Daarom willen we binnen een prospectieve cohort studie onderzoeken welke rol de *amyloidopathie* daadwerkelijk speelt bij het ontstaan van dementie bij DS en of er interactie is met vasculaire dan wel genetische factoren. In het verloop van het…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Geestelijke achterstandsstoornissen
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
incidentie van dementie (aantal per 100 persoonsjaren follow-up)
Secundaire uitkomstmaten
- verandering in cognitief functioneren (follw-up minus baseline).
- verschil in serum amyloid bij hen die wel of geen dementie ontwikkelen.
- verschil in radiologische afwijkingen bij hen die wel of geen dementie
ontwikkelen.
Achtergrond van het onderzoek
Het syndroom van Down (DS) is een van de meest voorkomende aangeboren
aandoeningen en komt bij ongeveer 1 op de 1000 pasgeborenen voor. Het is de
meest voorkomende oorzaak van verstandelijke handicap. Door de verbeterende
medische zorg is de levensverwachting van deze mensen de laatste decennia sterk
toegenomen en bereikt bijna de helft de leeftijd van 60 jaar of ouder. Daardoor
wordt echter in toenemende mate ook deze groep patiënten geconfronteerd met de
gevolgen van veroudering, die zich bij deze patiënten met name uit in
toenemende cognitieve achteruitgang, uiteindelijk leidend tot dementie. De
prevalentie van dementie in de gehele Down populatie bedraagt rond de 15%,
terwijl die rond de 80% bedraagt in de groep 60-70 jarige Down patienten.
Vanwege die veroudering en de hoge prevalentie van dementie op hogere leeftijd
is het de belangrijkste oorzaak van morbiditeit en mortaliteit onder Down
patiënten. Echter niet iedereen wordt dement, maar tot op heden is er geen
factor die een hoge voorspellende waarde voor het ontstaan van dementie heeft.
Dit is relevant omdat in een vroeg stadium medicamenteuze beïnvloeding nog
mogelijk is.
Het veronderstelde mechanisme van de dementie is een langzamerhand toenemende
hoeveelheid amyloide plaques in de hersenen (overeenkomstig de ziekte van
Alzheimer) omdat het gen voor amyloid, het APP gen, op het bij het syndroom van
Down in drievoud aanwezige chromosoom 21 ligt. Ook zijn er bepaalde genotypen
geassocieerd met een verhoogd risico op dementie, zoals bijvoorbeeld het APOE*4
genptype.
Het is ook niet bekend hoe deze factoren kunnen leiden tot het klinisch beeld
van dementie, maar het ligt voor de hand dat veranderingen in de hersenen
hierbij een rol spelen. Tot op heden is het radiologisch substraat van dementie
bij patienten met Down slechts op kleine schaal onderzocht en de facto niet
bekend.
Gedetailleerde kennis hiervan zou kunnne helpen in eerste instantie bij een
etiologische verklaring omtrent het ontstaan van dementie bij Down syndroom en
later kunnen worden gebruikt ter identificatie van wie wel en wie niet een
verhoogd risico lopen om gedurende het leven dementie te ontwikkelen.
Doel van het onderzoek
Daarom willen we binnen een prospectieve cohort studie onderzoeken welke rol de
*amyloidopathie* daadwerkelijk speelt bij het ontstaan van dementie bij DS en
of er interactie is met vasculaire dan wel genetische factoren.
In het verloop van het onderzoek willen we dan bestuderen wat het onderliggend
radiologisch substraat van dementie is die zich ontwikkelt in de loop van het
syndroom van Down.
Onderzoeksopzet
Longitudinaal cohort onderzoek
Inschatting van belasting en risico
Naar onze inschatting is de belasting van de onderzoeksdeelnemers gering omdat
alle gebruikte methoden frequent worden toegepast in de alledaagse klinische
praktijk, ook bij de door ons voorgestelde groep patienten met het syndroom van
Down. Door expertise van de betrokken artsen verstandelijk gehandicapten is
onmiddelijke herkenning van ieder zowel verbaal als non verbaal verzet
gewaarborgd.
De belasting bestaat concreet uit 1 venapunctie en 1 MRI scan en het verrichten
van beperkt lichamelijk onderzoek (bloeddruk, ECG) en een aantal vragenlijsten
(zie bijlagen). Dit zijn allen standaard onderzoeken die erkend geen
schadelijke effecten op de mens hebben.
De belasting weegt ons inziens ook zeker op tegen de verwachte resultaten. De
resultaten zullen in eerste instantie veel etiologische gegevens opleveren,
maar kunnen later ook worden ingezet voor (vroeg) diagnostiek en selectie voor
behandeling. De vraagstelling die wordt onderzocht is zeer relevant voor onze
onderzoekspopulatie en kan daarom uiteraard ook alleen maar in deze
patientenpopulatie worden onderzocht.
Publiek
Postbus 9101
6500HB Nijmegen
NL
Wetenschappelijk
Postbus 9101
6500HB Nijmegen
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
- Syndroom v Down
- Moet hebben deelgenomen aan het baseline onderzoek van Dr. A Coppus omdat het hier beschreven onderzoek te beschouwen is als opvolger van dit onderzoek en de baseline gegevens de belangrijkste voorspeller zijn voor onze uitkomst
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
Dementie at baseline
Opzet
Deelname
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CCMO | NL18379.091.07 |