De doelstellingen van het onderzoek zijn als volgt: 1. Uitvoeren van kwantitatieve tests van een nieuwe tool betreffende door de patiënt gerapporteerde uitkomst (PRO) van vernauwing, inclusief validatie en beoordeling van responsiviteit. 2.…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Maagdarmstelselontstekingsaandoeningen
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
Validatie van de PRO
Reactiviteit van de SRI Index
Secundaire uitkomstmaten
N.V.T.
Achtergrond van het onderzoek
De ontwikkeling van een vernauwing bij de ziekte van Chron (CD) markeert een
belangrijke gebeurtenis die een verhoogd risico op complicaties en operaties
voorspelt. Ongeveer 11% van de patienten met CD presenteert een vernauwing bij
de diagnose van de ziekte, en op lange termijn krijgt een derde van de
patienten hier last van. De mechanismen waarmee fibrotische vernauwingen
ontwikkelen in CD zijn complex. Een extreme herstel reactie van transmurale
ontsteking veroorzaakt een verkleining van de luminale diameter die afhankelijk
is van zowel pleiotrope werking van ontstekingsmediatoren, als het samenspel
van probibrotische genetische, cellulaire en microbiota-gerelateerde factoren.
Verschillende endoscopische scoringsindices zijn gevoelig voor mucosale
veranderingen bij CD, maar het beoordelen van vernauwingen kan om verschillende
redenen een uitdaging zijn. Namelijk, een endoscopie heeft moeite met het
visualiseren van de transmurale aard van fibrostenose, de luminale lengte van
vele vernauwingen,de penetrerende complicaties in het peri-enterische
mesenterium, de stroomopwaartse darmverwijdering en ook de proximaal gelegen
vernauwigen en ontstekingen. In het geval er meerdere ontstekingen zijn, kan de
endoscoop niet door de eerste vernauwing heen en kan een beoordeling van alle
darmsegmenten niet mogelijk zijn. Beeldvorming door middel van een
dwarsdoorsnede, net name magnetische resonantie-enterografie (MRE) en
computertomografie-enterografie, is daarom een nauwkeruige methode voor het
beoordelen van vernauwende CD. Beide modaliteiten hebben een hoge gevoeligheid
(> 85%) en specificiteit (>90%) laten zien voor het identificeren van
CD-vernauwingen en bieden nuttige aanvullende informatie, die de klinische
behandeling bij een aanzienlijk deel van de patienten kan veranderen. Recente
aanbeveling van de CONSTRICT-groep definieren criteria voor een vernauwing op
CTE of MRE als volgt: Luminal vernauwing, wandverdikking en prestenotische
verwijding. Deze definitie is echter niet formeel gevalideerd. De
gezondheidsstatus zoals die rechtstreeks door de patient wordt gerapporteerd
zonder interpretatie van iemand anders, gewoonlijk een door de patie*nt
gerapporteerd resultaat (PRO) genoemd, is een essentieel onderdeel van de
patie*ntenzorg. Hoewel er verschillende PRO-instrumenten zijn ontwikkeld op het
therapeutische gebied van inflammatoire darmaandoeningen (IBD), is er momenteel
geen gevalideerde PRO-maatstaf voor het vernauwen van CD. De hypothese is dat
het ontwikkelen van een rigoreuze klinische definitie en uitkomsttool voor de
vernauwingen van CD zorgt voor het testen van antifibrotische therapieen bij
patienten met deze complicaties.
Doel van het onderzoek
De doelstellingen van het onderzoek zijn als volgt:
1. Uitvoeren van kwantitatieve tests van een nieuwe tool betreffende
door de patiënt gerapporteerde uitkomst (PRO) van vernauwing, inclusief
validatie en beoordeling van responsiviteit.
2. Beoordeling van de responsiviteit van de items van de op MRI-gebaseerde
strictuur radiologie-index (SRI).
Onderzoeksopzet
Er zullen ongeveer 165 patiënten met vernauwingen door de ziekte van Crohn (CD)
worden ingeschreven in meerdere centra in Noord-Amerika en/of Europa, voor
deelname aan een 24 weken durend gegevensverzamelingsonderzoek.
Proefpersonen ondergaan een MRE-scan bij de baseline en na 24 weken (einde van
onderzoek [EOS]), uitgevoerd als onderdeel van de standaard klinische SOC of
uitgevoerd als een onderzoeksgerelateerde procedure in het geval dat er geen
SOC MRE beschikbaar is, gevolgd door de beste medische behandeling.De baseline
CTE of -MRE moet binnen 4 weken na de toestemming worden voltooid.
Een SOC contrastversterkte CT van het abdominopelvic, uitgevoerd binnen ± 4
weken na geïnformeerde toestemming, kan worden gebruikt als baseline
beeldvormingsbeoordeling als er een vernauwing wordt vastgelegd die voldoet aan
de geschiktheidscriteria
Gepseudonimiseerde CTE of MRE-scans worden beoordeeld met het centrale
uitleeswerkstation van de Mayo Clinic Biomedical Imaging Resource (BIR).
Proefpersonen krijgen routinezorg medische behandelingen met bewezen
werkzaamheid voor beheervan CD naar het oordeel van de behandelend arts als
onderdeel van routinezorg. De beste medische therapie, zal doorgaans
afhankelijk zijn van de therapieën die de proefpersoon ondergaat op het moment
van obstructie en de mate van ontsteking in de vernauwing zoals beoordeeld
d.m.v. MRE of CTE. Als de beeldvormingsbeoordeling vóór de toestemming wordt
uitgevoerd, mag er geen verandering plaatsvinden in de CD-behandeling van de
patiënt tussen het moment van de MRE en de toestemming.
