Primaire doelstelling: • Het primaire eindpunt voor doeltreffendheid is het aantal en percentage proefpersonen in iedere groep met een dosis GLPG0259 of placebo die in week 12 (bezoek [V] 7) een responspercentage van 20 bereiken volgens het American…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Overige aandoening
- Auto-immuunziekten
Synoniemen aandoening
Aandoening
chronische gewrichtsaandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
Primaire doelstelling:
• Het primaire eindpunt voor doeltreffendheid is het aantal en percentage
proefpersonen in iedere groep met een dosis GLPG0259 of placebo die in week 12
(bezoek [V] 7) een responspercentage van 20 bereiken volgens het American
College of Rheumatology (ACR)20 (ACR 20 response rate).
Secundaire uitkomstmaten
Secundaire doelstellingen: De secundaire eindpunten voor doeltreffendheid zijn:
• ACR20-responspercentage in week 1, 2, 4 en 8 (V3, 4, 5 en 6);
• Tijdsduur vanaf randomisatie tot ACR20-respons;
• Aantal en percentage proefpersonen die ACR50 bereiken (ACR50 response rate)
in week 1, 2, 4, 8 en 12 (V3, 4, 5, 6 en 7);
• Aantal en percentage proefpersonen die ACR70 bereiken (ACR70 response rate)
in week 1, 2, 4, 8 en 12 (V3, 4, 5, 6 en 7);
• ACR-N-respons in week 1, 2, 4, 8 en 12 (V3, 4, 5, 6 en 7);
• Verandering ten opzichte van baseline in aandoeningsactiviteitsscore (Disease
Activity Score) 28 (DAS28) in week 1, 2, 4, 8 en 12 (V3, 4, 5, 6 en 7); en
• Verandering ten opzichte van baseline voor wat betreft de kernelementen van
de ACR-respons en DAS28 in week 1, 2, 4, 8 en 12 (V3, 4, 5, 6 en 7).
De secundaire eindpunten voor veiligheid zijn onder andere:
• Incidentie en ernst van ongewenste voorvallen (adverse events, AE*s);
• Vitale functies (hartslag op de rug liggend en bloeddruk [systolisch en
diastolisch]);
• 12-lead elektrocardiogram (ECG); en
• Klinische laboratoriumtests (hematologie, serumchemie, coagulatie en
urineanalyse).
Achtergrond van het onderzoek
Ondanks recente vernieuwingen bij behandeling van Rheumatoide Artritis, is er
nog steeds behoefte aan nieuwe orale therapieën die effectief de klachten en
symptomen van de ziekte terugdringen. GLPG0259 is een klein molekuul voor orale
dagelijkse toediening en dat veelbelovende eigenschappen heeft als een
potentieel veilig en effectief middel in de behandeling van RA.
De studie GLPG0259-CL-201 is een verkennende fase 2 studie waarbij de
veiligheid en verdraagzaamheid en de waarschijnlijke werkzaamheid van
verschillende doseringen van GLPG0259 geevalueerd wordt voor de eerste keer in
patienten met RA. Er zullen ook PK analyses gedaan worden.
Doel van het onderzoek
Primaire doelstelling:
• Het primaire eindpunt voor doeltreffendheid is het aantal en percentage
proefpersonen in iedere groep met een dosis GLPG0259 of placebo die in week 12
(bezoek [V] 7) een responspercentage van 20 bereiken volgens het American
College of Rheumatology (ACR)20 (ACR 20 response rate).
Secundaire doelstellingen: De secundaire eindpunten voor doeltreffendheid zijn:
• ACR20-responspercentage in week 1, 2, 4 en 8 (V3, 4, 5 en 6);
• Tijdsduur vanaf randomisatie tot ACR20-respons;
• Aantal en percentage proefpersonen die ACR50 bereiken (ACR50 response rate)
in week 1, 2, 4, 8 en 12 (V3, 4, 5, 6 en 7);
• Aantal en percentage proefpersonen die ACR70 bereiken (ACR70 response rate)
in week 1, 2, 4, 8 en 12 (V3, 4, 5, 6 en 7);
• ACR-N-respons in week 1, 2, 4, 8 en 12 (V3, 4, 5, 6 en 7);
• Verandering ten opzichte van baseline in aandoeningsactiviteitsscore (Disease
Activity Score) 28 (DAS28) in week 1, 2, 4, 8 en 12 (V3, 4, 5, 6 en 7); en
• Verandering ten opzichte van baseline voor wat betreft de kernelementen van
de ACR-respons en DAS28 in week 1, 2, 4, 8 en 12 (V3, 4, 5, 6 en 7).
