1. Meten van de invloed van epileptische epileptische aanvallen op het leven van CVA patienten, door de kwaliteit van leven, het cognitief functioneren, de beperkingen en handicaps en de stemming te vergelijken tussen CVA patienten met en zonder…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Convulsies (incl. subtypes)
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
Bij de patienten met een CVA en de patienten met een CVA en epilepsie:
• cognitief functioneren:
- Mini-mental-state examination (MMSE)
- informatie verwerkingstaak (Fepsy: CVST)
- een auditieve of visuele reactietijdtaak (Fepsy: auditive reaction task,
Fepsy: visual reaction task)
• kwaliteit van leven
- EuroQol
- stroke-adapted Sickness Impact Profile (SA-SIP-30)
• beperkingen: Barthel index
• handicap: modified Rankin score
• stemming: depression and anxiety score (HADS)
• ernst van de beroerte: National Institutes of Health Stroke Scale (NIHSS)
• verblijfplaats van de patient op dit moment
• bijwerkingen: SIDAED lijst
Bij de patienten met een CVA en epilepsie:
• aantal insulten
• ernst van de insulten: NHS3
• huidige behandeling met een antiepilepticum
• eerdere behandeling met een antiepilepticum (indien van toepassing),
inclusief reden om te switchen
Bij alle deelnemers:
• verdeling van het polymorfisme van het GRIN1 gen dat codeert voor de NR1
subunit van de NMDA receptor
Secundaire uitkomstmaten
Geen.
Achtergrond van het onderzoek
De incidentie van epileptische aanvallen neemt toe met de leeftijd. De
etiologie van de meeste 'nieuwe' epileptische aanvallen bij patienten > 40 jaar
is een cerebrovasculaire aandoening. In epidemiologische onderzoekwordt
berekend dat et risico op post-CVA epilepsie voor alle CVA patienten ligt
tussen de 2.5 en 4%. Afhankelijk van het type CVA, de ernst en de lokalisatie
van het infarct of de bloeding, kan dit percentage toenemen tot 62%. Er wordt
aangenomen dat het optreden van epileptische aanvallen de kwaliteit van leven
verminderd, maar dit is tot op heden niet onderzocht in deze specifieke
populatie. Kwaliteit van leven in de algemene CVA populatie is wel onderzocht,
maar niet gerelateerd aan het optreden van epileptische insulten. Verder is het
mogelijk dat de neurologische toestand en het cognitieve functioneren
verslechteren na epileptische aanvallen. Patienten die reeds beschadigd zijn
door een CVA, worden geconfronteerd met een volgend neurologisch probleem,
hetgeen kan leiden tot angst en depressie. Bij patienten die nog zelfstandig
wonen, zou dit zelf kunnen leiden tot opname in een verzorgingshuis. Evaluatie
van de problemen die worden ervaren door CVA patienten met epileptische
aanvallen, zou gedaan moeten worden door een vergelijking te maken tussen CVA
patienten met en zonder epileptische aanvallen.
Zodra een CVA patient een eerste laat insult doormaken, worden ze in het
algemeen behandeld met een antiepilepticum. Het bepalen van de optimale
antiepileptische behandeling bij deze patieten is moeilijk, omdat er maar
weinig 'evidence based' informatie beschikbaar is over de behandeling van
post-CVA epilepsie. Deze groep patienten wordt vaak chronisch behandeld met een
van de traditionele antiepileptica, zoals carbamazepine, fenytoine,
fenobarbital of valproaat. Deze antiepileptica kunnen echter ernstige
bijwerkingen hebben bij langdurig gebruik. Het effect van co-medicatie kan
beinvloed worden. Bij deze populatie, bij wie poly-medicatie vaak voorkomt, is
dit een belangrijk probleem. Onderzoek naar de invloed van antiepileptica op
bijwerkingen, cognitie en kwaliteit van leven lijkt zinvol voor de dagelijkse
kliniek. In enkele artikelen worden de types antiepileptica geraporteerd die in
deze populatie gebruikt worden, maar meer informatie over type antiepilepticum,
effectiviteit en tolerabiliteit is nodig.
Alle CVA patienten hebben een ricico op post-CVA epilepsie te ontwikkelen. Als
profylactische medicatie beschikbaar zou komen in de toekomst, dan is
identificatie van CVA patienten met het hoogste risico op het ontwikkelen van
post-CVA epilepsie belangrijk. De NMDA receptor, een van de glutamaat
receptoren, lijkt een rol te spelen in de ontwikkeling van epileptische
insulten. Deze receptor wordt gevormd door de NR1 subunit, samen met een of
meer van de vier verschillende typen NR2 subunits (NR2A-NR2D). De NR1 subunit
van de NMDA receptor wordt gecodeerd door het GRIN1 gen. Verschillende
polymorfismen van dit gen zijn bekend. Rujescu et al (2005) bepaalden een
'single nucleotide polymorphism' (G2108A) voor het GRIN1 gen bij alcoholici met
en zonder epileptische insulten en controle patienten. Het A allel en
A-bevattende genotypes waren over-gerepresenteerd bij patienten met
onttrekkings-geinduceerde insulten, vergeleken met gezonde vrijwillegers en
vergeleken met alcoholici zonder epileptische aanvallen in de voorgeschiedenis.
