1) Onderzoek naar de voorspellende waarde van angstacquisitie en extinctie op behandeluitkomst bij mensen met angststoornissen. 2) Onderzoek naar pathologische angstacquisitie en extinctie in angststoornissen: zijn er verschillen in…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Angststoornissen en -symptomen
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten zijn de State-trait Inventory (state versie) en
stoornisspecifieke vragenlijsten. Fysiologische (huidgeleiding en
electromyografie) en zelfgerapporteerde (Visuele analoge schalen) maten worden
gebruikt om snelheid van angstacquisitie, angstextinctie en contextleren te
meten. Verschillende polymorfismen worden gegenotypeerd: serotonine (5HTTLPR,
5-HTR1A), dopamine (COMT Val158Met, DAT), cannabinoïde (CB1 rs2180619 en CB1
rs1049353) and glutamerge polymorfismen (SLC1A1/EAAC1 rs3780412, rs301430).
Veelbelovende nieuw ontdekte polymorfismen zullen ook getoetst worden.
Secundaire uitkomstmaten
Secundaire uitkomstmaten: verschillende vragenlijsten en neuropsychologische
testen zijn aan het onderzoek toegevoegd om te kunnen controleren voor de
mogelijke modulerende effecten van oa life-events, comorbide depressie, en
geheugen op angstconditionering (zie sectie 3.5 en 4.4 van het
onderzoeksprotocol).
Achtergrond van het onderzoek
Angststoornissen behoren tot de meest voorkomende psychiatrische stoornissen,
met een aanzienlijk genetisch aandeel. Aangenomen wordt dat disfunctionele
angstacquisitie- en extinctiemechanismen ten grondslag liggen aan
angststoornissen. Deze acquisitie- en extinctiemechanismen lenen zich
uitstekend om systematisch in het laboratorium te bestuderen met klassieke
angstconditionerings paradigma's. Deze paradigma's kunnen verder worden
uitgebreid met contextuele stimuli die als signaal dienen voor veiligheid of
dreiging. Eerder onderzoek in gezonde participanten wees uit dat degenen die
niet in staat waren om de associatie te leren tussen een angstopwekkende
geconditioneerde stimulus en de context, angstiger waren dan personen die wél
leerden te differentiëren tussen contextuele stimuli die veiligheid en dreiging
aangaven. Een volgende stap is om te onderzoeken of pathologische
angstacquisitie en extinctiemechanismen in patiënten met angststoornissen een
voorspellende waarde hebben met betrekking tot behandeluitkomst. Meest
toegepaste behandeling voor angststoornissen is exposure met responspreventie,
een gedragstherapie waarbij angstextinctiemechanismen de kern van de procedure
vormen. De exacte relatie tussen snelheid van angstacquisitie- en extinctie en
behandeleffect in patiënten met angststoornissen is onduidelijk.
Diverse genetische polymorfismen lijken betrokken te zijn in disfunctionele
angstconditionering, extinctie en de ontwikkeling van angststoornissen. De
meeste genetische mechanismen gerelateerd aan angstacquisitie en extinctie zijn
bestudeerd met diermodellen, tot nu hebben slechts enkele studies de relatie
tussen genetische polymorfismen en angstacquisitie en extincitemechanismen
onderzocht in patiënten met angststoornissen. Het lijkt dan ook zeer de moeite
waard om de relatie tussen genetische polymorfismen, angstacquisitie- en
extinctie mechanismen en behandeluitkomst te bestuderen in patiënten met
angststoornissen.
Doel van het onderzoek
1) Onderzoek naar de voorspellende waarde van angstacquisitie en extinctie op
behandeluitkomst bij mensen met angststoornissen.
2) Onderzoek naar pathologische angstacquisitie en extinctie in
angststoornissen: zijn er verschillen in conditioneringsmechanismen tussen
gezonde controles en mensen met angststoornissen?
3) Onderzoek naar de genetische basis van angstacquisitie en extinctie. Om dit
te bestuderen worden de relaties onderzocht tussen enerzijds de genetische
polymorfismen betrokken bij dopamine, glutamaat, neuronale groei en serotonine
wegen, en anderzijds snelheid van angstacquisitie en extinctie in participanten
met angststoornissen versus gezonde controles.
