Het doel van dit onderzoek is het bestuderen van de effecten van een veranderde darmflorasamenstelling (d.m.v. breed- en smal-spectrum antibiotica vancomycine en amoxicilline) op de insulinegevoeligheid en het energiegebruik (beide betrokken bij de…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Glucosemetabolismestoornissen (incl. diabetes mellitus)
- Lipidenmetabolismestoornissen
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
Insulinegevoeligheid (hepatisch en perifeer) (2 staps hyperinsulinemische-
euglycemische clamp)
Secundaire uitkomstmaten
Secundaire onderzoeksvariabelen zijn: nuchter en postprandiaal energieverbruik
en substraat metabolisme (indirecte calorimetrie), veranderingen in de
doorlaatbaarheid van de darm (suikerwatertest), ontstekingsparameters (in het
vetweefsel en de circulatie) (bloedmonsters en vetbiopt) en de opname en
verbranding van vetten in de skeletspier (maaltijdtest plus spierbiopt).
Korte-keten vetzuren zullen in faeces en in plasma bepaald worden, en de
darmfloracompositie in de faeces zal bepaald worden dmv HITChip /NTG
sequencing.
Achtergrond van het onderzoek
De relatie tussen microbiota van de darm en overgewicht is gebaseerd op diverse
dierstudies waaruit blijkt dat veranderingen van de darmflora veranderingen in
zowel insulinegevoeligheid als lichaamssamenstelling teweeg brengen.
Recent humaan onderzoek heeft aangetoond dat de samenstelling van de darmflora
verschillend is in obese versus slanke personen, evenals in mensen met type 2
diabetes mellitus versus gezonde personen.
De genoemde dierstudies hebben aangetoond dat een verandering van de
doorlaatbaarheid van de darm, ontstekingsparameters (in het vetweefsel en de
circulatie), het energiegebruik en de opname en verbranding van vetten in de
skeletspier hier mogelijk aan ten grondslag liggen. De mechanismen die een rol
kunnen spelen bij de verandering van insulinegevoeligheid en lichaamsgewicht
zijn echter niet eerder onderzocht de mens.
Het gebruik van antibiotica is een goed gecontroleerde manier om een
verandering teweeg te brengen in de darmflora die ook is toegepast in de
eerdere dierstudies
Doel van het onderzoek
Het doel van dit onderzoek is het bestuderen van de effecten van een veranderde
darmflorasamenstelling (d.m.v. breed- en smal-spectrum antibiotica vancomycine
en amoxicilline) op de insulinegevoeligheid en het energiegebruik (beide
betrokken bij de regulatie van het lichaamsgewicht).
De uitkomsten van dit onderzoek zullen een zeer belangrijke bijdrage leveren
aan de ontwikkeling van nieuwe behandelingsstrategieën voor obesitas en type 2
diabetes mellitus.
Onderzoeksopzet
Dubbelblinde, gerandomiseerde, placebo-gecontroleerde interventiestudie.
Onderzoeksproduct en/of interventie
Proefpersonen worden gedurende 7 dagen behandeld met vancomycine (500 mg, 3 maal daags) of amoxicilline (500 mg, 3 maal daags) of placebo
Inschatting van belasting en risico
Volgend op de screening, zal de proefpersonen 7 maal naar de universiteit terug
dienen te keren in een periode van 10 weken (totale tijdsbesteding 36 uur).
Tijdens het eerste bezoek (7 uur), zal insulinegevoeligheid bepaald worden
middels een 2 staps hyperinsulinaemische-euglycemische clamp met glucose
tracer, en zal een vetbiopt afgenomen worden. Tijdens bezoek 2 (5 uur) zal de
darmpermeabiliteit bepaald worden dmv een suikerwatertest. Bij bezoek 3 (6
uur) ondergaan proefpersonen een maaltijdtest met stabiele isotopen
gecombineerd met indirecte calorimetrie. Voorafgaand aan- en na afloop van de
maaltijdtest zal er een spierbiopt genomen worden. Aansluitend zal de 7-dagen
durende antibioticakuur gestart worden. Na een wash-out-periode van 36 uur
worden de metingen van bezoek 1, 2 en 3 herhaald in dezelfde volgorde. Na 2
maanden (bezoek 7, 0.5 uur), zal een bloedmonster en een vetbiopt genomen
worden. Gedurende alle bezoeken, met uitzondering van bezoek 7, zal bloed
verzameld worden middels een canule. Tijdens de week vóór en de week ná de
antibioticakuur wordt er gevraagd om gedurende 2 dagen faeces te verzamelen in
daarvoor bestemde bakjes. Ook tijdens het controlebezoek wordt er faeces
ingeleverd.
