De primaire doelstelling van de studie is de evaluatie van de werkzaamheid in termen vanCZS-specifieke PFS van de combinatie van standaard systemische behandeling plus SRSt.o.v. standaard systemische behandeling alleen bij patiënten met een recente…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Metastasen
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
CZS-specifieke PFS, lokaal geëvalueerd volgens de criteria van iRANO.
Secundaire uitkomstmaten
- CZS-specifieke PFS per tumorcohort, lokaal geëvalueerd volgens de criteria van
iRANO
- CZS-specifieke PFS in totaal en per tumorcohort, centraal geëvalueerd volgens
de
criteria van iRANO
- Objectief responspercentage in het CZS, centraal geëvalueerd volgens de
criteria
van iRANO
- Duur van de respons van het CZS
- Patroon van CZS-specifieke progressie (lokale t.o.v. distale progressie)
- Progressie buiten het CZS, lokaal geëvalueerd volgens RECIST v1.1
- Incidentie van radio-necrose en pseudo-progressie in het CZS
- OS, algemeen en per tumorcohort
- Neurocognitief functioneren
- Kwaliteit van leven en functionele onafhankelijkheid
- Toxiciteit door CTCAE v5
Achtergrond van het onderzoek
Metastasen in het centraal zenuwstelsel (CZS) zijn een groeiende uitdaging in
de oncologie,
vanwege de steeds doeltreffendere therapieën op niet-CZS locaties waardoor de
algemene
overleving verlengd wordt. Hersenmetastasen kunnen tot 30% van de patiënten met
gemetastaseerde kanker uitmaken en zijn een belangrijke oorzaak van morbiditeit
(door
verminderde autonomie en levenskwaliteit) en mortaliteit.
Hersenmetastasen komen het vaakst voor bij melanoom, longkanker, borstkanker en
nierkanker. De behandeling omvat neurochirurgische ingrepen, uiteenlopende
vormen van
radiotherapie, en systemische farmacotherapie.
Chirurgie en radiotherapie zijn de traditionele standaard in de behandeling van
metastasen
in de hersenen. Stereotactische radiochirurgie, afgekort met SRS en
gedefinieerd als één
enkele fractie, of stereotactische radiotherapie (SRT, met verschillende
fracties), speelt nu
een belangrijkere rol dan radiotherapie van de gehele hersenen voor patiënten
met
hersenmetastasen.
SRS alleen heeft minder bijwerkingen, acuut en op lange termijn, en veroorzaakt
duidelijk
minder neurocognitieve achteruitgang, dan SRS in combinatie met radiotherapie
over de
gehele hersenen. SRS alleen kan gekenmerkt worden door een betere verhouding van
therapeutisch risico/voordelen dan een algehele hersenradiotherapie, ook voor
patiënten met
een groter aantal hersenmetastasen.
Er werden bemoedigende responspercentages en een redelijke responsduur gemeld
bij
patiënten met asymptomatische of oligo-symptomatische hersenmetastasen met een
lage
last voor het CZS bij behandeling met nieuwe systemische therapieën, inclusief
immuuncheckpointremmers en gerichte therapie in verschillende cohorten met
melanoom en niet-kleincellige longkanker (NSCLC).
Met het toenemende gebruik van systemische immuuncheckpointremmers of gerichte
therapie en de manier waarop ze een duurzame respons bewerkstelligen, rees de
vraag of
patiënten met hersenmetastasen die beginnen met deze behandelingen aanvullende
onmiddellijke radiotherapie nodig hebben, of dat radiotherapie gerust
uitgesteld kan worden,
zonder de controle over de hersenen en het algemene resultaat te bedreigen. Eén
van de
grote huidige controverses ligt dus rond de optimale timing van SRS voor
patiënten met
hersenmetastasen: moet deze onmiddellijk worden toegediend voor optimalisatie
van de
lokale controle om zo neurologische deficits te voorkomen, met een risico op
neurotoxiciteit
bij langdurig overlevende patiënten, of moet radiotherapie uitgesteld worden
tot de
systemische therapie heeft gefaald, om overbehandeling te vermijden bij
patiënten met een
goede respons op systemische therapie? De voorkeur van medische oncologen gaat
steeds
meer uit naar de laatste aanpak, gezien de responspercentages. Voor
immuuncheckpointremmers liggen deze in het bereik van 46-55% bij melanoom en van
30% bij NSCLC met meer dan 1% uitdrukking van PD-L1 in tumorcellen. Met gerichte
therapie gaan ze tot 60% bij melanoom (BRAF-mutant) en tot 88% (gefitinib) bij
NSCLC
met een mutatie in de epidermale groeifactorreceptor (EGFR), zij het in
geselecteerde
patiëntgroepen. Toch blijft de beste aanpak controversieel vanwege de
bezorgdheid dat ten
minste een minderheid van de patiënten niet meer in aanmerking zou komen voor
SRS en
dat de neurologische deficits zich gevestigd zouden hebben ten tijde van de
verdere
progressie. Bovendien zijn reacties op systemische therapieën vaak beperkt in
de tijd en een
uitstel van radiotherapie vereist dan vaak een opvolging met craniale MRI. Een
systematische meta-analyse van meestal ongecontroleerde gegevens wees dan wel
op een
verbetering van de totale overleving na vroege combinatie van
immuuncheckpointremmers
en SRS vergeleken met een sequentiële aanpak.