Voor analyse worden proefpersonen ingedeeld in 1 van 2 groepen:
1. Proefpersonen die standaard medische behandeling krijgen en endoscopische
ballondilatatie (EBD) en , en
2. Proefpersonen die standaard medische behandeling krijgen.
Proefpersonen zullen gedurende het hele onderzoek elektronische beoordelingen
van door de patiënt gemelde resultaten (ePRO) uitvoeren met behulp van hun
eigen elektronische apparaten.
• Vanaf week 1 tot 4 vullen de proefpersonen dagelijks het CDAI-dagboek
(Crohn*s Disease Activity Index) en STARPRO in; de PGI-S (Patient Global
Impression -Severity) wordt ingevuld bij de screening/baseline (dag van
geïnformeerde toestemming) en op dag 7 van elke wekelijkse periode.
• Op week 12 en week 24 vullen proefpersonen het CDAI-dagboek en STARPRO in,
eenmaal daags gedurende 7 dagen; de PGI*S wordt ingevuld op dag7 van week 12en
24.
• De SIQ-CD (Symptoms and Impacts Questionnaire for CD) wordt eenmaal daags
ingevuld gedurende 7 dagen in week 1, 12 en 24/EOS.
• Naast het bovenstaande schema zullen proefpersonen van week 12 tot 24/EOS een
*Patient DailySymptom Check-In* (één vraag, eenmaal daags) invullen met de
vraag of hun symptomen zijn veranderd. Als de symptomen zijn veranderd, moeten
patiënten het STARPRO-en CDAI-dagboek dagelijks invullen gedurende 7 dagen; de
PGI-S wordt ook ingevuld op de 1edag van de symptoomverandering en opnieuw op
de 7edag na symptoomverandering
Inschatting van belasting en risico
Deze observationele studie wordt beschouwd als een minimaal risico voor
deelnemende proefpersonen. Proefpersonen zullen worden behandeld voor hun
vernauwing van CD volgens routinematige klinische zorg. Onderzoeksspecifieke
beoordelingen zijn niet-invasief (bijv. verzameling van door de patient
gerapporteerde gegevens via vragenlijsten of thuis testen) of in
overeenstemming met routinematige klinische zorg. Tussen screening en inclusie
worden driebloedmonsters afgenomen en bewaard op baseline, week 12(indien
patient naar het ziekenhuis komt) en week 24.
Het directe voordeel voor proefpersonen omvat het ontvangen van standaardzorg
(SOC) en medische follow-up voor deze aandoening in een IBD-gespecialiseerd
centrum. Er is het potentieel om toekomstige patiënten met vernauwende CD te
helpen met succesvolle validatie van uitkomstmaten. Uitkomstmaten voor de
beoordeling van vernauwingen bij CD die door regelgeving zijn geaccepteerd,
kunnen de ontwikkeling en goedkeuring van effectieve medicijnen mogelijk maken
Algemeen / deelnemers
100 Dundas Street Suite 200
Ontario, London N6A 5B6
CA
Wetenschappers
100 Dundas Street Suite 200
Ontario, London N6A 5B6
CA
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
Een vastgestelde diagnose van CD;
Gedocumenteerde CD met symptomatische vernauwing in de dunne darm binnen bereik
van colonoscopie (d.w.z., een deel van de vernauwing bevindt zich binnen 15 cm
van de ileocaecale klep of aanwezige ileocaecale anastomose);
CD met anastomotische of naïeve vernauwing in de dunne darm ten tijde van de
baseline beeldvormingsbeoordeling (CTE, MRE of CT);
Klinische symptomen consistent met obstructie binnen 1 maand na de baseline
beeldvorming.
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
1. Interne penetrerende ziekte zoals getoond door fistel, abces, of
inflammatoire massa (flegmone) bij de baseline of tijdens de follow-up (blinde
tunneling is niet uitgesloten);
2. gastro-intestinale maligniteiten;
3. Meer dan 2 distaal ileale vernauwingen op het moment van de baseline
beeldvormingsbeoordeling (waar 2 vernauwingen binnen 3 cm worden beschouwd als
dezelfde vernauwing; een lang segment met meerdere gebieden van vernauwing of
meerdere vernauwingen met ontstekingen ertussen wordt geteld als 1 vernauwing);
4. Een terminale ileale vernauwing bij een proefpersoon met enkelloops
ileostoma, waarbij de vernauwing is beperkt binnen de subcutane weefsels en
niet intra-abdominaal is
5. Een dubbelloops ileostoma proximaal aan de dominante strictuur
6. Totale proctocolectomie met een ileoanale of Kock-pouch;
7. Stricturoplastie in de distale ileum;
8. Contra-indicatie voor CTE of MRE of onvermogen om een CTE of MRE te
ondergaan (bijv. claustrofobisch).
9. Verandering in behandeling voor CD tussen CTE, MRI of CT en informed
consent, als de MRI wordt gedaan binnen 4 weken voor consent.
Opzet
Deelname
Kamer G4-214
Postbus 22660
1100 DD Amsterdam
020 566 7389
mecamc@amsterdamumc.nl
Kamer G4-214
Postbus 22660
1100 DD Amsterdam
020 566 7389
mecamc@amsterdamumc.nl
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CCMO | NL76184.018.21 |