De onderzoeksvraag is of blootstelling aan het moederlijke HPA-1a antigeen tijdens de foetale periode tolerantie induceert en dus de kans op de vorming van HPA-1a antistoffen later in het leven vermindert.Wij postuleren dat 1) vrouwen die in de…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Overige aandoening
- Immuunstoornissen NEG
Synoniemen aandoening
Aandoening
Allo immunisatie tegen een trombocyten antigeen
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
Primaire onderzoeksvariabele is de HPA-1a typering van de "grootmoeders".
In de Kaukasische bevolking is de HPA-1 fenotypering als volgt verdeeld.
HPA-1a1a 72%
HPA-1a1b 26%
HPA-1b1b 2%
Moeders die zelf HPA-1b1b zijn hebben dus in ieder geval een moeder (verder
genoemd grootmoeder) die HPA-1b1b of HPA-1a1b is. Dit is 28% van de Kaukasische
bevolking. De kans dat de grootmoeder HPA-1b1b of HPA-1a1b is, is dan
respectievelijk 7% en 93%. Dit betekent dat er een kans is van 1:13 dat
grootmoeder HPA-1b1b is.
Dus indien er een volledige tolerantie inductie bestaat, zal iedere vrouw met
HPA-1a antistoffen een HPA-1b1b moeder hebben en dus zal bij iedere HPA-1b1b
grootmoeder de statistische kans sterk toenemen (1/13 maal 1/13 maal 1/13 etc.)
dat tolerantie inductie HPA-1a antistofproductie bij HPA-1a negatieve moeders
voorkomt. Om dit te kunnen aantonen hebben we aan 10 casussen voldoende
Chi Square p<0.0001.
Eventuele tolerantie inductie zal afhankelijk zijn van de mate van
blootstelling aan HPA-1a tijdens de foetale periode. Het is waarschijnlijk dat
er verschil bestaat in de mate van foetale blootstelling aan het maternale
HPA-1a. Mogelijk is er een minimale blootstelling nodig voor tolerantie
inductie. Om te zien of er skewing bestaat (meer HPA-1b1b grootmoeders dan de
te verwachten 7%) zullen we deels retrospectief en deels prospectief streven
naar inclusie van tussen de 40 en 60 casussen.
Om een significante skewing aan te tonen zal minimaal 20% van 40 en 18% van 60
grootmoeders HPA-1b1b moeten zijn.
Mogelijk bestaat er geen volledige onderdrukking van de HPA-1a antistofvorming
door foetale blootstelling aan HPA-1a antigenen, maar wordt de HPA-1a
immuunrespons wel geremd. Om een verband met antistof titer en HPA-1a fenotype
van de grootmoeder te bestuderen zullen we proberen 20 vrouwen met een hoge
HPA-1a antistoftiter (>1:64) en 20 vrouwen met een lage HPA-1a antistoftiter (<
1:16) in te sluiten.
Een significant hoger aantal HPA-1b1b grootmoeders (> 4 van de 20) wordt
verwacht in de hoge antistoftiter groep maar niet in de lage antistoftiter
groep.
Secundaire uitkomstmaten
niet van toepassing
Achtergrond van het onderzoek
Neonatale Alloimmuun Trombocytopenie (NAITP) wordt veroorzaakt door een
trombocyten bloedgroep antagonisme, optredend bij 1:1300 random pasgeborenen,
door maternale alloimmunisatie tegen trombocyten antigenen op de foetale
trombocyten (afwezig op de maternale trombocyten). De verantwoordelijke
alloantistoffen zijn in 75% van de gevallen gericht tegen het Humane Plaatjes
Antigeen 1a (HPA-1a). Dit terwijl 98% van de Caucasische bevolking positief is
voor het HPA-1a.
HPA-1a negatieve vrouwen vormen in ongeveer 10% van de gevallen HPA-1a
alloantistoffen. Als er antistoffen gevormd worden, is dat niet altijd met
dezelfde antistoftiter.
HPA-1a alloimmunisatie kan een ernstige foetale en neonatale trombocytopenie
veroorzaken. In maximaal 5% van de gevallen treedt er een intracerebrale
bloeding op, veelal leidend tot ernstige neurologische schade of dood.
Doel van het onderzoek
De onderzoeksvraag is of blootstelling aan het moederlijke HPA-1a antigeen
tijdens de foetale periode tolerantie induceert en dus de kans op de vorming
van HPA-1a antistoffen later in het leven vermindert.
Wij postuleren dat 1) vrouwen die in de foetale periode blootgesteld zijn aan
het maternale HPA-1a antigeen later geen HPA-1a antistoffen zullen maken of 2)
een minder sterke immuunrespons zullen hebben en dus een lagere HPA-1a
antistoftiter zullen opbouwen.
Om hypothese 1) te onderzoeken denken wij een cohort van 40-60 moeders van
moeders met HPA-1a antistoffen (dus "grootmoeders") te typeren om een skewing
van het HPA-1b1b fenotype vast te kunnen stellen. Om hypothese 2) te
onderzoeken zullen wij 20 vrouwen met een hoge HPA-1a antistoftiter (>1:64) en
20 vrouwen met een lage HPA-1a antistoftiter (< 1:16) insluiten.
Onderzoeksopzet
Aanvragen (prospectief en retrospectief) bij het laboratorium
Trombocyten/Leukocyten Serologie van Sanquin Diagnostiek voor serologisch
onderzoek naar Neonatale AlloImmuun Trombocytopenie (NAIT), waarbij HPA-1a
antistoffen bij de moeder worden aangetoond, dienen als uitgangspunt voor deze
studie.
Wij vragen de behandelaar, middels informatieformulier en informed Consent
formulieren, eerst de moeder toestemming te vragen en indien toestemming door
moeder is gegeven, de grootmoeder te benaderen voor deelname aan dit onderzoek.
Bij toestemming zal bij grootmoeder 8 cc EDTA ontstold bloed worden afgenomen
via een venapunctie.
Het bloed wordt via het ziekenhuislaboratorium, met een speciaal door de
onderzoekers gemaakt inzendformulier, aan de Sanquin bode meegegeven.
Op deze manier hopen wij binnen 2 jaar 40-60 casussen verzameld te hebben.
Middels een genotypering wordt grootmoeder getypeerd voor het HPA-1 systeem.
De maternale HPA-1a antistoftiter en antistofquantificering wordt met behulp
van de Monoclonal Antibody Immobilization of Platelet Antigens Assay (MAIPA) en
een Logit rekenprogramma bepaald.
Inschatting van belasting en risico
8 ml EDTA ontstold bloed wordt afgenomen middels een venapunctie.
Publiek
Plesmanlaan 125
1066 CX Amsterdam
Nederland
Wetenschappelijk
Plesmanlaan 125
1066 CX Amsterdam
Nederland
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
Moeders van vrouwen met HPA-1a antistoffen
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
geen specifieke exclusie criteria
Opzet
Deelname
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CCMO | NL11748.018.06 |