De volgende doelen worden onderzocht:1) Het gebruik van PsyMate feedback in (werkgerelateerde) situaties leidt tot een toename van PA, een daling in NA en een toename in het gebruik van effectievere strategieen op het werk.2) Het geven van feedback…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Aanpassingsstoornissen (incl. subtypes)
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
doel 1: pre- post interventie: veranderingen in PA, NA, en persoonlijke
strategieen, gemeten met de PsyMate.
doel 2: pre - post interventie: veranderingen in burn out symptomatologie
(gemeten met UBOS) en bevlogenheid (gemeten met UWES).
doel 3: Follow up: veranderingen in burn out symptomatologie (gemeten met UBOS)
en bevlogenheid (gemeten met UWES vragenlijst).
Secundaire uitkomstmaten
doel 4: De economische evaluatie van de interventie beslaat een
kosteneffectiviteit-analyse, uitgedrukt in klinische uitkomstmaten en
kostenutiliteits-analyse, uitgedrukt in Quality Adjusted Life Years (QALY's),
gebaseerd op de EuroQol utiliteit scores, gemeten met de TIC-P, PRODISQ en
EQ-5D. This economic evaluation will involve a combination of a
cost-effectiveness analysis (CEA) and a cost-utility analysis (CUA). In a CEA
effects are presented in clinical outcomes (in our study increase of work
engagement, decrease of burn out and relapse). The primary outcomes measure for
the cost-utility analysis will be Quality Adjusted Life Years (QALYs), based on
the EuroQol utility scores, which is measured with the TiC-P, PRODISQ and
EQ-5D. Zorgconsumptie en zorgkosten worden vergeleken tussen de twee groepen
bij baseline en na 12 en 24 weken.
doel 5: Veranderingen in dagelijkse ervaringen en de relatie met toekomstige
burn out klachten wordt gemeten met de PsyMate.
doel 6: niet van toepassing
Achtergrond van het onderzoek
Burn out klachten zijn het resultaat van organisatorische factoren en een
disbalans tussen een gebrekkige coping, toenemende werkdruk en/of een gebrek
aan persoonlijke ondersteuning op de werkvloer. Burn out is een bekend risico
voor mensen die onder continue stress werken. De nadruk in de wetenschappelijke
literatuur op het gebied van arbeid en gezondheid lag aanvankelijk op burn out,
de onderliggende factoren en methoden om een hoog stressniveau te voorkomen of
verminderen. Onder invloed van de positieve psychologie is er in toenemende
mate aandacht voor het algehele welzijnsniveau van medewerkers. Verschillende
modellen op het gebied van arbeid en gezondheid nemen inmiddels zowel negatieve
(burn out) als positieve ('bevlogenheid') aspecten van welzijn mee. De
potentiele positieve aspecten van werk op gezondheid worden daardoor
meegenomen.
Burn out is niet als een psychiatrische stoornis opgenomen in een
classificatiesysteem zoals DSM-IV. Burn out wordt echter gedefinieerd als een
syndroom dat bestaat uit uitputting, distantie en competentie. Uit recent
onderzoek komt echter in toenemende mate naar voor dat uitputting en cynisme
gezien kunnen worden als de kernaspecten van burn out. Bevlogenheid wordt als
term vaak gebruikt om een positieve, voldoening gevende (mentale) toestand aan
te geven in een werkcontext. Bevlogenheid wordt gekenmerkt door energie,
toewijding en arbsorptie. Bevlogenheid is niet zozeer een momentane en
specifieke toestand waarin men kan verkeren. Het gaat eerder om een langdurige
en in elke situatie aanwezige affectieve-motivationele toestand. Bevlogenheid
hangt daarmee niet specifiek samen met een bepaalde situatie, persoon of
gedrag.
Bevlogenheid kan gezien worden als een gelijkaardig construct als Positief
Affect (PA). Recent onderzoek geeft aan dat meer dagelijkse positieve emoties
leiden tot een toename van bevlogenheid en minder burn out klachten. Vertaald
in termen van emoties, betekent dit een toename van PA en een afname van
Negatief Affect (NA). Anderzijds kunnen dagelijkse negatieve gebeurtenissen
leiden tot meer NA en een vermindering in PA, wat een hoger risico inhoudt tot
het ontwikkelen van burn out klachten.
Het meten van emoties en emotionele reacties dient plaats te vinden op het
moment dat een individu in interactie is met zijn omgeving. Alleen dan is het
mogelijk om ecologisch valide informatie te vergaren. De Experience Sampling
Methode (ESM) is geschikt voor dit doel. Er hebben al verschillende studies
naar depressie plaatsgevonden met behulp van ESM waaruit een goede validiteit
en betrouwbaarheid is gebleken.