De secundaire eindpunten voor veiligheid zijn onder andere:
• Incidentie en ernst van ongewenste voorvallen (adverse events, AE*s);
• Vitale functies (hartslag op de rug liggend en bloeddruk [systolisch en
diastolisch]);
• 12-lead elektrocardiogram (ECG); en
• Klinische laboratoriumtests (hematologie, serumchemie, coagulatie en
urineanalyse).
De secundaire farmacokinetische (PK) eindpunten zijn onder andere:
• Gebied onder de kromme (area under the curve, AUC);
• Gemiddelde plasmaconcentratie (Cave):
• Laagste plasmaconcentratie (Ctrough); en
• Terminale halfwaardetijd (t1/2,z).
Onderzoeksopzet
Het gaat om een dubbelblind, placebogecontroleerd verkennend fase II-onderzoek
op meerdere locaties op maximaal 200 gerandomiseerde proefpersonen met actieve
reumatoïde artritis (RA) met een inadequate respons op methotrexaat. Het
onderzoek bestaat uit twee delen:
Deel A: Dertig in aanmerking komende proefpersonen worden gerandomiseerd in een
verhouding van 2:1 voor een eenmaal daagse dosis van 50 mg GLPG0259 of placebo,
naast hun stabiele dosis methotrexaat (20 proefpersonen krijgen GLPG0259 en 10
proefpersonen krijgen placebo). Tijdens de behandeling kan de dosis
onderzoeksgeneesmiddel worden gesplitst (twee dagelijkse doses van elk 25 mg)
of verminderd tot 25 mg per dag, afhankelijk van hoe de individuele
proefpersoon het middel verdraagt. Er zal een tussentijdse analyse worden
uitgevoerd aan het einde van deel A, om de doeltreffendheid en verdraagbaarheid
van GLPG0259 versus placebo vast te stellen. Ook zal het aantal proefpersonen
worden bestudeerd voor wie de dosis gesplitst of verlaagd moest worden in deel
A, om de hoogste dosis vast te stellen (50 of 25 mg per dag) en het dosisregime
(eenmaal of tweemaal daags). Het resultaat wordt toegepast in deel B. Daarna
zal het aantal voor de hoogste dosis te randomiseren proefpersonen worden
bepaald.
Deel B: Indien de tussentijdse analyse aan het eind van deel A een klinisch
voordeel aantoont van GLPG0259 versus placebo, en het onderzoek verdergaat met
deel B, zullen er afhankelijk van de geselecteerde hoogste dosis ten minste 150
aanvullende proefpersonen worden gerandomiseerd voor GLPG0259 50 mg per dag,
GLPG0259 25 mg per dag, GLPG0259 12,5 mg per dag, of overeenkomstige doses
placebo; of voor GLPG0259 25 mg per dag, GLPG0259 12,5 mg per dag, GLPG0259 6
mg per dag, of overeenkomstige doses placebo, bij het baselinebezoek.
Het is de bedoeling dat, aan het eind van het onderzoek, 45 proefpersonen zijn
blootgesteld aan elk van de drie verschillende doses GLPG0259 of placebo.
Onderzoeksproduct en/of interventie
Het experimentele product bestaat uit twee capsules GLPG0259 van 25 mg voor orale toediening in deel A. Alle proefpersonen starten in deel A met een dosis van 50 mg per dag. De dosis kan vervolgens worden gesplitst, zodat tweemaal per dag een capsule van 25 mg wordt genomen, of in het geval van een kleinere dosis, een capsule van 25 mg eenmaal per dag. In deel B is de dosering afhankelijk van de voor dat deel geselecteerde hoogste dosis: twee capsules van 6,25; 12,5 of 25 mg of twee capsules van 3; 6,25 en 12,5 mg, eenmaal of tweemaal daags gedurende 12 weken. Afhankelijk van de uitkomst van deel A worden de uiteindelijke doses en doseringsregimes voor deel B mogelijk nog aangepast. Als referentie zullen vergelijkbare placebo capsules oraal gebruikt worden gedurende 12 weken.