Het GRIN1 gen polymorfisme zou mogelijk een riscofactor kunnen zijn voor het
ontwikkelen van post-CVA insulten.
Doel van het onderzoek
1. Meten van de invloed van epileptische epileptische aanvallen op het leven
van CVA patienten, door de kwaliteit van leven, het cognitief functioneren, de
beperkingen en handicaps en de stemming te vergelijken tussen CVA patienten met
en zonder epileptische aanvallen.
2. Informatie verzamelen met betrekking tot de behandeling van post-CVA
epilepsie (antiepileptica), de bijwerkingen hiervan en het aantal en ernst van
de aanvallen.
3. Bepalen van het GRIN1 polymorfisme bij CVA patienten met en zonder
epileptische aanvallen en bij een controle groep zonder CVA of epilepsie, zodat
bepaald kan worden of dit polymorfisme een risicofactor is voor het ontwikkelen
van epileptische aanvallen na een CVA.
Onderzoeksopzet
Observationeel, dwarsdoorsnede onderzoek, waarbij een eenmalige meting wordt
verricht.
Twee groepen patienten nemen deel:
groep 1: CVA patienten met epileptische aanvallen/epilepsie;
groep 2: Gematchte CVA patienten zonder epileptische aanvallen of wegrakingen
van onbekende origine in de voorgeschiedenis.
Aan het DNA onderzoek neemt ook een groep proefpersonen zonder CVA of epilepsie
deel.
Inschatting van belasting en risico
Bij deelname, dienen de patienten naar de poli neurologie te komen. Patienten
voeren een reactietijdtest en informatie verwerkingstaak uit (duur ca. 15
minutes voor beide testen). Ze vullen twee kwaliteit van leven vragenlijsten in
(ca. 10 minuten), een vragenlijst over angst en depressie (ca. 5 minuten), en
een vragenlijst over bijwerkingen van antiepileptica (ca. 15 minutes). De
onderzoeker registreert de gemodificeerde Rankin score, Barthel index (ca. 5
minutes) en mini-mental state examination (ca. 10 minutes), en neemt een
anamnese af en voert een neurologisch onderzoek uit, waaronder de items van de
NIHSS vallen (ca. 10 minutes). Om DNA te verkrijgen wordt wangslijmvlies
afgenomen met een wattenstaafje.
Bij de proefpersonen zonder een CVA of epilepsie wordt alleen wangslijmvlies
afgenomen met een wattenstaafje. Dit duurt minder dan 5 minuten en is pijnloos.
Publiek
P. Debyelaan 25
6229 HX Maastricht
Nederland
Wetenschappelijk
P. Debyelaan 25
6229 HX Maastricht
Nederland
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
Inclusie criteria voor CVA patienten met epileptische aanvallen/epilepsie:
• Epileptische aanvallen of epilepsie volgende op een beroerte in de voorgeschiedenis, inclusief alle patienten met een of meerdere epileptische aanvallen sinds de beroerte, bij wie de diagnose post-CVA insulten of epilepsie is gesteld op basis van klinische overwegingen.
• De laatste epileptische aanval is > 2 weken geleden op het moment van de meting (om mogelijke interferentie met het cognitief functioneren te vermijden).
• De diagnose post-CVA epilepsie is > 3 maanden geleden gesteld.
• Leeftijd 18 tot 90 jaar.;Inclusie criteria voor de CVA patienten zonder epileptische aanvallen of epilepsie:
• CVA in de voorgeschiedenis
• Geen epileptische aanvallen of wegraking van onbekende origine in de voorgeschiedenis.
• Gematcht met patienten uit de eerste groep op basis van de volgende criteria
- leeftijd
- geslacht
- tijd sinds CVA
- ernst van het CVA of gemodificeerde Rankin score bij begin van het CVA
- lacunair CVA vs. corticaal CVA
- aanwezigheid van een cardiale emboliebron;Inclusie criteria voor proefpersonen zonder CVA of epilepsie:
- leeftijd 18 jaar of ouder
- geen CVA, epileptische aanvallen, degeneratieve hersenziekte of hersentumor in de voorgeschiedenis.
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
Exclusie criteria voor alle groepen:
• Niet in staat of niet bereid om toestemming te geven.
• Ernstige ziekte of cognitieve achteruitgang (inclusief globale afasie) waardoor er geen adequaat onderzoek kan plaatsvinden.
• De patient heeft bezwaar tegen het gebruik van medische gegevens en/of lichaamsmateriaal voor wetenschappelijk onderzoek (zoals geregistreerd in Mirador).
Opzet
Deelname
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CCMO | NL21994.068.08 |