ESM bleek ook over voldoende validiteit en betrouwbaarheid te beschikken ij het
meten van directe effecten van dagelijkse stressoren op stemming.
Recent is er de mogelijkheid om het dagelijkse interactiepatroon van patienten
met de omgeving gedurende langere perioden (4-6 weken) te meten met behulp van
een soort palmtop, de PsyMate. Deze palmtop is geschikt voor het gebruik van
ESM, maar de PsyMate is ook in staat om alle informatie over dagdagelijkse
situaties, gedrag, gedachten en gevoelens elektronisch samen te vatten.
Hierdoor ontstaat de mogelijkheid om feedback te geven over patronen in
emotionele reacties op dagdagelijkse en werksituaties. Het krijgen van feedback
op concreet gedrag kan resulteren in emotionele en gedragsmatige aanpassingen,
zoals we die kennen op het vlak van gedragstherapie. Het geven van feedback
geeft therapeutische mogelijkheden voor de burn out patient en mensen met een
risicoprofiel. Voor de patient, kan de feedback leiden tot een groter inzicht
in zijn persoonlijk functioneren, een bewustwording van de progressie, meer
controle over de instandhoudende en oorzakelijke factoren van de klachten. Maar
de feedback helpt patienten ook beter gebruik te maken van persoonlijke
hulpbronnen. De therapeut is met behulp van de PsyMate beter in staat om zowel
compliance als therapie-effect te monitoren. Daarnaast kan de PsyMate mogelijk
ook de therapeutische werkzaamheid doordat de patient actiever in de
behandeling betrokken wordt.
De meeste therapieen op individueel niveau bij burn out zijn gebaseerd op
cognitieve en gedragsmatige principes zoals stress-management en cognitieve
therapie. In de huidige studie creeren we twee groepen van proefpersonen in een
randomized controlled trial. De controlegroep krijgt Cognitieve GedragsTherapie
(CGT) en de experimentele groep ontvangt CGT en een additionele PsyMate
interventie.
De experimentele groep ontvangt gedurende zes weken persoonlijke feedback
gericht op (positief) affect en zowel dagdagelijkse als werkgerelateerde
situaties. De feedback heeft tot doel inzicht te vergroten in de verschillende
patronen in activiteiten en de daarbij behorende positieve (werk)ervaringen.
Hierdoor zijn patienten mogelijk beter in staat om meer effectieve persoonlijke
strategieen te ontwikkelen om hun dagdagelijkse (werk)patronen zodanig aan te
passen dat ze meer positieve emoties ervaren en de bevlogenheid toeneemt.
Doel van het onderzoek
De volgende doelen worden onderzocht:
1) Het gebruik van PsyMate feedback in (werkgerelateerde) situaties leidt tot
een toename van PA, een daling in NA en een toename in het gebruik van
effectievere strategieen op het werk.
2) Het geven van feedback op werkgerelateerde activiteiten, NA en PA (door
middel van de PsyMate) gedurende een CGT behandeling heeft een additioneel
effect in termen van een directe vermindering in burn out klachten (gemeten met
behulp van de UBOS) en een toename van bevlogenheid (gemeten met behulp van de
UWES).
(3) Persoonlijke feedback over dagelijkse situaties (gemeten met de PsyMate)
zorgt voor een lager niveau van burn out klachten en een verlaagde kans op
terugval (gemeten met de UBOS) en een hoger niveau van bevlogenheid (gemeten
met de UWES) bij follow-up.
(4) Het gebruik van PsyMate feedback naast CGT is kosteneffectief. De
kosteneffectiviteit is gemeten met de TIC-P, PRODISQ en de EQ-5D.
(5) Veranderingen emotionele reactiepatronen zoals toenemende waardes van PA
(zowel in de experimentele als in de controle conditie) voorspellen toekomstige
uitkomstwaarden ( in termen van recidief risico en symptomen).
6) Als onderdeel van een grote collectie van ESM data en genetische informatie,
wordt nagegaan in hoeverre genetische verschillen zijn geassocieerd met
prospectief gemeten emotionele reacties in interactie met de dagdagelijkse
context.
Onderzoeksopzet
Een gerandomiseerde gecontroleerde trial wordt opgezet met twee
interventiegroepen:
- De experimentele groep ( PsyMate interventie; n=30) krijgt een 5 dagen
durende pre- en post- PsyMate assessment en 6 weken PsyMate interventie (3
dagen per week) met feedback naast CGT.
