Middels dit onderzoek willen we het effect onderzoeken van een breed-werkend, potent immuun-supressief medicijn, vroeg in het ziektebeloop van schizofrenie, aangezien dit de neuronale schade zou kunnen voorkomen die een lage ontstekingsgraad in de…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Centraal zenuwstelsel infecties en ontstekingen
- Schizofrenie en andere psychotische stoornissen
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
Verandering in Positive and Negative Symptom Scale (PANSS) totale score na 6
weken t.o.v. de baselinescore.
Secundaire uitkomstmaten
Secondaire uitkomstmaten waarop de 2 behandelarmen worden vergeleken,
verandering in:
- Positive and Negative Symptom Scale (PANSS) scores op de subschalen.
- cognitief functioneren (BACS)
- algemeen functioneren (Global Assessment of Functioning)
- depressieve symptomen (Calgary Depression Scale for Schizophrenia)
- veiligheidsinformatie, waarbij specifieke SAEs / SUSAR worden vergeleken mbt
o.a. aantal (bijv. hospitalisaties)
Achtergrond van het onderzoek
Schizofrenie is een ernstige psychiatrische stoornis met een wereldwijde
prevalentie rond 1%, waarmee de ziekte een grote impact heeft op de algemene
gezondheid. Ondanks dat de introductie van antipsychotica in de jaren 50 de
klinische symptomen van schizofrenie substantieel hebben verbeterd, veroorzaakt
de ziekte nog steeds aanzienlijke morbiditeit en mortaliteit. Patienten hebben
te maken met substantiele beperkingen in verschillende domeinen van hun leven,
zoals werk en sociale relaties. Er is dan ook grote behoefte aan betere
behandelopties voor patienten met schizofrenie. Echter, er is onvoldoende
kennis over de onderliggende ziektemechanismen, waardoor de ontwikkeling van
nieuwe behandelparadigma's wordt belemmerd. De pathogenese van schizofrenie is
nog verre van duidelijk. Verschillende onderzoekslijnen suggereren nu dat een
lage ontstekingsgraad in de hersenen van schizofreniepatienten betrokken zou
zijn bij de pathogenese van schizofrenie. Deze ontstekingen kunnen een
mogelijke route zijn waarlangs een groter verlies van de grijze stof
plaatsvindt, wat kan resulteren in ernstigere symptomen en sterkere cognitieve
achteruitgang.
Doel van het onderzoek
Middels dit onderzoek willen we het effect onderzoeken van een breed-werkend,
potent immuun-supressief medicijn, vroeg in het ziektebeloop van schizofrenie,
aangezien dit de neuronale schade zou kunnen voorkomen die een lage
ontstekingsgraad in de hersenen kan veroorzaken. De verwachting is dat zowel
symptomen als de lange termijn behandeluitkomst verbeterd zou kunnen worden.
Prednisolon heeft een beperkte mineraal-corticosteroide potentie. Het
beinvloedt vrijwel alle primaire en secundaire immuuncellen, zoals monocyten,
microgliacellen, T-cellen en granulocyten. Tevens komt prednisolon makkelijk
door de bloed-hersenbarriere, wat een voorwaarde is voor immuun-modulatie in
het brein. Daarnaast is er uitgebreide klinische ervaring met prednisolon en is
het bijwerkingenprofiel bekend.
We stellen voor om het effect van prednisolon op psychotische symptomen te
vergelijken met placebo, naast de standaard behandeling met antipsychotica, bij
patienten met recent ontstane schizofrenie of gerelateerde stoornissen.
Onderzoeksopzet
In deze 'proof of concept' studie willen we het effect van prednisolon
augmentatie op symptomatische verbetering, cognitie, algemeen functioneren en
immunologische parameters vergelijken met placebo, bij patienten met recent
ontstane psychotische stoornis. We passen een dubbelblind, gerandomiseerd
design toe. De placebo-arm is geimplementeerd om te kunnen differentieren
tussen klinische effecten van prednisolon en effecten die geassocieerd worden
met een expirementele behandeling, zoals de verwachtingen van deelnemers.
Randomisatie wordt toegepast om bias te minimaliseren. Alle 70 patienten zullen
1:1 gerandomiseerd worden op 6 weken behandeling met prednisolon of placebo.
Gedurende de behandelperiode worden patienten wekelijks gezien door de
onderzoeksarts om de ernst van symptomen, suicidale ideeen, depressieve
stemming, algemeen functioneren en bijwerkingen te beoordelen. Na 6 weken
behandeling vinden er nog follow-up metingen plaats op 6 maanden en 12 maanden
na start van de studie.