Doel van het onderzoek
De primaire doelstelling van de studie is de evaluatie van de werkzaamheid in
termen van
CZS-specifieke PFS van de combinatie van standaard systemische behandeling plus
SRS
t.o.v. standaard systemische behandeling alleen bij patiënten met een recente
diagnose van
en onbehandelde (behalve operatie) asymptomatische of oligo-symptomatische
hersenmetastasen van melanoom of niet-kleincellige longkanker, met indicatie
voor
systemische therapie.
Secundaire doelstellingen:
- Evaluatie van secundaire metingen van klinische werkzaamheid, inclusief OS,
responspercentage van het CZS, tijd tot respons van het CZS, patroon van
progressie in het CZS en PFS buiten het CZS
- Evaluatie van de veiligheid en verdraagbaarheid van SRS in combinatie met
standaard systemische behandeling
- Evaluatie van veranderingen in neurocognitief functioneren
- Evaluatie van veranderingen in levenskwaliteit en functionele
onafhankelijkheid
- Evaluatie van de eerder genoemde maatstaven voor werkzaamheid en veiligheid in
de algemene onderzoekspopulatie en binnen elke tumorcohort.
Onderzoeksopzet
Prospectieve, multicentrische gerandomiseerde (1:1) open superioriteitsstudie
in fase III
Onderzoeksproduct en/of interventie
Het behandelingsschema in de studie ETOP 19-21 USZ-STRIKE omvat de standaard systemische behandeling met (arm A) of zonder (arm B) stereotactische radiochirurgie.
Inschatting van belasting en risico
Radiotherapie kan bijwerkingen veroorzaken zoals:
- Vermoeidheid
- Stuipen
- Haaruitval
- Verergering van neurologische symptomen zoals hoofdpijn, zintuiglijke
problemen
(zicht, gehoor, smaak) of motorische stoornissen (coördinatie, evenwicht)
- Achteruitgang van de mentale functies (aandacht, geheugen of taal).
-Een bloedafname voor laboratoriumtests kan blauwe plekken veroorzaken op of
rond de plaats van de prik in de ader en kan het risico op infectie verhogen
-Bij radiologische tests die de inspuiting vereisen van een contrastmiddel is
er een
risico op een allergische reactie.
Algemeen / deelnemers
Effingerstrasse 33
Bern 3008
CH
Wetenschappers
Effingerstrasse 33
Bern 3008
CH
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
1. Recent gediagnosticeerde, voordien onbehandelde (behalve chirurgie, zie
hieronder) asymptomatische of oligo-symptomatische hersenmetastasen, bv.
gecontroleerde symptomatische toevalsstoornis. NB: patiënten met neurologische
symptomen of tekenen die meer vereisen dan een stabiele dosis van 4 mg
dexamethasonequivalent gedurende meer dan één week worden niet beschouwd als
oligo-symptomatisch.
2. Vereisten voor hersenmetastasen:
- Hersenmetastasen moeten nog onbehandeld zijn, behalve chirurgie.
- Eerdere chirurgie (inclusief biopsieën, resectie, en cystaspiratie) voor
hersenmetastasen is toegestaan. Residuele en meetbare aandoening na chirurgie
is niet vereist, maar de operatie moet de diagnose bevestigd hebben. Er moet
een MRI binnen 72 uur na de operatie beschikbaar zijn.
