Het doel van dit pilot onderzoek is om de dynamische en semi-dynamische methoden welke functionele onderzoek van de pols mogelijk maken onderling te vergelijken. Informatie welke in dit onderzoek zal worden vergaard zal worden gebruikt om de eerste…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Pees-, ligament- en kraakbeenaandoeningen
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
Kinematica van polsbeenderen zullen worden beschreven en vergleken aan de hand
van translatie en rotatie paramaters.
Informatie welke wordt verkregen uit dit onderzoek zal de basis vormen voor
komende klinische onderzoeken
waarin een van de 2 methoden zal worden ingezet als diagnosticum bij het
vermoeden van polsinstabiliteit.
Secundaire uitkomstmaten
nvt
Achtergrond van het onderzoek
Pols klachten zijn verantwoordelijk voor een beduidend sociaal-economisch
probleem voor o.a. de werkgevers en de gemeenschap sinds deze verantwoordelijk
zijn voor de langste ziekteverzuimperioden met wezenlijke financiële
consequenties. Niet functioneren van de pols leidt tot een verminderde
kwaliteit van leven en heeft vergaande gevolgen voor de betrokken patiënt.
Diagnose wordt bemoeilijkt door een ingewikkelde anatomie van de pols. Voor de
arts is het cruciaal om tijdig een diagnose te kunnen stellen om irreversibele
schade van de pols tijdig te kunnen voorkomen. Jaar prevalentie van de pols
klachten onder Nederlandse volwassenen in 1998 werd door de Rijksinstituut voor
volksgezondheid en milieu (RIVM) geschat op ongeveer 17.5% van de totale
Nederlandse bevolking. Hand en pols trauma*s zijn verantwoordelijk voor 28.6%
van alle spoedeisende presentaties. In 5-25% van de pols verwondingen is er
sprake van ligament schade van de pols. Scapholunaire ligament (SLL) schade is
de meest voorkomende ligament schade van de pols. Indien deze niet wordt
gediagnosticeerd leidt het binnen een korte tijd tot progressieve beperkingen
tijdens beweging van de pols, chronische pijn en andere irreversibele schade.
Indien onbehandeld is SLL schade de meest frequente oorzaak van artrosevan het
polsgewricht.
De pols is het meeste ingewikkelde gewricht in het menselijke lichaam. Het
bestaat uit 8 pols beenderen, 26 ligamenten en talrijke gewrichtsvlakken. De
ingewikkelde bewegingen van deze beenderen tijdens de pols beweging zijn nog
amper bestudeerd. Vaststelling van een polspathologie wordt bemoeilijkt door
geringe kennis van de carpale bewegingsleer, inconsistentie en subjectiviteit
van fysisch diagnostische methoden en gelimiteerde waarde van de radiologische
technieken.
Om de pols functioneel te stabiliseren, zijn er talrijke ligamenten aanwezig
welke de polsbeenderen onderling en aan naastliggende structuren verbinden.
Pols stabiliteit kan worden beschreven als het vermogen van de pols om een
normale balans tussen het articulerende beenderen onder fysiologische belasting
te kunnen handhaven zonder de controle over het gewricht te verliezen.
Niettemin kan deze balans worden verstoord door ligament schade welke het
verlies van controle en stabiliteit tot gevolg heeft. Dit manifesteert zich als
pijn, kliks, slotklachten en het besef van controle verlies en onvermogen
tijdens het bewegen van het gewricht.
In de huidige praktijk, worden er statische röntgenopnames gemaakt voor
beoordeling van de pols na een trauma. Hoewel voor aantonen van fracturen en
dislocaties statische modaliteiten in meeste gevallen voldoende zijn, geldt
deze regel niet voor dynamische abnormaliteiten. Hierdoor zijn ligamentaire
laesies en diens abnormale pols bewegingen niet detecteerbaar aan de hand van
statische opnamen. Huidige statische diagnostische modaliteiten hebben daarom
zeer beperkte plaats in het diagnostiek van ligamentschade van de pols.
Momenteel zijn ligamentlaesies met alleen behulp van invasieve methoden te
diagnosticeren. Arthroscopie welke een operatieve ingreep is wordt ook wel
gezien als de gouden standaard voor het diagnosticeren van scapholunaire
laesies. Het is dus een invasieve methode welke te duur en tijdrovend is om als
standaard methode bij verdenking van ligament schade te worden ingezet.
Hierdoor worden de mensen met een ligament schade niet gediagnosticeerd welke
vroeg of laat resulteert in irreversibele schade van de pols. Samen gevat kan
het klinische probleem als volgt worden beschreven:
"Door het ontbreken van een gevalideerde non-invasieve methode kunnen
scapholunaire ligament laesies niet worden gediagnosticeerd. Dit maakt een
snelle interventie onmogelijk waardoor er blijvende schade optreedt aan de
pols. "
Eerdere kadaver studies hebben bewezen dat scapholunaire ligament rupturen
leiden tot waarneembare dynamische veranderingen van de polsbeenderen. Omdat
deze veranderingen voorspellend kunnen zijn voor aantonen van ligament schade
hebben veel auteurs gepleit voor non-invasieve methode welke in staat is deze
veranderingen waar te nemen. In overeenstemming met deze verwachtingen zijn wij
van mening dat non-invasieve methoden welke dynamische veranderingen van
polsbeenderen kunnen detecteren betere diagnostische waarden hebben in het
aantonen van scapholunaire laesies. Door kwantitatief de polseigenschappen te
beoordelen verschaft zo een methode de mogelijkheid om ligament functie te
boordelen zonder de patiënt te hoeven opereren. In dit onderzoek worden 2
methoden om de bewegingen van de polsbotjes te onderzoeken onderling vergleken.
Doel van het onderzoek
Het doel van dit pilot onderzoek is om de dynamische en semi-dynamische
methoden welke functionele onderzoek van de pols mogelijk maken onderling te
vergelijken. Informatie welke in dit onderzoek zal worden vergaard zal worden
gebruikt om de eerste stappen ter realisatie van functionele diagnostiek van de
pols te zetten.
Onderzoeksopzet
Pilot onderzoek waarbij er wordt bekeken of dynamisch onderzochte
polsbewegingen afwijken van de stapsgewijze quasi dynamische opname van de
pols.
Inschatting van belasting en risico
Voor gezonde deelnemers bedraagt de stralingsblootstelling 0.5 mSv. Dit is
vergelijkbaar met 8 weken natuurlijke achtergrond straling in Nederland.
Publiek
Suite G4-226, AMC, Meibergdreef 9
1100 DD Amsterdam
Nederland
Wetenschappelijk
Suite G4-226, AMC, Meibergdreef 9
1100 DD Amsterdam
Nederland
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
gezonde proefpersonen zonder polsklachten of eerder doorgemaakte polstraumata
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
-Mensen met een voorgeschiedenis van polstrauma
-mensen met een aangeboren spier-skelet en bindweefselziekten
-Mensen welke niet in staat zijn het geschreven informed consent formulier te begrijpen of te
tekenen
-Zwangeren
Opzet
Deelname
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CCMO | NL21670.018.08 |