Inschatting van belasting en risico
Dertig in aanmerking komende proefpersonen worden gerandomiseerd in een
verhouding van 2:1 voor een eenmaal daagse dosis van 50 mg GLPG0259 of placebo,
naast hun stabiele dosis methotrexaat (20 proefpersonen krijgen GLPG0259 en 10
proefpersonen krijgen placebo). Tijdens de behandeling kan de dosis
onderzoeksgeneesmiddel worden gesplitst (twee dagelijkse doses van elk 25 mg)
of verminderd tot 25 mg per dag, afhankelijk van hoe de individuele
proefpersoon het middel verdraagt. Er zal een tussentijdse analyse worden
uitgevoerd aan het einde van deel A, om de doeltreffendheid en verdraagbaarheid
van GLPG0259 versus placebo vast te stellen. Ook zal het aantal proefpersonen
worden bestudeerd voor wie de dosis gesplitst of verlaagd moest worden in deel
A, om de hoogste dosis vast te stellen (50 of 25 mg per dag) en het dosisregime
(eenmaal of tweemaal daags). Het resultaat wordt toegepast in deel B. Daarna
zal het aantal voor de hoogste dosis te randomiseren proefpersonen worden
bepaald.
Deel B: Indien de tussentijdse analyse aan het eind van deel A een klinisch
voordeel aantoont van GLPG0259 versus placebo, en het onderzoek verdergaat met
deel B, zullen er afhankelijk van de geselecteerde hoogste dosis ten minste 150
aanvullende proefpersonen worden gerandomiseerd voor GLPG0259 50 mg per dag,
GLPG0259 25 mg per dag, GLPG0259 12,5 mg per dag, of overeenkomstige doses
placebo; of voor GLPG0259 25 mg per dag, GLPG0259 12,5 mg per dag, GLPG0259 6
mg per dag, of overeenkomstige doses placebo, bij het baselinebezoek.
Het is de bedoeling dat, aan het eind van het onderzoek, 45 proefpersonen zijn
blootgesteld aan elk van de drie verschillende doses GLPG0259 of placebo.
Zie vraag E4 en het stroomschema op pagina 45 van het protocol voor alle
studie procedures
Zie vraag E9 en de patienten informatie voor all mogelijke risico's en adverse
events
Publiek
Gen. De Wittelaan L11 A3
2800 Mechelen
Belgie
Wetenschappelijk
Gen. De Wittelaan L11 A3
2800 Mechelen
Belgie
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
1.Leeftijd 18 tot 70 jaar op de dag van het ondertekenen van het geïnformeerde toestemmingsformulier;
2.Voldoen aan de herziene ACR-criteria uit 1987 voor de classificering van RA, maar niet in een rolstoel of bedlegerig (functionele klasse IV);
3.Lijden aan actieve RA, blijkend uit vijf of meer gezwollen gewrichten (van de 66), vijf of meer gevoelige gewrichten (van de 68) en een serum C-reactief proteïne (CRP) >=1,5 mg/dl;
4.Hebben methotrexaat ontvangen gedurende zes maanden of langer en op een stabiele dosis van 7,5 tot 25 mg/week gedurende >= 12 weken voorafgaand aan screening, en bereid zijn dit regime tijdens het gehele onderzoek verder te zetten;
5.Bij gebruik van orale steroïden moet de dosis <= 10 mg/dag prednison of prednisonequivalent zijn en stabiel gedurende ten minste de laatste vier weken voorafgaand aan screening;
6.Bij gebruik van niet-steroïdale anti-inflammatoire middelen (NSAID*s) moet de dosis stabiel zijn gedurende ten minste de laatste twee weken voorafgaand aan screening;
7.De resultaten van de volgende laboratoriumtests in het centraal laboratorium bij screening moeten binnen onderstaande limieten vallen:
a. Hemoglobine >=8,5 g/dl (International System of Units [SI]: >=85 g/l);
b. Witte bloedcellen >=3,0 x 103 cellen/mm3 (SI: >=3,0 x 109 cellen/l);
c. Neutrofielen >=1,5 x 103 cellen/mm3 (SI: >=1,5 x 109 cellen/l);
d. Bloedplaatjes >=100 x 103 cellen/mm3 (SI: >=100 x 109 cellen/l);
e. Serum ALT en aspartaat-aminotransferase (AST) <=1,5 x ULN;
f. Totale bilirubineniveau <=1,25 x ULN; en
8.Vrouwelijke proefpersonen moeten een negatieve zwangerschapstest hebben, tenzij ze klinisch gesteriliseerd zijn of post-menopauzaal sinds ten minste een jaar (12 maanden zonder menses);
9.Vruchtbare vrouwen moeten een medisch geaccepteerde manier van anticonceptie gebruiken, en ermee instemmen dit gedurende het onderzoek en ten minste 12 weken na de laatste dosis van het onderzoeksgeneesmiddel te blijven gebruiken. Vrouwen met een volledige chirurgische hysterectomie of na de menopauze hoeven niet aan deze vereiste te voldoen. Medisch geaccepteerde vormen van anticonceptie zijn orale anticonceptiemiddelen, injecteerbare of implanteerbare methoden, intra-uterine hulpmiddelen, sterilisatie (indien meer dan een jaar voor screening uitgevoerd) of *dubbele barrière*-anticonceptie. Seksueel actieve mannen moeten ermee instemmen om een medisch geaccepteerde vorm van anticonceptie te gebruiken tijdens het onderzoek en ten minste 12 weken na de laatste dosis van het onderzoeksgeneesmiddel; en
10.In staat en bereid zijn om het geïnformeerde toestemmingsformulier te tekenen voorafgaand aan de screeningsonderzoeken, en instemmen met het schema van onderzoeken.