- Aantal en omvang van de metastasen bij diagnose van hersenmetastasen:
° Maximaal 1-10 hersenmetastasen
° Ten minste één hersenmetastase moet een diameter hebben >=5 mm
° In geval van 1-4 hersenmetastasen:
- Langste diameter van grootste hersenmetastasen moet <=30 mm
° In geval van 5-10 hersenmetastasen:
- Grootste metastase moet <=10 ml in volume en langste diameter moet <=30 mm
- Het volume van maximale cumulatieve hersenmetastasen moet <=30 ml
3. Primaire aandoening van histologisch bevestigd (uit de primaire tumor of uit
een gemetastaseerd letsel, inclusief in de hersenen) melanoom of NSCLC.
4. Vereisten voor patiënten met melanoom:
- Eerdere behandeling, inclusief behandeling met immuuncheckpointremmers is
toegestaan, maar de hersenmetastasen moeten recent gediagnosticeerd zijn en nog
niet behandel (behalve chirurgie).
- De BRAF-mutatiestatus, lokaal geëvalueerd, moet bekend zijn voordat op BRAF
gerichte therapie is toegestaan).
5. Vereisten voor patiënten met NSCLC:
- Een recente diagnose, behandelingsnaïeve (behalve eerdere chirurgie)
gemetastaseerd NSCLC, met of zonder oncogene driverwijziging die als doelwit
kan dienen: sensibiliserende EGFR-mutatie (exon 19-del en 21-L858R), ALK- of
ROS1-fusion.
- Bekende status voor uitdrukking van PD-L1 (van de primaire tumor of van een
gemetastaseerd letsel, inclusief hersenen)
- Bekende drivermutatiestatus (van de primaire tumor of van een gemetastaseerd
letsel, inclusief hersenen).
6. Leeftijd 18 jaar of ouder
7. Karnofsky-prestatiestatus van 60 of meer
8. Levensverwachting >12 weken
9. De patiënten moeten in aanmerking komen voor systemische behandeling, binnen
één van de volgende geplande behandelingscohorten:
- Immuuncheckpointinhibitietherapie voor patiënten met gemetastaseerd melanoom
met of zonder BRAF-mutatie. Hetzij de combinatie van ipilimumab plus nivolumab,
hetzij monotherapie met anti-PD-1/L1
- Gerichte therapie tegen gemetastaseerd NSCLC met oncogene drivermutatie die
in aanmerking komt als doelwit (EGFR-mutatie of ALK- of ROS1-fusion)
- Immuuncheckpointinhibitie (inclusief anti-PD-1/L1 verbinding) alleen of in
combinatie met chemotherapie tegen gemetastaseerd NSCLC zonder oncogene
driverwijziging die als doelwit kan dienen.
10. Vrouwen die kinderen kunnen krijgen, inclusief vrouwen die hun laatste
menstruatie in de laatste 2 jaar hebben gehad, moeten een negatieve urine- of
serumzwangerschapstest voorleggen binnen 7 dagen vóór randomisatie.
11. De schriftelijke toestemming voor studiedeelname moet ondertekend en
gedateerd zijn door de patiënt en de onderzoeksarts vóór enige ingreep van de
studie mag plaatsvinden.
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
1. Bevestigde of waarschijnlijke leptomeningeale metastase volgens de criteria
van EANO ESMO.
2. Symptomatische hersenmetastasen bij randomisatie, zoals neurologische
symptomen of tekenen die meer vereisen dan een stabiele dosis van 4 mg
dexamethasonequivalent gedurende meer dan één week.
- De patiënten moeten steroïdvrij zijn of op een stabiele dosis van <=4 mg
dexamethasonequivalent gedurende één week vóór randomiseren.
- De patiënten met toevallen onder controle van anti-epileptica komen in
aanmerking.
3. Eerdere bestraling van de gehele hersenen of focale stralingstherapie in de
hersenen.
4. Eerdere systemische behandelingen tegen hersenmetastasen.
5. Contra-indicatie voor SRS
6. Oordeel van de onderzoeker dat de patiënt niet moet deelnemen aan de studie
omdat de patiënt niet zou kunnen voldoen aan de onderzoeksprocedures,
restricties en vereisten.
7. Vrouwen die zwanger zijn of in de periode van borstvoeding.
8. Seksueel actieve mannen en vrouwen die kinderen kunnen krijgen die niet
bereid zijn om een doeltreffend contraceptieve methode te gebruiken tijdens de
studie.
Opzet
Deelname
In onderzoek gebruikte producten en hulpmiddelen
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
ClinicalTrials.gov | NCT05522660 |
CCMO | NL82181.041.22 |