- De controle groep (n=30) ontvangt een 5 dagen durende pre- en post- PsyMate
assessment. Verder wordt deze controlegroep onderverdeeld in een groep (n=15)
die geen additionele interventie tijdens CGT ontvangt en een controlegroep
(n=15) die gedurende de CGT zes weken de psymate invult maar geen feedback
ontvangt.
Onderzoeksproduct en/of interventie
De PsyMate interventie bevat feedback over activiteiten die leiden tot een toename van PA en bevlogenheid. De eerste twee sessies focussen op het verhogen van PA en het energieniveau door feedback te geven op activiteiten, slaappatroon, ontspanning, maar ook over de hoeveelheid van vermoeiende of stress-verhogende activiteiten. Feedback richt zich op de relatie tussen de inhoud van de activiteiten, positieve emoties en hun energieniveau. De nadruk ligt op activiteiten die leiden tot een toename in energie, positieve emoties en een vermindering in NA. De derde en vierde sessie richten zich op activiteiten waarbij mensen een succeservaring ervaren of waardering voelen voor wat ze doen. Successen verstevigen het geloof in zichzelf en de betrokkenheid bij het werk. Feedback richt zich op de mate van waardering die ze voelen in de huidige activiteit. Activiteiten waarbij men het gevoel heeft dat anderen hen apprecieren voor hun inspanning leiden tot positieve emoties. De patienten ontvangen ook informatie over het thema van sessie 1-2. Sessie vijf en zes richten zich voornamelijk op positieve emoties in sociale interactie. Zich vriendelijk gedragen, goed nieuws en kleine successen delen met anderen, investeren in informeel sociaal contact met collega's en vrienden leidt tot positieve emoties, energie, zelfvertrouwen en betrokkenheid bij het werk. Feedback bestaat uit informatie over momentane emoties in relatie tot de verschillende sociale contacten en de wat de onderliggende intentie van het contact was. Ook wordt gekeken naar de progressie van het initieren van contact in de loop van de tijd. De patienten ontvangen echter ook informatie over de thema's uit sessie 1-4. De therapeut legt de informatie op een begrijpelijke wijze uit aan de patient zodat deze ook het verband kan leggen met de dagdagelijkse praktijk. Therapeut en patient kijken samen naar mogelijkheden om zijn dagelijkse routine aan te passen zodat hij meer positieve emoties kan ervaren.
Inschatting van belasting en risico
Er zijn met betrekking tot het onderzoek geen risico's voor de gezondheid.
Belasting:
De proefpersonen wordt gevraagd na een screeningsprocedure (ongeveer 3 uur)
enkele vragenlijsten in te vullen en speeksel af te staan. Daarnaast doen alle
proefpersonen mee aan twee PsyMate meetmomenten (pre en post gedurende telkens
5 dagen). Gedurende deze dagen moeten ze 10 keer per dag een korte vragenlijst
op de PsyMate invullen (gemiddelde duur ongeveer 2 minuten per keer) over
dagelijkse situaties en stemming. Deze meetmomenten vinden plaats in het
dagelijks leven van betrokkene zodat de last van afname beperkt blijft. Voor de
eerste PsyMate assessmentfase krijgen de patienten specifieke instructies over
de PsyMate en de procedure door de therapeut. Daarnaast krijgen de patienten in
de experimentele groep gedurende zes weken (telkens drie dagen per week en tien
keer per dag, 2 minuten per keer) een korte vragenlijst over dagdagelijkse
situaties en stemming. Gedurende deze fase hebben ze wekelijks contact met hun
therapeut waarin ze de PsyMate feedback ontvangen.
Het invullen van de verschillende vragenlijsten (naast de PsyMate) op de
verschillende momenten beslaat een tijdsinvestering van ongeveer 4 uur.
Publiek
Vijverdalseweg 1
6226 NB Maastricht
NL
Wetenschappelijk
Vijverdalseweg 1
6226 NB Maastricht
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
(i)18-65 jaar oud, (ii)voldoen aan de criteria van burn out met gebruikmaking van de UBOS vragenlijst, (iii) voldoende zicht en (iv) voldoende beheersing van het Nederlands.
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
aanwezigheid van een niet-affectieve psychose (vb. schizofrenie), schizoaffectieve stoornis (huidig) of een bipolaire stoornis.
Opzet
Deelname
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CCMO | NL35703.068.11 |
OMON | NL-OMON26760 |