Neurobiologische en gedragsaspecten van sociale agressie In gezonde vrijwilligers

Sociale agressie vormt een serieuze bedreiging voor zowel individuen als de
samenleving in zijn geheel. Het is daarom van het grootste belang inzicht te
verkrijgen in dit verwoestende fenomeen.
Recent onderzoek toont aan dat hormoonspiegels en afwijkende vormen van
corticale hersencommunicatie direct verband houden met sociale agressie.
Ondanks dat het inmiddels bekend is dat de sexe-hormonen testosterone, cortisol
en estradiol hersencommunicatie beïnvloeden, zijn de onderlinge verbanden
tussen deze hormonen, hersencommunicatie en sociale agressie nog nooit direct
onderzocht. De hier beschreven studie heeft tot doel deze verbanden aan te
tonen, en zullen daarvoor gebruik maken van Transcraniale Magnetische
Stimulatie (TMS). TMS is een unieke methode om functionele verbindingen in het
gezonde menselijk brein in kaart te brengen. De functionele communicatie tussen
de beide hemisferen zal hierbij de belangrijkste afhankelijke variable zijn.
De hier beschreven studie zal door zijn integretatieve opzet in staat zijn
nieuw licht te werpen op de verbanden tussen hormoonspiegels en hersenwerking,
en ons in staat stellen inzicht te verkrijgen in welke factoren een biologische
kwetsbaarheid vormen voor agressief gedrag.

De doelstelling van deze studie is het in kaart brengen van verbanden tussen
hormoonspiegels en patronen van hersencommunicatie die predispositioneren voor
agressief gedrag.

Experimenteel ontwerp: Hypothesetoetsend correlationeel onderzoek. De
testsessies zien er als volgt uit:
Intake- informatievoorziening en tekenen informed consent; afname
vragenlijsten;
motorische drempelbepalingen- pp-TMS om communicatie tussen de cerebrale
hemisferen te bepalen - Gedragstaken

De grootste zorg in het huidige onderzoeksvoorstel betreft de (kleine) kans op
het induceren van een insult als gevolg van TMS. Veiligheidsvoorschriften
aangaande de stimulatie parameters, zoals intensiteit, subject monitoring en
medisch handelen bij een insult en het inventariseren van contraindicaties
(International Federation of Clinical Neurophysiology) zullen worden nageleefd
om de kans op een insult te minimaliseren. Een bijwerking zoals hoofdpijn is
gemakkelijk te behandelen met een standaard pijnstiller. Bovendien zijn
proefpersonen gerechtigd ten alle tijd en zonder opgaaf van reden te stoppen
met
de studie.