Onderzoeksproduct en/of interventie
De interventie bestaat uit het medicijn prednisolon, wat is geregistreerd voor de behandeling van diverse ziektebeelden, namelijk reumatologische, pulmonale, gastroenterologische, endocrinologische, hematologische, nefrologische, oncologische, neurologische, oogheelkundige en dermatologische aandoeningen. Daarnaast wordt het toegepast bij orgaantransplantaties als immunosupressant. In de huidige studie wordt prednisolone toegediend gedurende 6 weken: in de eerste week wordt direct gestart met 30 mg per dag en vervolgens wordt er per week met 5 mg afgebouwd. In de 6e week gebruiken patiënten dus 5 mg per dag en na deze week kunnen ze stoppen. Het placebo is gelijk aan de prednisolontablet wat betreft geur, smaak, gewicht, uiterlijk etc, en bevat een inactieve stof.
Inschatting van belasting en risico
De belasting voor patienten bestaat uit een aantal factoren:
1. tijdsinvestering: de gehele studie bestaat uit 10 visites, met een totale
tijdsinvestering van 15 uur. Een gedetailleerd overzicht van alle
studiehandelingen en vragenlijsten is uitgewerkt in tabel 1 van het protocol.
2. risico's vanwege protocol procedures: deze risico's zijn beperkt tot de
bekende risico's behorende tot bloedafnames (driemaal).
3. bijwerkingen van prednisolon. Ondanks dat niet alle patienten bijwerkingen
zullen ervaren, dient de aard van de bijwerkingen van prednisolon niet
onderschat te worden. Alle bijwerkingen zijn genoemd in de SPC en in een
appendix van het Informed Consent Document.
Risicobeperking wordt gerealiseerd dmv:
- uitgebreide in- en exclusiecriteria
- implementeren van gepaste, proactieve veiligheidsmaatregelen (strikt
monitoren van ontstaan en beloop van specifieke bijwerkingen door de arts)
- toepassen van specifieke 'stopping rules', wat inhoud dat patienten
specifieke bijwerkingen lijken te ontwikkelen, uit de studie worden gehaald
waarna gepaste opvolging en eventuele behandeling volgt.
- prednisolongebruik is 6 weken, waarvan 1 week een dosering van 30 mg/dag.
- jaarlijkse beoordeling van de veiligheid en progressie van het onderzoek door
de onafhankelijke Data Safety Monitoring Board
De afweging van risico en belasting enerzijds en voordelen anderszijds is
beschreven in sectie 13.2 'Synthesis' van de gestructureerde risico analyse van
het protocol.
Publiek
Heidelberglaan 100
Utrecht 3584 CX
NL
Wetenschappelijk
Heidelberglaan 100
Utrecht 3584 CX
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
1. DSM-IV-R diagnose van 295.x (schizofrenie, schizofreniforme of schizoaffectieve stoornis) of 298.9 (psychose NOS).
2. Diagnose van 295.x of 298.9 niet langer dan 3 jaar geleden vastgesteld.
3. Leeftijd minstens 18 jaar.
4. Patienten gebruiken een stabiele dosis antipsychotica voor minstens 3 weken.
5. Geschreven informed consent is verkregen.
6. Vrouwen in hun vruchtbare periode dienen een acceptabel anticonceptiemiddel te gebruiken in geval van geslachtsgemeenschap tijdens de studie.
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
1. Aanwezigheid van een of meer contraindicaties zoals aangegeven in de bijsluiter van prednisolon.
2. Aanwezigheid van diabetes mellitus of random (niet-nuchter) glucose levels boven 11 mmol/L tijdens screeningsvisite, ernstige hartaandoening, ernstige osteoporosis of systemische schimmelinfecties.
3. Body Mass Index (BMI) van >27.5
4. Huidig of chronisch gebruik van glucocorticosteroiden of andere steroiden.
5. Chronisch gebruik van non-steroidal anti-inflammatory drugs (NSAID: ononderbroken gebruik voor 2 maanden of langer).
6. Zwangerschap of borstvoeding.
7. Gelijktijdig gebruik van enzym-inducerende medicatie zoals carbamazepine, riphampicine, primidone, barbituraten en phenytoine.
8. Gelijktijdig gebruik van HAART (zowel HIV protease inhibitors en (non)-nucleoside reverse transcriptase inhibitors), in het bijzonder efavirenz, ritonavir en lopinavir.
9. Huidig gebruik van telaprevir en boceprevir in de behandeling van Hepatitis C.
Opzet
Deelname
In onderzoek gebruikte producten en hulpmiddelen
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
EudraCT | EUCTR2013-002712-27-NL |
CCMO | NL44648.041.13 |
Ander register | submissie bij www.clinicaltrial.gov is geiniteerd |