4) Onderzoek naar de relaties tussen genotype, angst acquisitie en
behandeleffect; is een 'mediatonal' model of een kwetsbaarheidmodel
waarschijnlijker? Om dit te bestuderen worden de resultaten van doel 1 en 2
gecombineerd met model fitting procedures (met gebruik van mplus) om te
onderzoeken welk van de modellen het beste de relaties kan verklaren tussen
genetische factoren, snelheid van angstacquisitie en extinctie en verandering
door behandeling.
Onderzoeksopzet
250 participanten met een angststoornis worden onderzocht en in
conditioneringstaak 1 van de studie vergeleken met een gezonde controle groep
(n = 60) en in conditioneringstaak 2 vergeleken met een gezonde controlegroep
(n=150; voor informatie over de controlegroep wordt u verwezen naar METC
protocol nr. NL31689.041.10). Participanten met een angststoornis (huidig of in
het verleden) worden geworven bij het Academisch Angstcentrum Altrecht (AAA).
Gestandaardiseerde kwantiatieve en kwalitatieve maten van (algehele of
stoornisspecifieke) angst worden bij het AAA verzameld en maken deel uit van de
standaardzorg. Deze maten worden voorafgaand aan de behandeling afgenomen,
direct na behandeling en een half jaar na behandeling. Met deze vragenlijsten
wordt inzicht verworven in het klachtenverloop en de effectiviteit van de
behandelingen. Naast de vragenlijsten die deel uitmaken van de standaardzorg,
worden specifiek voor dit onderzoek nog enkele vragenlijsten en
neuropsychologische testen afgenomen. Hiermee worden factoren gemeten die
kunnen interfereren met conditioneringsmechanismen (zoals geheugen). Verder
worden er specifiek voor dit onderzoek twee taken uitgevoerd in een (virtuele)
gedigitaliseerde omgeving om angstacquisitie en extinctie te bepalen, gebruik
makend van verschillende contextuele cues, in een quasi-experimenteel design.
Tot slot wordt bloed afgenomen door een getrainde onderzoekassistent volgens
een gestandardiseerde methode om DNA materiaal te verzamelen.
Inschatting van belasting en risico
Alle participanten wordt gevraagd om het departement van experimentele
psychologie te bezoeken voor een periode van drie uur en 40 minuten.
Participanten zullen misschien enig ongemak ervaren tijdens de angst
conditioneringstaken, aangezien deze tijd vergen en met toediening van milde
schokken gepaard gaan. Er zijn geen gezondheidsrisico's geassocieerd met de
studie.
Publiek
Heidelberglaan 1
Utrecht 3508 TC
NL
Wetenschappelijk
Heidelberglaan 1
Utrecht 3508 TC
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
a. Patiënten die zijn gediagnosticeerd met één van de volgende lifetime stoornissen als hoofddiagnose: paniekstoornis met of zonder agorafobie, sociale angststoornis, specifieke fobie, gegeneraliseerde angststoornis, post-traumatische stress stoornis of obsessieve compulsieve stoornis.
b. Mannen en vrouwen tussen de 18 en 65 jaar oud.
c. Beheersing van de Nederlandse taal (d.w.z. het vermogen om de procedures en vragenlijsten te begrijpen).
d. Normaal of nagenoeg normaal visueel vermogen (al dan niet door correctie van bril of lenzen);Bovenstaande inclusiecriteria zijn tevens van toepassing voor de controlegroep van conditioneringstaak 1, met uitzondering van criterium a.
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
a. Huidige comorbide ernstige psychiatrische stoornis in de afgelopen 6 maanden: ernstige depressieve stoornis (BDI>30), bipolaire stoornis, psychotische stoornis.
b. Voorgeschiedenis van verslavingsproblematiek, of middelenmisbruik in de afgelopen drie maanden.
c. Verstandelijke beperking (IQ<80)
d. Voorgeschiedenis van een fysieke ziekte welke volgens de onderzoeker de onderzoeksresultaten zou kunnen verstoren, zoals hersenbeschadiging.
e. Gehoor- of visusproblemen
f. Huidige gebruik van antipsychotica;Bovenstaande inclusiecriteria zijn tevens van toepassing voor de controlegroep van conditioneringstaak 1.
Opzet
Deelname
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CCMO | NL35780.041.11 |