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
1.Behandeling met DMARD*s, behalve methotrexaat op de achtergrond, waaronder oraal of via injectie toegediende goudverbindingen, sulfasalazine, hydroxychloroquine, azathioprine of D-penicillamine binnen vier weken voorafgaand aan screening, cyclosporine binnen acht weken voorafgaand aan screening, en leflunomide binnen drie maanden voorafgaand aan screening;
2.Huidige of eerdere RA-behandeling met een biologisch middel, met uitzondering van bij een klinisch onderzoek toegediende biologische middelen meer dan zes maanden voorafgaand aan screening (12 maanden voor rituximab of andere middelen die B-cellen uitschakelen);
3.Eerdere behandeling met een cytotoxisch middel, behalve methotrexaat, op enig moment voorafgaand aan de screening. Het gaat onder andere om de middelen: chlorambucil, cyclofosfamide, stikstofmosterd of andere alkylerende middelen;
4.Toediening van een intra-articulaire of parenterale corticosteroïde injectie binnen vier weken voorafgaand aan screening;
5.Huidig regelmatig gebruik van aspirine of andere anticoagulerende medicatie;
6.Bekende overgevoeligheid aan de bestanddelen van het onderzoeksgeneesmiddel of een significante allergische reactie op door de onderzoeker bepaalde middelen, zoals anafylaxe, waarvoor opname in een ziekenhuis nodig is;
7.Positieve serologie voor menselijk immuundeficiëntievirus (hiv)1 of 2, of hepatitis B of C, of een voorgeschiedenis van hiv of hepatitis, vanwege welke oorzaak dan ook, met uitzondering van hepatitis A;
8.Voorgeschiedenis van andere inflammatoire reumatologische aandoeningen dan RA;
9.Chirurgische ingreep ondergaan voor RA, waaronder synovectomie of artroplastie binnen drie maanden voorafgaand aan screening, en/of in de komende drie maanden geplande operatie aan een gewricht;
10.Symptomen van klinisch significante aandoeningen, anders dan RA (waaronder cardiopulmonaire, nier-, metabolische, hematologische of psychiatrische aandoeningen) binnen drie maanden voorafgaand aan screening;
11.Voorgeschiedenis van actieve infecties in de afgelopen vier weken, waar intraveneuze antibiotica voor nodig waren;
12.Voorgeschiedenis van maligniteit in de afgelopen vijf jaar (met uitzondering van basale-celcarcinoom van de huid of carcinoom in situ van de cervix, behandeld en zonder aanwijzing van herhaling);
13.Voorgeschiedenis van tuberculose-infectie, bepaald door:
a. een positief resultaat van een diagnostische TB-test (gedefinieerd als een positieve QuantiFERON-TB Gold-test) en
b. een röntgenopname van de borst (posterieur-anterieur en lateraal), genomen binnen drie maanden voorafgaand aan screening en afgelezen door een bevoegd radioloog, met aanwijzingen van op dat moment actieve TB of oude inactieve TB.
14.Toediening van een levend vaccin binnen vier weken voorafgaand aan screening;
15.Deelname aan een klinisch onderzoek naar een experimenteel geneesmiddel of hulpmiddel binnen vier weken voorafgaand aan screening, aan een klinisch onderzoek naar biologische middelen binnen zes maanden voorafgaand aan screening, of aan een klinisch onderzoek naar middelen die B-cellen uitschakelen binnen twaalf maanden voorafgaand aan screening;
16.Voorgeschiedenis in de twee voorgaande jaren of huidige aanwijzingen van drugs- of alcoholmisbruik;
17.Zwangere of borstvoedende vrouwen, en
18.Iedere aandoening of omstandigheid die de onderzoeker doet vermoeden dat de proefpersoon het onderzoek waarschijnlijk niet kan afronden, of zich houden aan de onderzoeksprocedures en -vereisten, of die een risico kan vormen voor de veiligheid van de proefpersoon.
Opzet
Deelname
In onderzoek gebruikte producten en hulpmiddelen
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
EudraCT | EUCTR2009-015898-12-NL |
CCMO | NL32768.058.10 |