Het doel van deze studie is te onderzoeken of gezonde vrijwilligers en cocaïneverslaafden met de s-variant van het 5-HTTLPR polymorfisme afwijkingen vertonen in het PFC-amygdala complex en daaraan gerelateerde in de gedragsconditionering en andere…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Overige aandoening
Synoniemen aandoening
Aandoening
verslaving
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
- MRI: volume (mL) voor elke regio van interesse *
- DTI: FA waarde binnen elke regio van interesse *
- BOLD: % BOLD signaal verandering in elke regio van interesse, tijdens de fMRI
taken (verwerking van emoties, beloning, angstconditionering en
drugsconditionering) *
- VAS: % verandering in score voor de drang naar drugs opgewekt door cocaïne
gerelateerde plaatjes*
- BOLD: % BOLD signaal verandering tijdens drug-cuereactiviteits taak *
- 1H-MRS: resting state glutamaat concentratie in de ACC en PFC (per voxel:
glutamate/CSF) *
* Deze uitkomstmaten worden vergeleken tussen genotypes (s- of l-variant) en
groep (gezonde vrijwilligers en cocaïne verslaafde)
* exploratief zal de invloed van de 5 andere polymorfismen worden getest
Secundaire uitkomstmaten
n.v.t
Achtergrond van het onderzoek
De behandeling van cocaïne verslaving is tot op heden weinig succesvol
gebleken, vermoedelijk omdat de verantwoordelijke mechanismen nog niet zijn
ontrafeld. Het onvermogen om geconditioneerde (drugsgerelateerde) gedrag uit
doven, lijkt sterk bij te dragen aan de ontwikkeling, instandhouding en
terugval van de verslaving. Dit geconditioneerde gedrag is een belangrijke
target voor exposure therapie, waarbij verslaafden onder begeleiding van een
therapeut wordt blootgesteld aan drugs-gerelateerde stimuli, om zo de drang
naar de drugs te verlagen. Helaas reageert een deel van de cocaïneverslaafden
slecht op deze vorm van therapie.
Een belangrijke factor in het niet kunnen uitdoven van geconditioneerd gedrag
is een verstoorde controle van de prefrontale cortex (PFC) over de amygdala,
wat gerelateerd lijkt te zijn aan serotonine functie. Serotonine transporter
(SERT) knockout ratten vertonen afwijkingen in het PFC-amygdala circuit, een
verhoogde alertheid en een onvermogen om angst en drugs-gerelateerd gedrag uit
te doven. In mensen is de s-variant van het 5-HTTLPR polymorfisme geassocieerd
met een verminderde SERT functie, een verminderde koppeling tussen de PFC en
amygdala en een onvermogen vermogen om geconditioneerd gedrag uit te doven. Het
lijkt er daarom op dat de s-variant van het polymorfisme een risico vormt voor
de ontwikkeling van cocaïneverslaving en een slechte reactie op exposure
therapie. Een directe link tussen dit polymorfisme en cocaïneverslaving is
echter nog niet eerder aangetoond. In deze studie zal de relatie tussen het
5-HTTLPR polymorfisme, structurele/functionele afwijkingen in het amygdala-PFC
complex en gerelateerde cognitieve processen onderzocht worden in
cocaïneverslaafde en gezonde vrijwilligers. De hypothese is dat gereduceerde
SERT functie (geassocieerd met het s-allele van het polymorfisme) een risico
vormt voor de ontwikkeling van cocaïneverslaving door verminderde PFC controle
over de amygdala en een verhoogde alertheid voor (negatieve/drugsgerelateerde)
omgevingsstimuli. Tevens zijn er andere genetische polymorfisme waarvan wordt
gesuggereerd dat ze invloed hebben op de gevoeligheid voor geconditioneerde
stimuli, waaronder de genen die coderen voor de serotonine 2C receptor, de
GRIN2A subunit in NMDA receptor, d dopamine D2 receptor,
catechol-O-methyltransferase en Brain-derived neurotrophic factor. Meer inzicht
in de factoren die bijdragen aan het ontwikkelen en uitdoven van
(drugs)geconditioneerdgedrag zal uiteindelijk bijdragen aan het verbeteren van
de behandeling van cocaïneverslaving.
Doel van het onderzoek
Het doel van deze studie is te onderzoeken of gezonde vrijwilligers en
cocaïneverslaafden met de s-variant van het 5-HTTLPR polymorfisme afwijkingen
vertonen in het PFC-amygdala complex en daaraan gerelateerde in de
gedragsconditionering en andere cognitieve processen. Exploratief zullen ook de
invloeden van de aanvullende polymorfismen worden onderzocht.
Onderzoeksopzet
cross-sectioneel
Inschatting van belasting en risico
Het risico aan deelname van de studie is klein. MRI en speeksel-genotypering
zijn beide niet invasieve methode. De belasting voor proefpersonen is minimaal
gezien het feit dat proefpersonen slechts een keer naar het Spinoza Centrum
moeten komen voor het afnemen van testen en MRI scans.
De risico's van deelname zijn klein, aangezien alle methode en technieken
regelmatig zonder problemen op het Spinoza Centrum worden uitgevoerd. Er is
geen direct potentieel benefit voor de deelnemers, anders dan het indirecte
benefit dat deze studie uiteindelijk zal leiden tot een betere voorspelling van
oorzaak en behandeling van cocaïne verslaving
Publiek
Meibergdreef 9
Amsterdam 1105 AZ
NL
Wetenschappelijk
Meibergdreef 9
Amsterdam 1105 AZ
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
Mannen met cocaine afhankelijkeheid vgl. DSM-IV criteria en gemeten met Composite International Diagnostic Interview (CIDI) in de leeftijd van 18-40 jaar. Controles: gezonde mannelijke vrijwilligster in de leeftijd van 18 - 50 jaar
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
Geen cocaine afhankelijkheid Andere verslaving dan voor cocaine, heroine, alcohol of marijuana Neurologische aandoening, claustrofobie, perifeer vaatlijden, gebruik van medicijnen voor long of hart aandoening, gebruik van antiepileptica of psychoactieve medicijnen (SSRIs), alexithymia. Postieve urinetest voor amfetaminen, barbituraten, benzodiazepine metabolieten, cocaine (metaboliet), opiaten, alcohol en marijuana.
Opzet
Deelname
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CCMO | NL39596.018.12 |