Venapuncties kunnen soms een locaal hematoom veroorzaken. Sommige
personenervaren een venapuntie als pijnlijk. Ook de vet- en spierbiopten kunnen
een hematoon tot gevolg hebben, en tot enkele dagen na de ingreep stijf en
pijnlijk aanvoelen. In het geval van een spierbiopt ervaren personen deze pijn
als spierpijn. Tijdens de ingreep zelf kan er ondanks locale anesthesie een
drukkende pijn gevoeld worden, vergelijkbaar met de pijn die iemand voelt bij
het stoten tegen een tafelrand.
Ook kan het voorkomen dat de spier enkele dagen enigszins stijf aanvoelt. De
plek van incisie kan een klein litteken achterlaten (* 3 mm voor het vetbiopt
en * 8 mm bij het spierbiopt). Om de kans op een hematoom te minimaliseren
worden diverse maatregelen genomen (drukverband en zwaluwstaartjes).
Het gebruik van antibiotica kan een meer frequente en verdunde stoelgang
veroorzaken. In ongeveer 10% van de gevallen is er sprake van diarree. Door
slechte absorptie van vancomycine in de darm is de kans op systemische
bijwerkingen zeer klein. Echter, gehoorverlies en een verminderde nierfunctie
zijn gemeld, zij het zeer zelden. Eventuele, zeer weinig voorkomende
bijwerkingen van amoxicilline zijn huiduitslag, interstitiële nefritis en
afwijkende bloedwaarden.
Het gebruik van [U13C]-gelabeld palmitaat in de maaltijdtest wordt als niet
gevaarlijk beschouwd omdat palmitaat een van nature voorkomend bestanddeel in
de voeding is. Ditzelfde geldt voor D2-gelabeld glucose bij de
hyperinsulinemische- euglycemische clamp, daar het een natuurlijk isotoop
betreft en geschikt is bevonden voor humaan gebruik. Andere onderzoeken
(suikerwatertest en indirecte calorimetrie) zijn routinematig uitgevoerde
onderzoeken en worden niet als risicovol beschouwd in deze groep proefpersonen.
Publiek
Universiteitssingel 50
Maastricht 6229 ER
NL
Wetenschappelijk
Universiteitssingel 50
Maastricht 6229 ER
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
BMI 25-35 kg/m2, insuline resistent (HOMA_IR > 2.2), caucasisch, man, 35-70 jaar, verminderde glucose tolerantie (IGT: 2h plasma glucose bij de 75g OGTT 7.8-11.1 mmol/l) en/of verminderde nuchtere glucose (plasma glucose >= 5.6), minimaal 3 maanden een stabiel gewicht (±3 kg).
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
Bekend met allergie voor vancomycine, teicoplanine, amoxicilline en andere β-lactam antibiotica (penicillines and cefalosporines) of gerelateerde antibiotica. Diabetes mellitus, problemen met het gehoor, cardiovasculaire ziekte, nierziekte, kanker, astma of bronchitis, leverziekte, ernstige ziekte met een levensverwachting van <5 jaar, ziekten die de glucose tolerantie verstoren, (bijv. pheochromocytoom, Cushing*s syndroom, acromegalie), het gebruik van antibiotica in de afgelopen 3 maanden, gastrointestinale ziekte, dieetplannen, deelname in sportactiviteiten > 3 uur per week.
Het gebruik van β-blokkers, ver-verlagende medicatie (bijv. PPAR γ or PPARα agonisten), glucose-verlagende producten (waaronder alle sulfonylureas, biguanides, α-glucosidase remmers, thiazolidinediones, repaglinide, nateglinide en insuline), anti-oxidanten of chronische corticosteroide behandeling (> 7 opeenvolgende behandeldagen).
Opzet
Deelname
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CCMO | NL38547.068.11 |