(eerste) opname in het klinisch onderzoekscentrum.
3. Vrijwilligers met een voorgeschiedenis van stollings- of
stollingsstoornissen, genetisch of verworven, inclusief maar niet beperkt tot:
diepe veneuze trombose (met of zonder longembolie), proteïne C-, S- of
antitrombinedeficiënties, factor V- of protrombinemutaties, von Ziekte van
Willebrand, hemofilie, antifosfolipidensyndroom of gedissemineerde
intravasculaire coagulatie.
4. Vrijwilligers met een positieve screening op hepatitis B-oppervlakteantigeen
(HBsAg), hepatitis C-virus (HCV)-antilichamen of humaan immunodeficiëntievirus
(HIV) 1- en 2-antilichamen.
5. Vrijwilliger die momenteel rookt of nicotineproducten gebruikt binnen 3
maanden voorafgaand aan de screening.
Verdere criteria zijn van toepassing
Opzet
Deelname
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CTIS | CTIS2024-517955-10-00 |
EudraCT | EUCTR2022-003831-24-NL |
CCMO | NL83710.056.23 |